Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Het keurboek der stad Diest (1885)

Informatie terzijde

Titelpagina van Het keurboek der stad Diest
Afbeelding van Het keurboek der stad DiestToon afbeelding van titelpagina van Het keurboek der stad Diest

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (0.38 MB)

PDF van tekst (0.39 MB)

XML (0.13 MB)

tekstbestand






Editeur

Karel-Frans Stallaert



Genre

non-fictie

Subgenre

non-fictie/geschiedenis-archeologie
non-fictie/rechtswetenschap


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Het keurboek der stad Diest

(1885)–Anoniem Het keurboek der stad Diest–rechtenstatus Auteursrecht onbekend

Vorige Volgende
[pagina V]
[p. V]

Voorwoord.

De stedelijke verordeningen of keuren der stad Diest bestaan uit twee opstellen, beiden in de XVe eeuw vervaardigd: het oudste, dat wij Codex A zullen noemen, uit het begin der eeuw, vormt een kohier van zes perkamenten bladen, is mooi en, op weinige uitzonderingen na, keurig, met pikzwarten inkt geschreven, met roode opschriften en sierlijke hoofdletters, bevat ongelukkiglijk maar de rubrieken xxxiiij à lxxiiij, de drie en dertig eerste zijn dus verloren gegaan. Het tweede opstel, dat wij Codex B heeten zullen, beslaat twaalf perkamenten bladen, werd omtrent het einde der eeuw geschreven, met bleeken inkt, minder schoon en minder keurig, met slechts drie roode opschriften en met de eenvoudigste Items. Dit laatste opstel mag als volledig beschouwd worden, en vergoedt alzoo door den inhoud wat het door den vorm op zijn voorganger verliest. Eene slordige hand laschte, in de XVIe eeuw, nog een aantal verordeningen tusschen de artikels over Vleesch en Visch, die wij gansch achteraan laten drukken hebben. Beide Keurboeken werden met het ‘Registrum copiarum cartarum’, uit de XVIe eeuw, onder hetzelfde schutblad genaaid, doch A achter B.

Terugkomend op den inhoud van beide Keurboeken,

[pagina VI]
[p. VI]

moeten wij doen uitschijnen dat het Codex B ons de belangvolle keuren over het Wapendragen en over de Vrede bewaard heeft, en daarenboven die op den Haring, den Wijn, het Bier, den Honing en de Mede, en die op het Leder.

De taal en spelling van A, inzonderheid en op zich zelve, onderscheiden zich door de volgende punten: verlenging der a in saels voor zal des, en in ghelaegh voor gelag; verandering van a in e: cleghere (doch claghere in dezelfde rubriek), dreeght, sleet, steet, wescht, kerren, - echtich, voor klager, draagt, slaat, staat, wascht, karren, - achtig, waarvan de werkwoorden als ‘Umlaut’ moeten aanzien worden. Ook leest men altoos dade voor dede, deed, en wochter voor wachter. - Verlenging der e in wederseeght en leegt, voor wederzegt en legt. Verkorting der e in stert, mesprect, brect, nempt, voor steert (staart), misspreekt, breekt, neemt; verandering van e in i, in bringhen, minct, richtere en richten, voor brengen, mengt, rechter en rechten. - Verandering van i in e, in vesch, es, mes-, twesten, voor visch, is, mis -, twisten. - Verlenging der o door de e: coeren, coepen, vercoepen, scoen, toebehoeren, behoert, oec, behoerleec, ghoer, woende, stroe, hoerde, voert, loenen, voerhoeft, kalfshoede, voor koren (koorn), koopen, verkoopen, schoon, enz. - Bestendig schrijven van duet voor doet, doch immer doen; en eindelijk vertughen en buten voor getuigen en buiten.

In het Codex B treft men ongeveer dezelfde klankverwisselingen aan: zaels, -echtich, steven (van staf), dreeght, sleet, steet, leet, brechte, hedde, henght, merct (ook markt), voor zal des, -achtig, staven, draagt, slaat, staat, brachte, hadde, hangt, markt, en wochten voor wachten. - Wederseeght, voerseeght, leeght, voor wederzegt, voorzegt, legt. -

[pagina VII]
[p. VII]

Versprect, mesprect, met, nemt, brect, voor verspreekt, misspreekt, meet, neemt, breekt. - Richtere, brinct (ook wel eens brenght en brenghen), vinster, voor rechter, brengt, venster. - Twest, twesten, leeght en leecht, mes, desch, vesch, voor twist, twisten, ligt, mis-, disch, visch. - Voergh. (-enomd), soe, rechtvoert, oec, betoenen, alsoe, voerseeght, coerne en coeren, behoert, voertane, voere, ghoer, voor: voorg., zoo, rechtvoort, enz.; ook voercopere, doch overal copen en vercopen. - Terwijl het oudste opstel de oude oe-klank der u slechts in duet gebruikt, leest men hier, behalve duet met een otje op de u: tubehorende, besueken, sueken, en sueken (met otje), mesduet (met otje), zuch (ook zoech), vuerde, drueghe, muyen, minderbruederen (ook -broederen en -broderen), vuederen (met otje) voor toebehoorende enz. Eindelijk ui verandert ook in u in tughen, buten en in het voorz. wt, ut.

Nog stippen wij in het Codex B het genitief-regimen aan der werkwoorden: ghelden, gheven, doen, wochten (wachten), darven (derven), zijn (in de boet van), weten, begheren en leven.

De taal van het Diestersch keurboek is, over 't algemeen, die welke wij aantreffen in de oorkonden der Dietsche steden en dorpen gelegen aan de hooge Demer (Demera), de Herk, de Gete, de Velpe en de Jeker, en die, deeszijds de Maas, den drijhoek uitmaken welken de heer voorzitter Delecourt(Hubert Vandenhove), in zijne gewijzigde ‘Kaart van 't gebied der Nederdütsche sprake’ door Bernhardi afgeteekend heeft in het Nederrijnsche vak, en die doorgaans als het ‘Michland’ en ‘Michkwartier’ benaamd worden (La langue flamande, son passé et son avenir).

Ten slotte zij nog gezegd dat de eerste bladen van het boekje reeds afgedrukt waren toen de uitgever bekend

[pagina VIII]
[p. VIII]

gemaakt werd met de ‘Bepalingen over de uitgave van handschriften’ door het Historisch Genootschap te Utrecht in het licht gegeven, en dat hij dus aldaar de wijze voorschriften dier Maatschappij niet heeft kunnen nakomen. Ook - dat de hier en daar afgekorte conjunctie ‘ende’ als zoovele schrijffouten van den Diesterschen scriba moeten beschouwd worden.

Karel Stallaert.


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken