Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Naamkunde. Jaargang 25 (1993)

Informatie terzijde

Titelpagina van Naamkunde. Jaargang 25
Afbeelding van Naamkunde. Jaargang 25Toon afbeelding van titelpagina van Naamkunde. Jaargang 25

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave



Genre

sec - taalkunde

Subgenre

tijdschrift / jaarboek


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Naamkunde. Jaargang 25

(1993)– [tijdschrift] Naamkunde–rechtenstatus Auteursrechtelijk beschermd

Vorige Volgende
[pagina V]
[p. V]

[Nummer 1-4]

Woord vooraf

Bijna een kwart eeuw is verstreken sedert het tijdschrift Mededelingen van de Vereniging voor Naamkunde te Leuven en de Commissie voor Naamkunde te Amsterdam werd omgevormd in Naamkunde. Het eerste nummer van Naamkunde verscheen in 1969; bij de publikatie van de 25ste jaargang, een jubileumnummer, achtte de redactie het gepast om andermaal enkele vernieuwingen door te voeren.

Binnen de redactie werd beslist om, naar het voorbeeld van andere vaktijdschriften, enerzijds met een kleinere redactie te werken, anderzijds een ruimere redactieraad samen te stellen. De titel Naamkunde blijft behouden.

Voor Nederland zullen R.A. Ebeling (R.U. Groningen), K.F. Gildemacher (Christelijke Hogeschool Noord-Nederland, Leeuwarden) en R. Rentenaar (P.J. Meertens-Instituut, Amsterdam) hun werkzaamheden als redacteur voortzetten.

Voor Vlaanderen is ernaar gestreefd om een evenwicht tussen de diverse universitaire instellingen waarin de naamkunde een plaats heeft, tot stand te brengen. De Vlaamse redactie bestaat voortaan uit M. Devos (r.u. Gent), A. Marynissen (k.u. Leuven) en J. Van Loon (ufsia en uia).

De verkleinde, zeskoppige redactie coördineert de redactionele werkzaamheden en draagt de eindverantwoordelijkheid voor het tijdschrift. Het redactieadres blijft voor Nederland het P.J. Meertens-Instituut te Amsterdam, voor Vlaanderen het Instituut voor Naamkunde en Dialectologie te Leuven. R. Rentenaar fungeert als redactiesecretaris voor Nederland; A. Marynissen neemt die taak op zich voor Vlaanderen.

De redactie wenste een aantal mensen die regelmatig meewerken aan Naamkunde nauwer bij de redactie te betrekken. De redactieraad die daartoe is samengesteld bestaat uit:

 

W. Beele, D.P. Blok, F. Claes, F. Debrabandere, J. Goossens, M. Gysseling, J.A. Huisman, P. Kempeneers, J. Molemans, W.J.J. Pijnenburg, A. Quak, K. Roelandts, J. Taeldeman, L. Van Durme, W. Van Langendonck, W. Van Osta, R. Van Passen.

[pagina VI]
[p. VI]

Het zijn allen personen die hun sporen op het gebied van de naamkunde verdiend hebben. Deze lijst bevat ook de namen van zes vroegere redactieleden, die de wens geuit hebben om voortaan deel uit te maken van de redactieraad.

Voor Vlaanderen zijn dat em. prof. dr. K. Roelandts, em. prof. dr. R. Van Passen, prof. dr. W. Van Langendonck en dr. J. Molemans. Prof. K. Roelandts is het langst bij de redactie betrokken: reeds in 1956 werd hij redacteur van wat toen de Mededelingen van de Vereniging voor Naamkunde te Leuven en de Commissie voor Naamkunde te Amsterdam heette, later Naamkunde. Hij heeft in dit tijdschrift tientallen bijdragen laten verschijnen. Een deel ervan werd gebundeld in het hulde-album ‘Expressiviteit en taalverandering’ (reeks Onomastica Neerlandica, Nomina Geographica Flandrica, Studiën XIV), dat hem in 1989 bij zijn zeventigste verjaardag door het Instituut voor Naamkunde werd aangeboden. Prof. Roelandts is jarenlang, ook na zijn emeritaat, de stuwende kracht geweest achter Naamkunde. Als opvolger van H. Draye als redactiesecretaris nam hij vanaf 1983 het leeuwedeel van het materiële werk voor zijn rekening. Wij danken hem voor zijn jarenlange inzet voor ons tijdschrift.

Em. prof. dr. R. Van Passen, die als titularis van het vak ‘Historische Naamkunde’ tal van studenten de weg naar de toponymie gewezen heeft, maakte sedert 1975 deel uit van de redactie. In het najaar van 1993 wordt aan hem een feestbundel aangeboden, waarin niet alleen bijdragen over toponymie een plaats krijgen, maar waarin ook over lokale geschiedenis en over archeologie, twee favoriete onderzoeksdomeinen van de jubilaris, wordt gerapporteerd.

Prof. dr. W. Van Langendonck en dr. J. Molemans traden toe tot de redactie in 1978. De bijdragen van prof. W. Van Langendonck aan het tijdschrift zijn steeds gekenmerkt geweest door een hoog theoretisch gehalte. Hij zal zich verder toeleggen op de uitgave van Onoma, de periodiek van de International Council of Onomastic Sciences, waarvan hij tevens secretaris is. De bekende Limburgse toponymist dr. J. Molemans, die na een lange onderbreking opnieuw werkzaam is op het Leuvense Instituut voor Naamkunde en Dialectologie, bestudeert thans ook de Limburgse dialecten.

De twee Nederlandse oud-redacteuren die zijn toegetreden tot de redactieraad, zijn prof. dr. D.P. Blok en prof. dr. J.A. Huisman. Zij

[pagina VII]
[p. VII]

kunnen beide terugzien op een lange carrière in dienst van het tijdschrift. Prof. Blok is redacteur geworden in 1960, Prof. Huisman is de redactie komen versterken in 1969.

Prof. Blok is jarenlang de drijvende kracht geweest van de naamkundebeoefening in Nederland. In zijn functie van directeur van de Centrale Commissie voor Onderzoek van het Nederlandse Volkseigen, het tegenwoordige P.J. Meertens-Instituut, heeft hij de naamkunde steeds de kans gegeven zich in brede zin te ontwikkelen. Als lector en later buitengewoon hoogleraar in de Nederzettingsgeschiedenis in verband met de plaatsnaamkunde aan de Universiteit van Amsterdam heeft hij generaties studenten geïnspireerd door zijn enthousiaste manier van college geven. Daarnaast kan hij als auteur bogen op een reeks van artikelen, die uitmunten door de kritische zin waarin zij zijn geschreven. De lesopdracht van prof. Huisman aan de Universiteit van Utrecht is weliswaar de Oudgermaanse taal- en letterkunde geweest, maar dit heeft hem er niet van weerhouden daar regelmatig een onomastische invulling aan te geven. Reeds zijn oratie uit 1953, ‘de Hel-namen in Nederland’, liet zijn belangstelling zien voor de naamkunde. Toen de automatisering haar intrede deed aan de universiteit, heeft hij die onmiddellijk uitgetest op onomastische projecten. In de loop der jaren heeft hij een groot aantal artikelen gepubliceerd, waarin vooral zijn voorliefde voor de minder traditionele thema's in het onderzoek duidelijk naar voren is gekomen.

De redactie is er zich van bewust hoeveel het tijdschrift te danken heeft aan de hier genoemde oud-redacteuren. Door hun inzet en hun enthousiasme hebben zij de Mededelingen en later Naamkunde steeds door de moeilijkheden weten heen te loodsen, die een dergelijke uitgave nu eenmaal af en toe op haar pad tegenkomt. Het is dan ook bijzonder verheugend dat zij hebben willen toetreden tot de redactieraad, zodat hun ervaring ook in de toekomst het blad ten goede zal komen.

Niet alleen in organisatorisch opzicht, ook materieel is er een en ander gewijzigd. Er zijn stappen gezet om Naamkunde een moderner uitzicht te geven. De Leuvense firma voor grafische vormgeving Beeldspraak tekende voor de nieuwe, hedendaags ogende kaft. Meteen wordt er ook overgeschakeld op een modernere en tegelijk kosten- en tijdbesparende produktiewijze. De redactie streeft ernaar om de periode

[pagina VIII]
[p. VIII]

tussen het indienen van de manuscripten en de datum van publikatie zo kort mogelijk te houden.

Een vernieuwing die hiermee samenhangt, is dat vanaf de volgende jaargang tweemaal per jaar een nummer wordt uitgebracht. De redactie wil daarmee ook tegemoet komen aan de lezer, die met een halfjaarlijkse publikatie de stand van zaken in de naamkunde beter op de voet kan volgen. Want dat blijft de primaire opdracht van het tijdschrift Naamkunde: een representatief staal bieden van de naamkundige activiteit in en aangaande het Nederlandse taalgebied.

 

De redactie


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken