Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Nederlandse historische bronnen 9 (1991)

Informatie terzijde

Titelpagina van Nederlandse historische bronnen 9
Afbeelding van Nederlandse historische bronnen 9Toon afbeelding van titelpagina van Nederlandse historische bronnen 9

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (2.34 MB)

XML (0.60 MB)

tekstbestand






Genre

non-fictie

Subgenre

non-fictie/brieven
non-fictie/geschiedenis-archeologie


In samenwerking met:

(opent in nieuw venster)

© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Nederlandse historische bronnen 9

(1991)–Anoniem Nederlandse historische bronnen–rechtenstatus Auteursrechtelijk beschermd

Vorige Volgende

80 Aan Van Weede van Dijkveld

Berlijn, 19 juni 1672

 

Mijn Heere, Mijnen laetsten aen U Wel Ed. is geweest van den 15. deeses ende de sijnen aen mij van den 30. may. Vertrouwe dat deselve in Den Hage ofte tot Utrecht niet en moet weesen, omdat die al tamelijcken out isGa naar voetnoot518.

Ondertusschen comen ons hier daegelijcx in de droevige tijdingen van 't overgaen der plaetsen op den Rijn, oock van Grol ende Brevoort. Het is niet te beschrijven hoe verachtelijck en spottelijck dat daervan werdt gesproocken, {tot groot disrespect van de regeringe ende de milicie}Ga naar voetnootff wordende rond uijt van alle kanten geseijd, dat niet een van alle die plaetsen van ammunitie van oorlogh is voorsien geweest, ofte met manschap behoorlijck beset, hetwelcke dan een groote versla-

[pagina 169]
[p. 169]

gentheijt aen de wel geaffectionneerden geeft ende aen S.C.D.tGa naar voetnootgg, ende aen die den Staet niet wel willen (bij occasie dat hier een Francen minister is aengecomen, genaemt FromenteauGa naar voetnoot519, dewelcke dreijght, soo den Curfurst Haer Ho. Mo. partije niet wil abandonneren, sijne landen te vuyr ende te sweerdt te vervolgen, soo jae, hem niet alleen te sullen restitueren de geconquesteerde steden in het lant van Cleef, maer meer andere favorable condities) {van waer het mogelijck S.C.D.t andere mesures te doen neemen}Ga naar voetnoothh. Ick wenschte dat ick ijets aan de handt hadde, omme eenichsints de regeringh ende de milicie over het geplegde te connen excuseren.

Men schrijft mij al dat men verlangt naer de Brandenburgchse secourssen, maer men moet weeten dat haer nogh een geheele maendt tijdt loopt volgens het geconvenieerde, eer sij verobligeert sijn die te senden. Boven dat is haer nu de eerste en de tweede maendt vervallen, op de eene resteert noch een merckelijcke somme te betaelen, ende op de andere is, mijns weetens, noch niet eens ordre gestelt. U Wel Ed. believe eens te considereren wat een plausiblen pretext dat voor de qualijck geïntentionneerde sal weesen, omme haer voorgeroerde intentie te favoriseren.

Ick schrijf ende vrijf daer over nacht en dagh, dan remarquere, Godt betert, uijt de resolutiën die mij werden toegesonden, dat die eene tegen de ander loopt. Bij die van den 19. maij werdt mij verstendicht dat se prompte ordre hadden gestelt ter somme van in de 80.000 rijcxdaelders omme naer Hamburgh te remitteren, 21 dagen daer nae gaet men die met een tweede resolutie voorbij, dewelcke mij met de jongste post is toegesonden, ende wort den raet daer in gelast dat se ten spoedichsten door den coopman Deutz tot Amsterdam sullen doen remitteren de somme van 24.276 rijcxd. in voldoeninge van de eerste maendt solds, sonder van het overige te gewagen, soo dat ick daerover perplex stae, niet weetende wat daervan te oordeelen. Indes worde daegelijcks voor het gelt gemaent dat ick volgens de resolutie van den 21. maij al voor lange hadde toegeseijt.

De brief van heere ruwaert van Putten van den 8. deeses, als wanneer daechs te vooren de rencontre in zee was voorgevallen, hebben wij hier gehadt, waer uijt men de victorie verhoopte, doch met deselve post sijn brieven van Amsterdam en Den Hage van den 11. gecomen, dewelcke seggen dat naderhandt Haer Ho. Mo. vloot is geslaegen ende in Zeelandt ingeloopen, dat Godt verhoede ende ick echter niet can gelooven.

De brieven gisteren van Ween gecomen brengen bij continuatie goede tijdinge van dat den keijser geresolveert heeft sich met S.C.D.t defensive en offensive te

[pagina 170]
[p. 170]

willen alliërenGa naar voetnoot520, ende daerop sijne trouppes albereijdts geordonneert heeft te marcheren, hetwelcke een groote saeck soude weesen soo die quam te volgen. Altijt, men is hier dat gepersuadeert ende over nacht en dach besich omme de Curfurstelijcke trouppes bij den anderen te brengen ende te doen marcheren. Dan, die leggen soo ver van den anderen dat sommige 3 weecken tijdt van noden hebben eer se connen uijt Pruijssen naer Minden en Lipstadt marcheren.

Soo lange den Francen envoyé hier is, durve ick het hof niet quitteren, anders blijft de intentie noch dat den heere Pelnitz ende ick naer Hollant souden gaen. Waermede verblijve - - -

voetnoot518
Dijkveld was op 18 juni met Johan Boreel en de Dordtse regent Cornelis Teresteyn van Halewijn voor een diplomatieke missie naar Engeland gereisd om eventuele Engelse vredesvoorwaarden te vernemen. De ambassade duurde tot 22 augustus, maar Dijkveld vertrok reeds op 1 juli weer uit Londen naar de Republiek in gezelschap van Arlington en Buckingham (verbaal in: ARA, Arch. St.-Gen., inv. nrs. 8561/8562).
voetnootff
Tussen {}: toegevoegd in margine.
voetnootgg
Onderstreping in het manuscript.
voetnoot519
André de Bétoulat, seigneur de Fromenteau, die echter door een rijk huwelijk in 1668 de titel van graaf de la Vauguyon verworven had (André Bourgeois, Recueil des instructions, XVI, Prusse, 178).
voetnoothh
Tussen {}: toegevoegd in margine.
voetnoot520
Hamel Bruynincx schreef 16-6-1672 over het keizerlijk voornemen enkele van zijn keurregimenten, samen met troepen van de Brandenburgse keurvorst, over te brengen naar de beneden-Rijn en over diens bereidheid tot een alliantie met de Republiek (Von Antal, Weensche gezantschapsberichten, I, 46-47).

Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken

Over het gehele werk

titels

  • Nederlandse historische bronnen

  • Briefwisseling van Godard Adriaan van Reede van Amerongen en Everard van Weede van Dijkveld (27 maart 1671-28 juli 1672)


auteurs

  • P.H.D. Leupen

  • Murk van der Bijl

  • Herman Quarles van Ufford


Over dit hoofdstuk/artikel

datums

  • 19 juni 1672