Jaarboek van de Maatschappij der Nederlandse Letterkunde, 1965

[XIX.]

XIX. De heer Den Tex komt nog eens terug op de wijze van uitreiking

[p. 169]

der prijzen: die zou met wat meer luister gepaard moeten gaan, vindt hij, liefst in aanwezigheid van de familie van de bekroonde en van de pers. Daartoe zou nodig zijn dat de vergadering haar recht tot beslissing over de prijs uit handen geeft aan het bestuur of aan de voorbereidende commissie. Dit lijkt spr. ook juist: herrie over een bekroning is immers verre van bevorderlijk voor het aanzien dat de maatschappij geniet. De voorzitter ziet moeilijkheden om aan het geuite bezwaar tegemoet te komen.

De heer Heeroma zegt de heer Zaalberg dank voor zijn bestuursactiviteiten, de heer Sivirsky de heer Mak, deze de voorzitter.

Tenslotte klaagt de heer Kruyskamp over de ongeschiktheid van de vergaderzaal.

Na sluiting van de vergadering te 16.15 uur begeeft een aantal leden zich naar Restaurant Van der Heyden voor een gezellig samenzijn gevolgd door de maaltijd, waarbij vele heildronken werden uitgebracht op het welzijn van de Maatschappij.