Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Den Bybel met groter neersticheyt ghecorrigeert (Liesveltbijbel 1542) (2010)

Informatie terzijde

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

XML (13.50 MB)

tekstbestand






Editeur

Hans Beelen



Genre

non-fictie

Subgenre

bijbel / bijbeltekst(en)


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Den Bybel met groter neersticheyt ghecorrigeert (Liesveltbijbel 1542)

(2010)–Anoniem Liesveltbijbel–rechtenstatus Auteursrechtelijk beschermd

Vorige Volgende

¶ Die Apostel seyt van dat loon vander rechtueerdicheydt ende van die schult ende van die bereydinghe van alle saken.

Dat .v. Capittel

1

Ga naar margenoot+WI weten, is dat onse eertsche huys deser woninge ghebroken wert, dat wy een timmeringe hebben van God ghemaect, een huys niet met handen ghemaect, dat eewich is inden hemel,

2

Ende daer na haken wi, na onse huysinghe die vanden hemel is, ende verlangen

3

dat wi daer mede gecleet worden,

4

ist nochtans, dat wi gecleet ende niet bloot geuonden en worden, want ter wijlen dat wi inder hutten sijn, soo versuchten wy, ende sijn beswaert, Want wy wilden lieuer ghecleet ende niet onghecleedt sijn, op dat dat sterffelijcke worde verslonden vanden leuen.

5

Ga naar margenoot+Mer die ons daer toe bereyt, Dat is God, die ons den pant des geest gegeuen heeft.

6

Mer wi sijn altoos getroost, ende weten dat, also lange wi thuys sijn inden lichaem, so gaen wi pelgrimagie, int afwesen vanden HERE,

7

want wy wandelen int gelooue, ende wi en sien hem niet,

8

Mer wi sijn ghetroost, ende hebben veel meer lust wten lichame te sine ende daer thuys te sine byden HERE.

9

Daerom sijn wi neerstich, oft wi thuys sijn oft pelgrimagie gaen dat wi hem wel behagen,

10

Want wi moeten alle gheopenbaert worden voor den rechtstoel Cristi, op dat een yegelic ontfanghe in sijn lichaem, daer na dat hy gedaen heeft, het si goet oft quaet.

11

Daerom te wijle dat wi nv weten, dat die HEERE te vreesen is, so laet ons properlic metten volcke omgaen, mer wy sijn God openbaer, Maer ick hope dat wy ooc in uwer conscientien openbaer sijn.

12

Wi en prijsen ons seluen niet weder, mer wi geuen een oorsake van ons te beroemen, Ga naar margenoot+ op dat ghi hebt te beroemen tegen die gene die na dat aensien beroemen ende niet na der herten,

13

Want gaen wi te bouen metten gepeyse ter eeren Gods,

14

ende sijn wi matich, so zijn wi matich om v lieden, want die liefde cristi dringt ons also, daerom achten wi dat alsoo, ist datter een voor alle gestoruen is, so sijn si alle gestoruen,

15

ende hi is daerom voor alle ghestoruen, op dat die ghene dye daer leuen, niet haer seluen en leuen, mer den ghenen, die voor haer lieden ghestoruen ende verresen is.

16

Daerom van nv voort aen en kennen wi niemant na den vleessce, ende al ist dat wi ooc Christum ghekent

[pagina *]
[p. *]

hebben na den vleessce, so en kennen wi hem nochtans nv niet meer. Ga naar margenoot+

17

Ga naar margenoot+Daerom isser eenige nieuwe creatuere in Christo, so is dat oude vergaen, siet, het is al nieu geworden,

18

Mer dat al van God, die ons met hem seluen versoent heeft door Iesum Cristum, ende heeft ons den dienst der versoeninge gegeuen,

19

Want God was in Cristo, ende versoende die werelt met hem seluen, ende en rekende hen haer sonden niet, ende heeft onder ons gestelt dat woort der versoeninghe.

20

Aldus sijn wi nv bootscappers in cristus stadt, als oft God door ons vermaende, Also bidden wy nv in Cristus stadt, laet v versoenen met God,

21

want hi heeft den ghenen die van geender sonde en wist, voor ons tot sonde gemaect, op dat wi worden in hem dye gherechticheyt die voor God ghelt.

margenoot+
A vers 1

margenoot+
B vers 5

margenoot+
C vers 12

margenoot+
Esaie. xxv.c

margenoot+
D vers 17


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken