Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Jaarboek van de Maatschappij der Nederlandse Letterkunde, 1969 (1969)

Informatie terzijde

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

XML (0.54 MB)

tekstbestand






Genre

sec - letterkunde
sec - taalkunde

Subgenre

tijdschrift / jaarboek


In samenwerking met:

(opent in nieuw venster)

© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Jaarboek van de Maatschappij der Nederlandse Letterkunde, 1969

(1969)– [tijdschrift] Jaarboek van de Maatschappij der Nederlandse Letterkunde [1901-2000]–rechtenstatus Auteursrechtelijk beschermd

Vorige Volgende

2. Verslag van de staat der Maatschappij en haar belangrijkste lotgevallen en handelingen gedurende het jaar 1968/1969

Op 1 mei 1969 bedroeg het aantal ereleden 4, het aantal begunstigers 10 en het aantal gewone leden 952. Totaal dus 966. Hiervan woonden er 719 in Nederland, 121 in België, 53 in Zuid-Afrika en 73 in andere landen van Europa of in andere werelddelen. Door overlijden verloren wij dit jaar 26 leden, terwijl er 7 leden voor het lidmaatschap bedankten.

De door de vorige vergadering gekozen leden namen hun benoeming aan, behalve de heren R. Bloem, M.A.M. Franken, H.A. Jessurun d'Oliveira en Ch. B. Timmer.

Door het bestuur werden benoemd: de dames Jacoba van de Raa-Eggink, Clara Haesaert, Olga Krijtova en J.M. van Walsum-Quispel en de heren André P. Brink, R. Declerck, Isaäc Faro, R.G.K. Kraan, Gerrit Krol, Etienne Leroux, G.F. Pijper, J. de Roek, Willem M.

[pagina 6]
[p. 6]

Roggeman, J.H. de Vey Mestdagh, A. Viaene, F. van Vinkenroye, A. Westers en G.C. van der Willigen. Behalve de heren Brink en Declerck, die nog niet antwoordden, namen allen hun benoeming aan.

De door de jaarvergadering gekozen nieuwe leden in het bestuur en in de verschillende commissies verklaarden zich bereid de opengevallen plaatsen in te nemen.

Het bestuur vergaderde zeven maal. Voorzitter was de heer P.J. Meertens; vice-voorzitter was de heer H.A. Gomperts. De voorzitter was slechts éénmaal door ziekte verhinderd de vergadering te presideren. De Noordelijke tak werd vijf maal vertegenwoordigd door zijn secretaris, de heer A.F. Mellink, terwijl de voorzitter van de ‘sluimerende’ Zuid-Oostelijke afdeling, de heer N.C.H. Wijngaards, slechts één vergadering kon bijwonen.

Het contact met de Belgische afdeling was ietwat eenzijdig omdat de secretaris, de heer Ward Ruyslinck, geen gelegenheid kon vinden naar Leiden te komen. Toen vanuit Leiden bewerkstelligd was dat het stadsbestuur van Antwerpen, de werkgever van de heer Ruyslinck, hem daartoe extra verlof verleende, meende de heer Ruyslinck als secretaris van de Belgische Contactcommissie te moeten bedanken. Wij zullen ons uiterste best moeten doen spoedig voor hem een opvolger te vinden. Wij kunnen daarbij rekenen op de steun van deze Commissie.

Onze vertegenwoordiger in Zuid-Afrika, de heer Jan Ploeger, hield ons gedurende het hele jaar op de hoogte van voor ons belangwekkende gebeurtenissen. Zowel de Belgische Commissie als de heer Ploeger verdienen onze oprechte dank.

Een groot gedeelte van de besprekingen in de bestuursvergaderingen was gewijd aan ‘de toekomst onzer Maatschappij’. Aan een drietal leden, de heren A.E. Cohen, J. Gerritsen en H.A. Gomperts, werd verzocht het bestuur van advies te dienen. Nadat dit pre-advies door het bestuur was overgenomen werd een buitengewone ledenvergadering belegd op 19 april, waar deze voorstellen werden aanvaard. Zodra de nieuwe voorstellen tot één geheel zullen zijn verwerkt met de voorstellen van de Commissie tot herziening van de Wet zal er een buitengewone jaarvergadering worden uitgeschreven waar over het geheel zal worden beslist.

Over de financiën van onze Maatschappij kunnen we ditmaal kort zijn. Zij zijn gezond en we kunnen, met een zorgvuldig beleid, rondkomen met wat we hebben en ontvangen. Dat onze leden, het Ministerie

[pagina 7]
[p. 7]

van Onderwijs en Wetenschappen en het College van Curatoren der Rijksuniversiteit te Leiden ons dat mogelijk maken stemt ons tot oprechte dankbaarheid. (Het is daarom jammer dat de stijging van prijzen, en de gevolgen daarvan, een contributieverhoging ten gevolge zullen moeten hebben). Ons streven zal er op gericht moeten zijn een, beslist kleine, reserve te gaan kweken ter bestrijding van uitgaven, die wij nu nog niet kennen, maar die op onze weg zouden kunnen komen.

Het Jaarboek was in dit jaar een bron van voortdurende zorg. Op voorstel van het bestuur, en in overeenstemming met de Commissie voor het Jaarboek, werd de secretaris vervangen door de heer Mr. J.R. de Groot. Wij hopen nu spoedig de achterstand te kunnen inlopen.

De handelwijze van uitgever en editeur van het ‘Spectrum van de Nederlandse Letterkunde’ was de aanleiding tot een gesprek waartoe door de Maatschappij het initiatief werd genomen. Na afsluiting van deze gesprekken werd door ons een verklaring opgesteld, die aan de pers werd toegezonden (zie bijlage op blz. 8).

De maandvergaderingen werden ditmaal gehouden op 18 oktober 1968, 20 december 1968, 21 februari 1969, 21 maart 1969 en 25 april 1969. Als sprekers traden achtereenvolgens op: D.P. Blok (Toponymie en geschiedenis, Nederland in de Karolingische tijd); A.A. Keersmaekers (De schim van Bredero's Margriete en andere ver-geest-elijkingen); Olga Krijtova (Bevolkte eenzaamheid); A.G. Weiler (Hervormingswil en normatief verleden bij Nikolaas van Kues) en Gerard Walschap (Structuralisme). De eerste vier vergaderingen werden in Leiden gehouden; de laatste droeg een openbaar karakter en werd in Krasnapolsky te Amsterdam georganiseerd in samenwerking met de Amsterdamse studentenvereniging ‘Helios’.

De reeksen ‘Klassieken uit de Nederlandse letterkunde’, ‘Zwolse drukken en herdrukken’ en ‘Zwolse reeks van taal- en letterkundige studies’, die voor de Maatschappij worden uitgegeven door W.E.J. Tjeenk Willink N.V. te Zwolle, werden regelmatig voortgezet. Zowel redaktie als uitgever verdienen een woord van lof. Verheugend was bovendien dat vele leden gebruik maakten van de korting van 20% die de leden wordt verleend, als zij delen uit deze reeksen via het secretariaat bestellen.

Wij willen dit verslag besluiten met de woorden, die wij ook aan onze voorstellen tot vernieuwing meegaven: ‘Dat de Maatschappij ruim twee eeuwen geleden werd opgericht geeft haar niet zonder meer

[pagina 8]
[p. 8]

recht op, of een reden van, bestaan. Wèl echter het feit dat zij bereid is zich aan te passen en te vernieuwen, kortom: dienstbaar te zijn. Het is de moeite waard zich daarvoor in te zetten’.

 

Bijlage bij ‘Verslag van de staat der Maatschappij ... 1968/69’.

Enige tijd geleden is in de Prisma-boeken een reeks van vijfentwintig delen begonnen te verschijnen, die onder de verzameltitel ‘Spectrum van de Nederlandse letterkunde’ een herdruk zal brengen van een groot aantal volledige teksten van letterkundige werken van de middeleeuwen tot de twintigste eeuw. Tien delen hebben tot dusver al het licht gezien.

In de Nieuwe Taalgids heeft Prof. Dr. W.A.P. Smit zijn verontrusting uitgesproken over de methode die bij de uitgave van deze teksten wordt toegepast. Voor een belangrijk deel zijn dit n.l. teksten die eerder, en in verscheidene gevallen nog maar kort geleden, door anderen in wetenschappelijke uitgaven zijn verzorgd. Met gebruikmaking van de resultaten van hun dikwijls moeizaam onderzoek geeft de uitgeverij Het Spectrum deze literaire werken opnieuw uit in een aanmerkelijk goedkopere uitgave. Voor deze herdruk is noch de toestemming van de tekstverzorgers, noch die van de uitgevers gevraagd. Van etisch standpunt beschouwd acht Prof. Smit deze wijze van overnemen volstrekt onaanvaardbaar.

De Maatschappij der Nederlandse Letterkunde die, evenals Prof. Smit, de grote betekenis van deze reeks erkent, deelde die verontrusting en zij had daartoe te meer reden, omdat een aantal der in bovenbedoelde reeks herdrukte teksten zijn overgenomen uit de reeks ‘Zwolse Drukken en Herdrukken’, die onder haar auspiciën verschijnt. Zij vreesde dat de door haar gelaakte, tot dusver in de Nederlandse filologie ongebruikelijke taktiek, navolging zou kunnen vinden indien een waarschuwend protest zou uitblijven.

Daarom heeft zij zich in verbinding gesteld met de uitgever en de tekstbewerker van de bedoelde reeks. Bij het daarop gevolgde overleg bleek dat zij thans het inzicht delen dat de onduidelijkheden, die men veroorzaakt wanneer men op de door hen ingeslagen weg voort zou gaan, tot onbillijke gewoonten kunnen leiden. De Maatschappij heeft bij hen de bereidheid bespeurd bij de volgende delen van de uitgave de praktische konsekwenties van deze zienswijze te aanvaarden. Zij verwacht dat door deze toezegging de oorzaak van de verontrusting zal worden weggenomen.


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken