Brokkens vriendin moest een cursus geven en zelf was hij nog bezig met Zaza en de president. De verhalen geven een helder beeld van een stukje Afrika dat maar weinigen zullen kennen. Datzelfde geldt voor De regenvogel (1991), het verslag van een reis door Gabon, waar hij in de voetsporen treedt van o.a. Simenon, Morton Stanley, Albert Schweitzer en Mary Kingsley. Het werd in het Engels vertaald als The rainbird.
Na interne onenigheid bij De Arbeiderspers begint Emile Brugman de uitgeverij Atlas en Brokken is een van de auteurs die hem volgen. In 1992 verschijnt daar Goedenavond mrs. Rhys, een verslag van Brokkens reis naar Dominica, op zoek naar de voetsporen van Jean Rhys (1890-1979). Net als in De regenvogel gaat Brokken op zoek naar een bekende literator en combineert hij dat met zijn persoonlijke impressies.
Brokken schreef in De moordenaar van Ouagadougou: ‘ik zie tegen iedere reis op’, maar toch gaat hij steeds weer op reis. Een drang die moet zijn ingelepeld door zijn kosmopolitische ouders, wellicht versterkt door reisverhalen die hij als jongen las. Reizen zat de familie Brokken in het bloed, zoals ook weer in de verhalenbundel Vulkanen vanaf zee blijkt. Het eerste verhaal vertelt zijn reis naar de Cariben, maar de plaatsen uit zijn verleden blijven aanwezig: Afrika, zijn studie in Bordeaux, het Rusland van zijn moeder, een vakantie met het gezin in Denemarken, het dorp van zijn jeugd. De reis over de zee van tijd langs de geografische plaatsen waar je even voet aan wal krijgt, de vulkanen die sluimeren maar altijd weer uitbarsten. Het stukje van de reis dat in dit boek wordt beschreven, eindigt op Curaçao, waar hij wordt geconfronteerd met zijn angst voor honden, die zijn moeder in het Jappenkamp opdeed en die ze als een soort familie-angst aan haar kinderen heeft doorgegeven.
In 1993 volgde de bundel interviews en reportages Spiegels. Oud werk en wellicht bedoeld als overbrugging naar zijn volgende boek, de lijvige roman De blinde passagiers (1995 - Li 1996, p. 6). Toch past deze bundel uitstekend op dit punt van zijn schrijverscarrière. Het benadrukt dat Brokkens interviews tot zijn literaire oeuvre behoren, zoals de schrijversportretten van Jeroen Brouwers tot diens oeuvre horen. Hoe anders geaard ze ook mogen zijn, de verbondenheid met en liefde voor de literatuur is even intens en oprecht.
De blinde passagiers speelt zich bijna geheel af op een schip. De hoofdpersoon, een restaurateur van schilderijen, is op een vrachtschip op weg naar Zuid-Amerika. Het dorp uit zijn jeugd maar dan anders, dobberend op de wereldzeeën. Een lange, rustige reis om tot zichzelf te komen, los te breken uit het verleden. Maar de twee Russische verstekelingen en de vrouw van een van zeelieden zijn ook al op de vlucht voor het verleden en hun aanwezigheid maakt de reis minder rustig dan bedoeld was. En aan het verleden valt niet te ontsnappen, dat blijft altijd aanwezig: zijn overleden vader - een dominee - een jeugdliefde. Aan het eind rest de hoofdpersoon niets meer dan de vliegreis naar huis. En weer een aantal herinneringen.
De blinde passagiers is ambitieus genoemd en dat is deze roman ook. Die handvol mensen op het kleine, monotone toneel van het schip, met slechts af en toe een haven of een spannende gebeurtenis. Volgens Reinjan Mulder in ‘NRC Handelsblad’ een mengeling van ‘een klassieke Latijns-Amerikaanse roman en het kleine, schuldbeladen Hollands realisme,’ twee tegenstellingen. Een unieke poging, zelfs al zou hij niet geheel geslaagd zijn, die de roman op de longlist van de AKO Literatuurprijs bracht en leidde tot een nominatie voor de Gouden Uil.
In het verhaal ‘Nog een nacht’ uit Vulkanen vanaf zee was er een echte hoofdpersoon en het was voor het eerst dat Brokken niet zelf de camera was waardoor de gebeurtenissen werden bekeken. In De blinde passagiers was dat ook het geval, maar de hoofdpersoon kan makkelijk worden gezien als een alter ego van Jan Brokken. In de bijna even omvangrijke roman De droevige kampioen (1997 - Li 1998, p. 4) is dat minder evident. Het verhaal van de wereldberoemde tafeltennisser Riki Marchena, die in de goot terecht is gekomen, in korte hoofdstukken vanuit verschillende gezichtspunten verteld, behalve vanuit het gezichtspunt van Jan Brokken. Is het dat jeugdtrauma, die angst zich te binden, de vraag hoe eerlijk een mens moet zijn, het succesvolle verleden? In ieder geval beweegt Brokken zich als auteur verder van zichzelf vandaan, weg van de zo nadrukkelijke autobiografische invalshoek. De beschrijving van Curaçao is nog steeds zo journalistiek, dat de flaptekst Curaçao de eigenlijke hoofdpersoon noemt.
Op basis van Goedenavond, mrs. Rhys maakte Brokken samen met Jan Louter de televisiereportage ‘En de vrouw is een vreemde’, die in april 1997 werd uitgezonden en onder welke titel een herziene editie van het oorspronkelijke reisverslag verscheen. Net als Spiegels een intermezzo tussen twee grotere stappen in Brokkens schrijverscarrière. Nu is al weer enige tijd Jungle Rudy aangekondigd. Een portret van de Hagenaar Rudy Truffino, die in Venezuela zo werd genoemd? In ieder geval zal Brokkens reis door de tijd van Curaçao naar Venezuela leiden. En dat heeft een boek opgeleverd dat het lezen meer dan waard is, daar ben ik van overtuigd. Want de kracht van Brokkens werk ligt niet alleen in de exotische beelden, dat bewezen De provincie en De blinde passagiers. Dat zijn slechts de kleuren die zijn werk een extra dimensie geven. Het is zijn epische verteltrant, de wijze waarop hij zijn personages uittekent, waarvan de auteur Jan Brokken er slechts één is, het inlevingsvermogen waarmee hij die uittekent, altijd relativerend, in de eerste plaats ten aanzien van zijn eigen waarnemingen.
[Paul van Leeuwenkamp]