Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Jaarboek van de Maatschappij der Nederlandse Letterkunde, 2003-2004 (2005)

Informatie terzijde

Titelpagina van Jaarboek van de Maatschappij der Nederlandse Letterkunde, 2003-2004
Afbeelding van Jaarboek van de Maatschappij der Nederlandse Letterkunde, 2003-2004Toon afbeelding van titelpagina van Jaarboek van de Maatschappij der Nederlandse Letterkunde, 2003-2004

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (1.72 MB)

XML (0.57 MB)

tekstbestand






Genre

sec - letterkunde

Subgenre

tijdschrift / jaarboek


In samenwerking met:

(opent in nieuw venster)

© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Jaarboek van de Maatschappij der Nederlandse Letterkunde, 2003-2004

(2005)– [tijdschrift] Jaarboek van de Maatschappij der Nederlandse Letterkunde [2001- ]–rechtenstatus Auteursrechtelijk beschermd

Vorige Volgende
[pagina 181]
[p. 181]

Juryadviezen en toespraken

[pagina 183]
[p. 183]

Lucy B. en C.W. van der Hoogt-prijs 2004
Advies van de Commissie voor schone letteren

Aan zijn roman De hand, de kaars en de mot geeft Rob van der Linden (1957) als ondertitel mee: ‘Familiegeschiedenis met valse profeten’. Slaan we de inhoudsopgave op dan komt de lezer de wonderlijkste hoofdstuktitels tegen, zoals ‘Over schoenmakers en kabouters’, ‘Over stambomen en hoogvliegers’ en ‘Over een helder moment en gefilterd licht’.

Bovendien valt op hoe vaak Van der Linden een hoofdstuk beëindigt met de suggestieve aanduiding: ‘Een verhaal in een verhaal’ en dan krijgt de lezer het relaas onder ogen dat bijvoorbeeld heet ‘Over teddyberen en een rugzak’, bovendien gedateerd 1988-1994.

Het moge duidelijk zijn: hier is een schrijver aan het woord die voortbouwend op de traditie van een klassieke roman in hoofdstukken tegelijkertijd beseft dat hij met die conventionele indeling niet uit de voeten kan. Hij wil meer, zijn vertellersbloed dwingt hem na elk hoofdstuk als het ware een nieuw hoofdstuk te beginnen.

In de kern is De hand, de kaars en de mot inderdaad een familiegeschiedenis. Hoofdpersoon Pieter van der Kleij, een zoon die deel uitmaakt van een wijdvertakte, gegoede familie, heeft zich in 1994 teruggetrokken in de Negev-woestijn van Israël nabij de ruënestad Sheva. Hier, in de verlatenheid, stelt hij het leven van zijn familie en zijn eigen leven op schrift. Hij doet dat met de intentie het dagboek uiteindelijk te begraven.

In de verlatenheid van de woestijn bestormen Pieter van der Kleij allerlei herinneringen, verhalen, beelden, geschiedenissen. Allereerst is de titel al een prachtige metafoor: de hand van de vader heeft de kaars, die de gestalte heeft van de moeder, ooit aangestoken. De mot is de valse Haarlemse profeet Manus, die zich te dicht bij de kaars heeft gewaagd en uiteindelijk aan diezelfde kaars ten onder gaat.

Van der Linden heeft de meer dan dertig, misschien wel veertig verhalen die hij vertelt strak in handen. Hij vertelt over zijn oom Paul, de uitvinder van Blue Band. Samen met oom Dorus cirkelen ze voortdurend rond de aarde om daarmee de tijd voor te blijven en de gelukzalige staat van tijdloosheid en dus onsterfelijkheid te bereiken. Een van de mooiste personages is tante Jo, die iedere avond in een zeemeermin verandert.

[pagina 184]
[p. 184]

Het zijn niet alleen vaders, moeders, ooms en tantes die Van der Lindens fascinerende universum bevolken, ook laat hij tal van historische personages toe tot zijn boek. Zoals Antoon Roggebrand die rond 1870 ging vechten ter verdediging van de Kerkelijke Staat in Rome.

De ‘valse profeet’ uit de titel is Haarlemmer Manus die zich tijdens de oorlog in een Brabants internaat heeft ontpopt als ‘kleine heilige’ maar die in een Vivo-winkeltje in de Spaarnestad niet verder is gekomen dan kazenkeerder. Deze Manus begint met de moeder van Pieter van der Kleij een buitenechtelijke verhouding: Manus zelf is de Verlosser. Nadat Manus aan een hartkwaal is gestorven, is het huwelijk gered. Maar dat is een redding op het eerste gezicht: er is een diepe wonde geslagen en het verbond tussen ouders en kind zal nooit meer hetzelfde zijn.

De Commissie voor schone letteren is diep onder de indruk geraakt van Rob van der Lindens vertelkunst. Maar er is meer. Van der Linden weet op virtuoze wijze bekende thema's als land en ouders, familiegeheimen en godsdienstwaanzin, angst voor sterfelijkheid en uiteindelijk een zwaar bevochten zelfinzicht met nieuw en ongekend elan te presenteren. De historische geschiedenissen die Van der Linden presenteert, hebben een duidelijke functie: Van der Linden wil aantonen, net zoals de beide ooms Paul en Dorus, dat de tijd zich aldoor blijft herhalen.

Het is zonder enige aarzeling dat de Commissie aan het bestuur van de Maatschappij der Nederlandse Letterkunde voorstelt de Van der Hoogt-prijs 2004 toe te kennen aan Rob van der Linden op grond van zijn debuut De hand, de kaars en de mot (Amsterdam: Meulenhoff, 2002). Met de recente publicatie van Van der Lindens tweede roman, Het logboek van Brandaan, bewijst de schrijver eens te meer de rechtvaardiging van deze keuze. Rob van der Linden heeft de Nederlandse literatuur verrijkt met een onuitputtelijk en niet te stuiten plezier én geloof in het genre van het vertelde verhaal binnen de strakke samenhang van de roman.

 

Hugo Brems
Kester Freriks
Rudi van der Paardt (voorzitter)

 

Het bestuur van de Maatschappij der Nederlandse Letterkunde heeft besloten, overeenkomstig het advies van de Commissie voor schone letteren, de Lucy B. en C.W. van der Hoogt-prijs 2004 toe te kennen aan Rob van der Linden op grond van zijn roman De hand, de kaars en de mot.


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken

Over dit hoofdstuk/artikel

titels

  • over De hand, de kaars en de mot


auteurs

  • Hugo Brems

  • Kester Freriks

  • R.Th. van der Paardt