Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Leven van Sinte Clara (1998)

Informatie terzijde

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (0.55 MB)

XML (0.15 MB)

tekstbestand






Editeur

Ludo Jongen



Genre

proza

Subgenre

heiligenleven


In samenwerking met:

(opent in nieuw venster)

© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Leven van Sinte Clara

(1998)–Anoniem Leven van Sinte Clara–rechtenstatus Auteursrechtelijk beschermd

Vorige Volgende

¶ Hoe Clara haer susteren vermaende totter discipline des gheregelden levens

[Folio 28ra]
[fol. 28ra]

ende oec Sinte Franciscus. Dat XLI capittel

Ende want dese heilige maget Clara was een meestersse der ongheleerder ende recht als in een groot conincs palaes een vorstinne der maechden, soe stichte sijse tot so groter disciplinen ende thoechse tot haer met soe groter minnen der goddienstichen, dat geen sermoen te volle uut spreken mach.

¶ Ten eersten soe leerde sij hem dat sij alle onlede souden verdriven uut haer herten, op dat sij Hem alleen inwendelijc met Gode soude becomeren. Sij leerde oec hem dat sij hem niet en souden becommeren met onledicheit der vleeschelijcker vrienden ende maghen, mer dat sij alleen souden hopen minnen Christi, des ghecruysten Heere, ende in Sijn gracie. Sij leerde hem oec dat sij die tijtlijcke dinghen vergeten souden ende oefenen inder passiën haers Brudegoems. Sij leerde hem oec hoe dat soe souden versmaden die begheerten des broeschen vleesches, ende dat sij dat

[Folio 28rb]
[fol. 28rb]

vleesch met sijn bedriechlijcheit bedwinghen souden metten gheboden der reden. Sij bewijsde hem hoe dat die bedriegende viant sijn verborghen stricken in die puer herten plach te worpen ende dat hij in andere manieren becoort die gheestelijcke mensche dan die waerlijcke. Ende alsoe woude sij dat sij in sekeren tijden souden wercken met haer handen, op dat sij haestelijc - overmits oefening des ghebets - te vierigher souden worden totter oefeninghe haers Sceppers, ende dat sij achter souden laten die traecheit der vergetelheit, ende - overmits dat vier der minnen - onder die voet souden trecken die coutheit der devociën. In geen stede en was grooter silencium gehouden noch meerre bewaringhe alre eerbaerheit; daer en worde uut dat vloeyende herte geen overtallighe woerden ghesproken, noch daer en meengede niet die lichtveerdicheit des woerts die ydelheit der begeerten. Want die meestersse was zeer spaer\lijc

[Folio 28va]
[fol. 28va]

inden woerden, ende sij bedwanc met cortheit der woerden die begeerte des overvloeyenden herten.

¶ Dit was die leere der heiligher abdissen. Mer die leere des heilighen meesters Francisci - overmits siecten - soe en leerde hij hem niet veel meer, overmits die broeders dat boetscappeden. Want hij altijt met grooter begeerten minne hadde tot dese heilige vrouwen, want hij ontboet hem dat sij souden altijt puerlijc leven, ende sonder veel sprekens, ende oetmoedelijc te wanderen, ende eendrachtich te wesen inder liefden. Want hij mercte dat haer conversacie heilich was, ende met een stichtige ende verblidinghe der broederen, mer oec een claer toecomende schijnsel ende een glorie der Heiliger Kercken. Ende hij ontboet hem oec gelijcker wijs - alsse God vergadert had uut veel lantscappen der warelt - dat sij hem vastelijc verbinden souden totter minnen der ghehoersamheit, ende dat sij altijt leven souden

[Folio 28vb]
[fol. 28vb]

totter minnen, totter aermoeden ende totter ghehoersamheit, ende dat sij altijt leven souden alsoe sij sterven wouden ende daer haer leven in eynden onghebreckelijc, ende dat sij vander aelmissen der tafelen met dancbaerheit ende met discrecie haer lichaem voeden souden, ende dat sij die siecten die hem God aen sinde, lijdsaemlijc ontfangen souden.


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken