Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Literatuur Zonder Leeftijd. Jaargang 4 (1990)

Informatie terzijde

Titelpagina van Literatuur Zonder Leeftijd. Jaargang 4
Afbeelding van Literatuur Zonder Leeftijd. Jaargang 4Toon afbeelding van titelpagina van Literatuur Zonder Leeftijd. Jaargang 4

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave



Genre

jeugdliteratuur

Subgenre

tijdschrift / jaarboek


In samenwerking met:

(opent in nieuw venster)

© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Literatuur Zonder Leeftijd. Jaargang 4

(1990)– [tijdschrift] Literatuur zonder leeftijd–rechtenstatus Auteursrechtelijk beschermd

Vorige Volgende
[pagina 56]
[p. 56]

Woutertje Pieterse's drietal
Selma Niewold

Drie boeken, met een harde kaft en een goed verzorgde grafische vormgeving. Dat zijn de uiterlijke overeenkomsten, maar zijn er ook innerlijke overeenkomsten? Annetje Lie in het holst van de nacht van Imme Dros en Lieveling, boterbloem van Margriet Heymans hebben in ieder geval dezelfde illustrator. Dat wil echter nog niet zeggen, dat de tekeningen in deze boeken dezelfde kwaliteit bezitten. De illustraties in Annetje Lie in het holst van de nacht zijn uitgewerkter en gedetailleerder. In Lieveling, boterbloem blijven de tekeningen enigszins schematisch, wat veroorzaakt kan worden doordat de handeling van het verhaal zich nagenoeg op één plaats afspeelt. Een andere verklaring kan zijn, dat Margriet Heymans zich met dit werk heel nadrukkelijk als schrijfster wil presenteren en de tekeningen daardoor voor haar niet op de eerste plaats komen. Het derde werkje in de reeks De dame en de neushoorn van Anne Vegter & Geerten Ten Bosch onderscheidt zich al van de andere twee door het gebruik van kleur in de illustraties. De tekeningen van Heymans staan afgescheiden van de tekst, boven aan de pagina's, in Annetje Lie met een kader omgeven en in Lieveling, boterbloem zonder een strak kader. Vegter en Ten Bosch hebben tekst en tekeningen meer met elkaar verweven. De tekenstijl is hier wat onbeholpener en doet ondanks het feit dat de illustraties soms een hele pagina beslaan priegelig aan.

Imme Dros vertelt in Annetje Lie in het holst van de nacht het verhaal over een meisje dat al drie weken bij haar oma logeert, zonder te weten wanneer haar ouders haar weer op komen halen. Oma zingt de hele dag door liedjes, van die hele ouderwetse waar Annetje Lie treurig van wordt. Op een avond kan Annetje Lie niet slapen, haar oma komt mopperend naar haar toe ‘Kind toch, me wakker maken in het holst van de nacht.’ Dan gaat Annetje Lie op zoek naar het holst van de nacht en ze vindt het, in haar bed onder de donsdeken. In haar dromen, die steeds meer weg krijgen van koortsdromen, gaat ze terug naar haar huis, dat nu haar ouders er niet zijn bedreigend en angstaanjagend is. Met de door Imme Dros gegeven tekst, kan de lezer op zoek naar mogelijke interpretaties, want alles in het verhaal lijkt een diepere betekenis te hebben. Zo zijn de Maan en de Muizenkoning allebei wel aardig

[pagina 57]
[p. 57]

voor Annetje Lie, maar met elkaar kunnen ze het niet goed vinden. Bij de ruzies die er ongetwijfeld tussen haar ouders zijn geweest: ‘Niet doen, niet doen,’ huilt Annetje Lie, ‘waarom maken jullie altijd ruzie? Altijd maken jullie ruzie en ik begrijp niet eens waarover het gaat.’

De jurkenvrouw, die Annetje Lie overal achterna zit, kan staan voor de angst van Annetje om haar ouders helemaal niet meer terug te zien. Haar vader bracht haar bij oma met een koffertje winter- en zomerkleren. De jurkenvrouw draagt wel tien zomer- en winterjurken over elkaar. Zij wil de satijnen trouwschoenen van Annetje's moeder hebben, de enige tastbare herinnering die zij in haar droom aan haar moeder heeft.

In het circus ziet Annetje de clown die haar bang maakt als hij zijn hoedje afzet en daaronder weer een hoedje zit en daaronder weer een, enzovoort. Hij kan gewoon een gek element in het verhaal zijn, maar hij kan ook verwijzen naar de beklemmende situatie waarin Annetje Lie zich bevindt, waar maar geen einde aan lijkt te komen.

En dan is er Heintjevaar, die de bijna willoos geworden Annetje Lie naar zich toe lokt. Het is de Maan die haar net op tijd uit de armen van de dood redt. Maar de lokroep van Heintjevaar blijft door het verhaal heen klinken.

Vier dieren, onder leiding van de Vos, doen nog een aanval op Annetje Lie. Zij trekken aan haar haren en hebben het ook op haar leven voorzien. Ze kan vrijkomen als ze de Muizenkoning aan het viertal wil uitleveren. Maar Annetje Lie verraadt haar vriend niet. Hij komt haar met zijn legertje redden.

Al deze symbolische figuren in het verhaal versterken het verhaal van het meisje, dat onbewust wel weet wat er met haar ouders aan de hand is, maar het onmogelijk vindt om een keuze tussen hen te maken. Bijna ieder woord heeft betekenis. Bij elke lezing komen meer in de tekst verborgen verwijzingen naar boven.

Annetje Lie in het holst van de nacht is een verhaal met een droevig einde, maar dat is onontkoombaar. Het zou onrecht doen aan Annetje Lie's zorgen, die zulke verschrikkelijke koortsdromen veroorzaken, als aan het eind zou blijken dat haar vader en moeder het nog maar eens met elkaar proberen.

Lieveling, boterbloem speelt zich ook af op het vlak van het onbewuste. Bethe heeft van de juf strafwerk gekregen. Liefdevol brengt zij haar pop naar bed, om de honderd regels te gaan schrijven. Zodra zij weg is komt door het raam de boze heksenfee naar binnen die Poppeleia mishandelt. Berthe komt haar troosten, wanneer zij aan het werk gaat herhaalt het tafereel met de boze heksenfee zich.

Lieveling, boterbloem is in versvorm geschreven. In dit treurspel gebruikt Heymans de ‘Rei’, die de handelingen van Berthe van commentaar voorziet en onthult dat Berthe en de boze heksenfee een en dezelfde persoon zijn. ‘Eigen

[pagina 58]
[p. 58]

schuld, huichelaar. / Ze komt niet weerom; / vergeet haar maar. / Jij was zelf die heksenfee. / Krijgt ze haar terug, maan?’

Iemand die het thema niet herkent, of een niet geoefend lezer kan bij dit lange vers volstrekt het spoor bijster raken. Dat Berthe en de heksenfee op de illustraties op elkaar lijken geeft niet voldoende houvast. Wanneer je bij Annetje Lie verwijzingen en symbolen niet ziet, houd je een leesbaar verhaal over. Een verhaal dat alleen maar rijker wordt naarmate je wat erachter verborgen zit wel ontdekt. Lieveling, boterbloem krijgt alleen betekenis als de lezer kan navoelen dat Berthe haar eigen frustraties op de pop afreageert en daarna van alles doet om het weer goed te maken. Je kunt dit zonder bezwaar doortrekken naar de ouder kind relatie, waarin de ouder twee gezichten opzet, het liefhebbende verzorgende en het woedende, mishandelende uit frustratie.

Net zo min als in Annetje Lie aan het eind een uitkomst wordt geboden, gebeurt dat in Lieveling, boterbloem. Annetje Lie komt aan het eind van het verhaal te weten dat ze niet meer bij haar ouders zal wonen. Dit te weten maakt haar rustiger en daardoor kan ze verder gaan. Het einde van Lieveling, boterbloem geeft al evenmin een positief toekomstbeeld: ‘Later, als ik groot ben, neem ik / kinderen met houten koppen, / die je zo in bed kunt stoppen: / dat ze niet meteen gaan huilen, / als je niet met ze wilt spelen, / of geen liedjes voor ze zingt.’ (...) ‘Zij is een pop, / maar wie ben ik?’

Zit hierin verborgen, dat het nu wel rustig lijkt, Berthe met de pop in bed, maar dat zij nog niet weet wie zijzelf is en daardoor onzeker of het niet allemaal nog eens kan gebeuren?

Een heel ander soort boek is De dame en de neushoorn van Anne Vegter & Geerten Ten Bosch. Staat er in Annetje Lie geen woord teveel en is in Lieveling, boterbloem bijna ieder woord op zijn plaats, in dit verhaal is het taalgebruik niet zo trefzeker.

‘En zij wreven elkaar zo lang het kon.’ Zo lang het kon suggereert, dat er een oorzaak is om met het wrijven op te houden, maar die volgt nergens in de tekst. Samengestelde zinnen worden lelijk in tweeën gehakt: ‘De neushoorn zag het lapje. Het lapje om haar pols. Dat was gevlekt en oud. Het was precies zo'n lapje.’ Daarbij verwijst de laatste zin ook nog eens naar het lapje dat vier regels eerder genoemd wordt. Met de korte zinnen suggereert de schrijfster een poëtisch ritme. Vergeleken met de natuurlijke ritmische cadans van de zinnen in Annetje Lie komt dit heel geforceerd over.

Het verhaal gaat over een ongewone vriendschap tussen een neushoorn en een dame, die elkaar voor het eerst ontmoet hebben toen de dame nog een meisje was. Zij kwam met haar vader naar het oerwoud om een wild dier te zoeken. Haar vader was dierentemmer, maar zijn nummer met schapen viel niet in goede aarde bij het publiek. De vader vond in het oerwoud twee mieren

[pagina 59]
[p. 59]

en wandelende takken, die bereid zijn om kunstjes voor hem te doen. Het meisje ging verder op zoek naar een wild dier en vond de neushoorn. Ondanks hun liefde voor elkaar gaat het meisje terug met haar vader en laat de neushoorn achter. Pas als de vader met pensioen is kan zijn terugkeren naar haar geliefde en vertelt hem het verhaal van hun ontmoeting.

Anne Vegter komt niet veel verder met dit verhaal dan het thema van de liefde en de solidariteit van het meisje met haar vader. Het verhaal is vriendelijk, maar niet echt kundig geschreven. De overvloed aan grappen met woorden werkt storend en maakt alleen duidelijk dat de schrijfster en de illustratrice heel veel plezier hebben gehad bij het maken van het verhaal. Het mist echter alle diepte. Wat Annetje Lie en Lieveling, boterbloem, in iets mindere mate, sterk maakt is dat in taal en thematiek nog een andere werkelijkheid wordt opgeroepen, die van de menselijke psyche, waardoor het vertelde een algemenere zeggingskracht krijgt.


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken

Over dit hoofdstuk/artikel

titels

  • over Annetje Lie in het holst van de nacht

  • over Lieveling, boterbloem

  • over De dame en de neushoorn


auteurs

  • Selma Niewold