Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Leven van Sinte Clara (1998)

Informatie terzijde

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (0.55 MB)

XML (0.15 MB)

tekstbestand






Editeur

Ludo Jongen



Genre

proza

Subgenre

heiligenleven


In samenwerking met:

(opent in nieuw venster)

© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Leven van Sinte Clara

(1998)–Anoniem Leven van Sinte Clara–rechtenstatus Auteursrechtelijk beschermd

Vorige Volgende

¶ Van haer heilighe ende loeflijcken conversacie in haers vaders huys. Dat IIII Cappittel

Als Clara aldus voert gecomen was in deser werelt, soe began sij bij tijts een schijnsel des toecomende lichts uut hare te gane geven. Ende in haer jonghe jaren sceen uut hare die rijpheit der seden. Ende als sij began te gaen aen stoelen ende bancken met haer teeder voetkijns, soe gaf sij haer uut teyken der edelheit, met wat verdienten sij hier na blincken soude voer Gode. Ende aldus wesende in haer kintsche jaren overmits rijpheit die sij hielt in haer seden, soe mochtmen mercken dat wat sonderlinghes in haer sculden was. Ende als die natuer gaf - overmits die godlijcke gracie - dat sij began te spreken ende

[Folio 3vb]
[fol. 3vb]

alleene te gaen, en liep sij niet doer der straten met anderen maechden, kallende, ydelijc sprekende, noch oec in dans spelen en verblijde sij haer niet. En sij en bedreef niet kintschelijcx in haren wercken, mer sij vloet van alle waerlijcke gheselscap als voerden venijnden doot. Ende aldus was sij altijt naerstich om haer selven te bewaren met alle haer crachten. Sij was zeer stille van woerden, ende en woude niet horen na onnutte fabulen ende redenen. Ende als sij hoerde haer ghebueren maechden singhen weerlijcke liedekijns daer vloet sij van, merckende dat daer veel quaets van onsuverheit des vleeschs of mocht comen. Sij was oec zeer scamel ende altijt sorchvoldich met blosender verwen. Ende aldus wanderende onder haer ouders ende vrienden ende magen onbegrijpelijc ende onberuspelijc, soe was sij zeer van hem allen gemint. Sij was oec ghehoersam tot allen geboden die godlijc waren. Ende dat plach sij willichlijc

[Folio 4ra]
[fol. 4ra]

met blijden moede te volbringhen. Ende sij en plach niet te vraghen als die kinderen pleghen: "Wil ic dit oft dat doen?", noch sij en was nyemant moeylijc van hare wegen. Ende al wort sij versproken, sij en plach haer niet te onsculdigen, ende oec nyemant anders te belasten, noch oec op yemant quaet vermoeden, noch oec yet quaets aen te bringen vanden huysgesinne, tot haer ouders. Ende alle dinc plach sij ten besten te keeren.

¶ Aldus was sij zeer liefgetal vanden huysgesinne ende sij eerde haer alle als haer vrouwe, al was sij jonc van jaeren. Ende met grooter blijdelijcker begeerten begeerde sij haer moeder altijt na te volgen, als sij ter kercken ginc, ende was altijt gaerne tegenwoerdich inder messen ende ander godlijcke dienste. Ende sij plach haer handekijns in een teken der devociën te samen te vouwen ende haer knyën te buygen, ende

[Folio 4rb]
[fol. 4rb]

haer oechkijns neder te slaen inder aerden. Ende soe blef sij onbeweechlijc biddende, als dat diese aensagen meenden meer dat een belt geweest hadde dan een levende persoen. Ende die heylige vrouwe Ortulana, een plant alre duechden, began altijt haer geminde kint Clara te loeven ende te instruëren ende vochtich te maken inder vreesen Gods ende inder minnen Gods. Ende als sij aldus metten Heiligen Geest vervult was - overmits die naersticheit harer moeder - began vroech in haer te scijnen dat namaels in alle naciën openbaerlijc wort. Ende als sij met haer moeder vander kercken quam ende hadde dat woert Gods gehoert, soe plach sij haer moeder te vertellen - als een vroede bie - al dat sij goets ghehoert hadde ende leerde dat haer huysgesinne voert. Ende aldus eerst met leerender herten onfenc sij eerst van haer moeder die articulen des geloves.

[Folio 4va]
[fol. 4va]

Ende overmits den Heilighen Geest van binnen leerende, scheen sij te wesen warachtelijc een puer vat ende een vat vol graciën.


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken