Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Jong Dietschland. Jaargang 14 (1911-1912)

Informatie terzijde

Titelpagina van Jong Dietschland. Jaargang 14
Afbeelding van Jong Dietschland. Jaargang 14Toon afbeelding van titelpagina van Jong Dietschland. Jaargang 14

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (3.42 MB)

Scans (280.08 MB)

ebook (3.95 MB)

XML (0.51 MB)

tekstbestand






Genre

proza
poëzie
sec - letterkunde

Subgenre

non-fictie/essays-opstellen
verhalen
gedichten / dichtbundel
tijdschrift / jaarboek


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Jong Dietschland. Jaargang 14

(1911-1912)– [tijdschrift] Jong Dietschland–rechtenstatus Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermd

Vorige Volgende

Overzicht der Tijdschriften

Moesten wij vóór eenige jaren het verdwijnen betreuren van een zeer bekend Amsterdamsch weekblad, dat ook voor Vlamingen zijne kolommen wijd openzette, thans dat we iets anders in de plaats kregen, en iets beters nog, want naar een vaster en meer bepaald plan samengesteld, kunnen wij niet dan ten zeerste de lezing van het knappe ‘Van Onzen Tijd’ aanbevelen. Men snakt iedere week naar 't verschijnen ervan, want telkens weer brengt het iets nieuws, iets verrassends en iets leerrijks. De beste hollandsche krachten zijn er thuis, en ook van uit Vlaanderen wordt graag een geluid vernomen. Namen als deze van dichter De Klerk, Maria Viola, Albertine Steenhoff-Smulders, Brom, Poelhekke, Smulders en meer andere nog staan borg voor de degelijkheid van dit orgaan. Dr. Persijn, Constant Eeckels, Van den Oever en nog een heele reeks vlaamsche schrijvers leveren er ook geregeld bijdragen.

Waar zelts bij katholieke lezers zooveel onzijdige - als 't mogelijk ware dat wat onzijdig bedoeld werd niet ultra-partijdig uitviel, - periodieken op de leestafel aangetroffen worden, mocht ‘Van Onzen Tijd’ door en door roomsch, en zoo naar inhoud als naar vorm - mooie platen komen telkens den lezer aangenaam verrassen - niet langer ontbreken, en mocht dit weekblad daarbij eenige dito's uit den weg ruimen. Het biedt niets anders aan dan voortreffelijke lezing.

 

Ook ‘Dietsche Warande en Belfort’ schonk ons weer eenige prachtige nummers. Allereerst de studie van Dr. Persijn over Antonio Fogazzaro, waarop wij later weerkomen, als wij over dezen sterk modernistisch-gekleurden schrijver Dr. Persijn's eindoordeel vernemen Wij stippen ook aan van denzelfden schrijver een studie over Mark Twain. In hetzelfde nr. (Mei) lazen wij nog met veel belangstelling Juffrouw Duyker's ‘Aquarellen uit Italië; verder een gedicht van Constant Eeckels ‘O dicht te zijn bij God, heel dicht’, en van F. Toussaint een paar welgelukte schetsen ‘Kinderen’ Juni nr, ‘In 't diepe van Gezelle's ziel’, aldus de aanhef eener korte psychologische studie van de hand van P.L. Reypens, S.J.; prachtige verzen van Karel van de Woestijne: nieuwe fragmenten uit ‘De Paarden van Diomedes’. Juffrouw Duykers vervolgt hare flinkgepenseelde ‘Aquarellen’, en J. Simons weet heel leuk te verhalen ‘Hoe Janneken Veulemans ruzie kreeg met den brouwer’. Zeker slaan wij de twee recensies niet over

[pagina 55]
[p. 55]

door Dr. Persijn geschreven: de eerste keurig schiftend maar toch zeer lovend over de ‘Dertienlindenvertaling’, door Kan. de Lepeleer, de tweede, even prijzend over K. van den Oever's ‘Godvruchtige maenrijmen’.

Over Johannes Jörgensen heeft het Mevrouw D. Logeman-Van der Willigen in het Juli-nr; Constant Eeckels brengt drie keurige gedichten bij ‘De Morgen’, ‘De Tongerloosche Linden’, ‘Gedicht’; Dr. Persijn vervolgt zijn studie over Fogazzaro; Jufvrouw Duykers doet hetzelfde met haar ‘Aquarellen’ en E.D.H. (waarom die naam niet voluit) handelt in een zeer merkwaardige studie over ‘Julius Caesar’ van Shakespeare.

 

Biekorf.

Tk 7-8-9-10-11. Eene uitvoerige en belangrijke studie van E.H.L. De Wolf over Lucifer; eigenaardig en berustend op aandachtige overweging.

Tk 12. ‘Over Plaatsnamen’, ‘Over Cistercienzer-Hervorming’, ‘Mengelmaren’. Vertaling van ‘Het Heilig Graal’, eene van Tennysons Koningsidyllen. Deze vertaling wordt voortgezet in de volgende afleveringen.

Tk 13. ‘Oud Vlaanderland’. Kiwango of Jongsteentijdsch Vlaanderland. (J. Claerhout.)

Tk 14. ‘Een sprookje van den zegen der smart’. (Jef Van de Woude.)

Tk 15. Biekorf brengt hulde aan de nagedachtenis van E.H. Seraf De Quidt. ‘God schonk hem een welbespraakte tong... God had hem ook met eene ware dichtersziel begiftigd... De gedichten welden uit zijn herte’.

Theo Brakels vertelt over Luchtvaart.

 

Een bijblad behelst eene uitvoerige aesthetische studie door Dr. Eug. Van Oye over ‘De Grieksche Metriek in de Nederlandsche dichtkunst’.

De Lelie. Ie jaargang.

IDe nrs 8-9-10-11 (April-Juli 1911) bevatten de volgende letterkundige bijdragen. Oude meid (schets: Willem Boelaerts). - Een Lelie kunstavond (Henri Van Calcken): verslag over de lezing van Smulders' ‘Verloren zoon’. - Onze Lieve Vrouwe wil het, novelle uit het Deensch van Börge Jansen door D. Logeman Van der Willigen. - Ik houd van het voorjaar. - Opstanding (V.D.E). - Van de Noorsche Lente. - Wat de monniken zongen (J. Van Meerle). - De Matthäuspassion (J. Wigman). - Het Tooneel in China (Pater Calbrecht). - Kleen Communiekindje. - Kunst voor het volk - Legende van Sinte Magdalena (A. Steenhoff). - Letterkunde voor vrouwen (H. Linnebank; - en gedichten: Het woud (Marie C.) - Aan een kind dat niet weet (A.L.). - Angelus (A. Cuppens). - Tonnekens wonderbare vischvangst (R. Jordens). - Zooals een schoon dood kindje (J. Simons). - Sneeuwklokje (Jan Ten Berge). - Symbolen (Fra Mario). - Aan mijne moeder (Fr. Martialis Vreeswijk). - Sint Paschalis' Visioen (Henny De Kok). - Van Engelen (Vada). - Kleinkind op bezoek (Vada).

In dit tijdschrift worden verder behandeld allerlei zaken waarin een beschaafde Nederlandsche vrouw belang dient te stellen. - In geen Vlaamsch huisgezin mag ‘De Lelie’ ontbreken. Het tijdschrift is, gezien de degelijkheid der bijdragen, de mooiheid der uitgave, spotgoedkoop. Men schrijft in voor België (7 fr.) Ste Kathelijnevest 48, Antwerpen.

De Vlaamsche Vlagge. 37e Jaar, 2e afl. Paaschverlof 1911.

Strijdartikelen over ‘Vlaamsche Hoogeschool’, ‘Zelfvervlaamsching in het onderwijs’. - Eene studie over Joe English' ‘De aanbidding der Herders’. - Gedichten. - Kronieken: I. Over geloofsleer en geloofsverdediging. II. Liturgie. III. Sociale wetenschappen. IV. Kunst. V. Letterkunde. VI. Op kijkuit.

De Student. 31e Jaar, nr 2. Paschen 1911.

Zooals altijd zijn vooral merkwaardig het hoofdartikel over Vlaamsche beweging en het overzicht der Vlaamsche beweging. - Een nieuwe rubriek brengt veel nuttigs mee ‘Wegwijzer’.


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken