Jaarboek voor Nederlandse Boekgeschiedenis. Jaargang 2

[p. 219]

Personalia

Jacques Dane studeerde geschiedenis in Leiden. Hij is als assistent-in-opleiding verbonden aan de sectie Algemene Pedagogiek van de Rijksuniversiteit te Groningen en bereidt een proefschrift voor over populaire leescultuur en opvoeding in protestants-christelijke gezinnen, ca. 1880-1940. Hij publiceerde o.a. over A.M. de Jong (Jaarboek De Ghulden Roos, 1993), een Brabantse NSB-burgemeester (Noordbrabants Historisch Jaarboek, 1994) en samen met Mineke van Essen een artikel over de protestants-christelijke kinderboekenschrijver W.G. van de Hulst (Comenius nr. 3, 1994).

E.M. Grabowsky is als onderzoeker-in-opleiding verbonden aan het Instituut voor Neerlandistiek van de Universiteit van Amsterdam. Zij bereidt een proefschrift voor over de schouwburgdrukker Jacob Lescailje (1611-1679).

Gerard Groeneveld studeerde Nederlandse taal- en letterkunde aan de Rijksuniversiteit te Leiden met als specialisatie boekgeschiedenis tijdens interbellum en Tweede Wereldoorlog. In 1988 verscheen van hem Steven Barends. Querulant in fascistisch letterland. (Flanorreeks nr. 3) en in 1992 publiceerde de SDU zijn monografie Nieuwe boeken voor den nieuwen tijd. Uitgeverij De Amsterdamsche Keurkamer 1932-1944. Daarnaast schreef hij voor verschillende vak- en dagbladen over onderwerpen binnen zijn vakgebied. Hij doceert Nederlandse taal en cultuur aan de International School of Economics Rotterdam (ISER).

W. Heersink studeerde geschiedenis aan de Vrije Universiteit Amsterdam. Na zijn studie was hij enige jaren aan deze universiteit verbonden als onderzoeker. Hij heeft zich vervolgens als projectleider geschiedbeoefening te Zuid-Holland ingezet voor de professionalisering van historische verenigingen. Op dit moment is hij verbonden aan de dienst Voorlichting en Externe Betrekkingen van de Vrije Universiteit; daarnaast werkt hij aan een proefschrift over onderlinge conflictregelingen te Amsterdam en het Noordhollandse platteland in de achttiende eeuw.

A.H. Huussen jr. is sinds 1982 hoogleraar in de geschiedenis na de middeleeuwen aan de Rijksuniversiteit te Groningen. Hij publiceert onder andere op het terrein van de strafrechtsgeschiedenis en de cultuurgeschiedenis. Recent verscheen van zijn hand Veroordeeld in Friesland, criminaliteitsbestrijding in de eeuw van de Verlichting (1994).

[p. 220]

Ton Jongenelen werkt aan een biografie over de Amsterdamse ‘broodschrijver’ Willem Ockers (1741-1782). Binnen afzienbare tijd verschijnt van hem een bibliografie van de in de periode 1747-1796 te Amsterdam verboden boeken.

Marika Keblusek werkt aan een proefschrift over de Haagse boekhandel in het begin van de zeventiende eeuw. Zij publiceerde over nieuwsvoorziening in de Republiek en over de bibliotheek van Adriaan Pauw. Daarnaast bereidt zij een studie voor over de boekcultuur van uitgeweken Engelse royalisten in de Republiek.

Lisa Kuitert is neerlandicus te Amsterdam. Zij promoveerde in 1993 op een proefschrift getiteld Het ene boek in vele delen. De uitgave van literaire series 1850-1900. Sinds mei 1994 is zij als onderzoeker verbonden aan het Huizinga Instituut en verricht zij onderzoek naar de opkomst van pockets en paperbacks in Nederland.

Jeroen Salman is historicus. Hij was als assistent-in-opleiding verbonden aan het Aio-netwerk voor de Geschiedenis van Kunst en Cultuur en gestationeerd bij de Vakgroep Nederlandse taal- en letterkunde van de Rijksuniversiteit Leiden. Zijn proefschrift over zeventiende-eeuwse almanakken in de Republiek zal dit jaar worden afgerond.