Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Den Bybel met groter neersticheyt ghecorrigeert (Liesveltbijbel 1542) (2010)

Informatie terzijde

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

XML (13.50 MB)

tekstbestand






Editeur

Hans Beelen



Genre

non-fictie

Subgenre

bijbel / bijbeltekst(en)


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Den Bybel met groter neersticheyt ghecorrigeert (Liesveltbijbel 1542)

(2010)–Anoniem Liesveltbijbel–rechtenstatus Auteursrechtelijk beschermd

Vorige Volgende

¶ Hoe datter een questie was in Hierusalem onder die Apostelen vander onderhoudinghe des wets, die ghesolueert wert, ende openbaerlijc verdoemt, ende hoe Paulus van Barnabas ghescheyden wert.

Dat .xv. Capittel

1

Ga naar margenoot+ENde sommighe afcomende van Iudea leerden die broeders ende seyden. Het en sy dat ghi v besnijden laet na die wijse Mosi, so en moechdi niet salich worden.

2

Doen daer nv een oploop opstont, ende Paulus ende Barnabas hem stranghelijck teghen haer lieden setten, oordineerden si dat Paulus ende Barnabas ende sommige ander wt haer lieden op souden reysen tot Ierusalem totten Apostelen ende ouders om deser vraghen wille.

3

Ende si worden vander vergaderinghen gheleyt, ende

[pagina *]
[p. *]

reysden door Phenicen ende Samarien, vertellende dye conuersacie der heydenen, ende maecten alle den broeders een groote blijschap.

4

Mer doen si te Hierusalem quamen, worden si vander vergaderingen ende vanden Apostelen ende vanden ouders ontfanghen, vercondighende hoe vele God met haer lieden gedaen hadde.

5

Ga naar margenoot+Doen stonden daer sommige vanden secten der Pharizeen op, die gheloouich waren gheworden, segghende, Men moetse besnijden, ende geboden dye wet Mosi te houden,

6

Mer die Apostelen ende dye ouders quamen tesamen om dese reden te besien.

7

Doen daer nv veel vragens om op stont, so stont Petrus op, ende seyde tot haer lieden, Ghi mannen lieue broeders, ghi weet wel dat God in voorleden daghen, onder ons, mijnen mont vercoren heeft, door welcken die heyden dat woort des Euangelijs souden hooren, ende te gheloouen,

8

ende die hertkender God getuychde ouer haer lieden, ende ghaf haer lieden den heyligen gheest, ghelijc ooc als ons,

9

ende en onderschiet niet tusschen ons ende haer lieden, reynigende haer herten door tgelooue.

10

Ga naar margenoot+Wat tempteerdy dan nv God? met oplegginghe des iocx op die halsen der discipulen, het welc noch onse vaderen noch wi en hebben moghen draghen?

11

mer wi gheloouen door die ghenade des HEREN Ihesu Christi salich te worden, ghelijckerwijs als si oock.

12

Doen sweech die gheheele menichte stille, ende hoorden Paulum ende Barnabam vertellende hoe grote teekenen ende wonderlicheden God door haer ghedaen hadde onder die heydenen.

13

Ende als si sweghen, antwoorde Iacobus, segghende, Ghi mannen lieue broeders, hoort mi,

14

Simon heeft vertelt hoe God eerst heeft gheuisiteert, een volc wt den heydenen te nemen tot sinen name, Ga naar margenoot+

15

Ende hier mede accoorderen die woorden der propheten also ghescreuen is.

16

Daer na wil ic weder comen, ende sal den tabernakel Dauid weder tymmeren dye veruallen is, ende haer gaten wil ic weder tymmeren, ende salse oprechten,

17

op dat, so wat ouerbleuen is vanden menschen naden HERE vraghen, daer toe alle heydenen, daer mijnen name ouer aengheroepen is, seydt God, die dit alle doet,

18

Gode zijn alle sijn wercken kenlijc vander werelt aen.

19

Daerom besluyt ick datmen dien die wt den heydenen hen tot God bekeeren, nyet ongherust en make,

20

mer datmen haer scrijue, dat si haer onthouden van onsuuerheit der afgoden, ende van oncuysheit, ende vanden versticten, ende van bloet,

21

Want Moyses heeft van voorleden tijden in allen steden geordineert die gene diet hem prediken, ende wort alle Sabbath dagen inder scholen gelesen

22

Ga naar margenoot+Ende het dochte den Apostelen ende den ouders met der geheelder vergaderingen goet, mannen wt haer te kiesen, ende te seynden te Antiochien, met Paulo ende Barnaba, namelick Iudam, metten toename Barsabas, ende Silam, welcke mannen voorgangeren waren onder den broederen, ende si gauen scriften in haer handen aldus luydende.

23

Wi Apostelen ende ouders ende broeders, wenschen salicheyt den broederen wt den heydenen die tot Antiochia ende Syria ende Cilicia sijn,

24

Want wy ghehoort hebben dat sommige vanden onsen sijn wtghegaen, ende hebben v verstoort met woorden, ende uwe sielen wanckelende gemaect, seggende. Ga naar margenoot+ Ghy soudt v laten besnijden, ende houden die wet, den welcken wijs niet beuolen en hebben.

25

Heeft ons eenmoedelijck verghadert, goet ghedocht, mannen te kiesen, ende tot v te seynden, met onsen alderliefsten Paulo ende Barnaba,

26

welcke menschen haer sielen ghegheuen hebben voor den name ons HE-REN Iesu Christi,

27

Daerom hebben wi Iudam ende Sylam gesonden, die v dat selue ooc met woorden vercondighen sullen,

28

Want het behaecht den heyligen geest ende ons, v geen beswaringe meer op te leggen, dan alleen dese nootsakelike stucken,

29

dat ghi v onthoudt van afgoden offer, ende van dat bloet, ende vanden versticten, ende van oncuysheyt, vanden welcken ist dat ghy v onthout, so doet ghi wel, houdt v vromelijck.

30

Ga naar margenoot+Doen dese wech ghelaten waren, quamen si tot Antiochien ende vergaderden die menichte, ende leuerden den brief,

31

doen si dien ghelesen hadden, worden si verblijt vanden troost.

32

Mer Iudas ende Sylas die ooc propheten waren, vermaenden die broeders met veel redenen ende sterctense.

33

Ende daer een wijle tijts vertoeuende, worden si met vreden vanden broeders weder gheseynt totten Apostelen.

34

Het dochte Sylam goet daer te blijuen,

35

Mer Paulus ende Barnabas, hadden haer wooninge tot Antiochien, leerende ende prekende met vele anderen dat Euangelische woort des HEREN.

36

Ga naar margenoot+Na sommige daghen seyde Paulus tot Barnabam, Laet ons wederom keeren ende onse broeders door alle steden besoecken, in welcken wi dat woort des HEREN vercondicht hebben, hoe si hen hebben.

37

Maer Barnabas riet dat si Ioannem metten toename Marcus, met hen souden nemen,

38

maer het docht Paulo behoorlic, dat si eenen alsulcken niet met haer lieden nemen en souden, die welcke haer afghegaen was in Pamphilien, ende en was niet met hen gereyst tot dien wercke.

39

Ende daer was alsoo scherpen twist tusschen haer lieden, dat si van malcanderen reysden ende verscheyden worden, Ende dat Barnabas Ioannem tot hem genomen in Cypren sceepten.

40

Mer Paulus Sylam verkiesende, is wech ghereyst, der ghenaden Goods vanden broederen beuolen,

41

Hi doorwandelde Syriam, ende Cilicien, die ghemeynte sterckende.

margenoot+
A vers 1

margenoot+
B vers 5

margenoot+
C vers 10

margenoot+
Amos ix.c.

margenoot+
D vers 22

margenoot+
E vers 24

margenoot+
F vers 30

margenoot+
G vers 36


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken