Skiplinks

  • Hoofdcontent
  • Subnavigatie
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Neerlandia. Jaargang 8 (1904)

Informatie terzijde

Titelpagina van Neerlandia. Jaargang 8
Afbeelding van Neerlandia. Jaargang 8Toon afbeelding van titelpagina van Neerlandia. Jaargang 8

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (6.77 MB)

Scans (11.15 MB)

XML (1.24 MB)

tekstbestand






Genre

non-fictie

Subgenre

tijdschrift / jaarboek


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Neerlandia. Jaargang 8

(1904)– [tijdschrift] Neerlandia–rechtenstatus Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermd

Vorige Volgende

Neerlandia. Jaargang 8


auteur: [tijdschrift] Neerlandia


bron: Neerlandia. Jaargang 8. Uitgeversmaatschappij Nederland, Den Haag / Dordrecht / Pretoria 1904 


verantwoording

inhoudsopgave

doorzoek de hele tekst


downloads

© 2010 dbnl  


DBNL vignet


 i.s.m.  logo funder

Ingezonden



illustratie

Spitsbergen.

Een van m'n vrinden - geen Nederlander - kwam laatst van de reis terug, een zomerreis naar Spitsberg. Hij verhaalde mij een treurige geschiedenis.

In de baai van Smeerenburg, heel op den Noord-Westhoek van 't verlaten eiland, ligt een grafsteen, aldaar geplaatst door de bemanning van den Hollandsen schoener ‘Willem Barents’, in 't jaar 1878, naar ik meen.

 

Op dien steen prijkt het volgende opschrift:

‘In memoriam. Spitsbergen of Nieuwland ontdekt tot 79o, 30' N. breedte door de Hollanders’.

‘Hier overwinterden 1633-1634 Jacob Seegersz en zes anderen’.

‘Hier overwinterden en stierven 1634-1635 Andries Jansz. van Middelburg en zes anderen’.

De grafsteen is er nog - misschien wel de noordelikste op aarde -, maar....de graven zijn er niet meer. De zeven zerken, open en bloot, zijn langs het strand verstrooid; de deksels zijn er af, de witgeschuierde beenderen liggen verspreid, twee schedels in dezelfde met water, modder en sneeuw half gevulde kist, een der schedels nog bedekt met een nauwelijks versleten pet..... De zerken zelf schijnen nog nieuw ....

Hier en daar in de zomerweken legt een toeristenschip in de baai aan, en de nieuwsgierige reizigers nemen een vrolijk kijkje (soms ook meer dan een enkel kijkje) naar de blootgelegde overblijfselen.

Het schouwspel is hartverscheurend en de somber tragiese natuur der Spitsbergen verhoogt nog den weemoedigen indruk ...

Nu is mijn vraag: Kan de Hollandse Regering geen schip naar 't hoge noorden zenden en zorg dragen dat de zeven koene zeelui ofwel behoorlik begraven of, indien dit op den duur door de werking van ijs en sneeuw ondoenlik zou blijken, dat de zerken naar Nederland teruggevoerd worden?

Me dunkt, ze hebben 't wel verdiend. Zij, en veel anderen nog, om niet van de allerbekendsten te spreken zooals Barents, Gerrit de Veer, Willem van Muyden, Joris Carolus, hebben toch op Spitsberg, ondanks de rooftochten - ook op histories gebied - der Engelsen een beslist Hollandsen stempel gedrukt. Van de Haaitanden in 't Zuiden tot den Verlegen Hoek in 't Noorden zijn alle benamingen Nederlands, al trachten ook de Engelsen op de jongste landkaarten, elke Hollandse herinnering uit te wissen en hun namen van lateren datum in de plaats te dringen. Begon Hudson niet de ‘afzetterij’ met zich de ontdekkingen van Barents toe te eigenen?

Aan de Spitsbergen kleven Nederlandse herinneringen, kleeft Nederlandse ondernemingsgeest en Nederlands durven. De zeven slachtoffers daar in 't Noorden getuigen nog - post mortem - van dien geest en zij hebben recht op onzen eerbied ....

Ligt het niet op den weg van het A.N.V. de zaak in handen

[p. 171]

te nemen, of, ten minste, de aandacht van de Hollandse Regering op een toestand te vestigen die nog weinig bekend is, maar die èn van een zuiver menselik èn van een Nederlands standpunt niet langer mag geduld worden?

 

Brussel, 4 Nov. 1904.

W. Thelen.

Voorzltter v.d. Brusselschen Tak.

De politie te Brussel.

In een der vorige nummers van Neerlandia stelde ons medelid de heer Piet Goedkoop Jr. uit Parijs, de volgende vraag: ‘Is de politie te Brussel verplicht ook Vlaamsch te kunnen spreken?’

De toestanden bij de politie der Belgische hoofdstad zijn ons goed bekend en wij kunnen op de hooger bedoelde vraag bevestigend antwoorden. Slechts enkele Waalsche inspecteurs die voor 25-30 jaren in dienst traden zijn met de Vlaamsche taal onbekend. Alle jongere elementen hebben eene voldoende kennis van de taal om zich daarin te kunnen uitdrukken. Voor ons ligt het ‘programma der vereischte voorwaarden om bij de politie te Brussel aanvaard te worden’. Het 6e der algemeene voorwaarden luidt: ‘Vlaamsch kunnen spreken’.

Voor de politiedienaars op den openbaren weg bevat het examen o.m. ‘een zeer eenvoudig dictaatje in 't Vlaamsch’; voor de bizondere agenten: ‘dictaat over de gewone rechtschrijving der woorden’; hulp-commissarissen: eveneens ‘dictaat over de gewone rechtschrijving der woorden’; politie-commissarissen: ‘Vlaamsch opstel tot het waardeeren der rechtschrijving’.

In de algemeene voorwaarden staat: ‘Het examen der officieren van politie wordt voorafgegaan door eene proef bedragende een dictaat in 't Fransch en een in 't Vlaamsch’.

Graag zouden wij de verplichte kennis der Nederlandsche taal bij de hoogere politie-ambtenaren wat uitgebreider zien en dit zal wel komen onder de drukking der Vlaamsche Beweging.

Intusschen meenen wij den Heer Piet Goedkoop Jr. te hebben voorgelicht.

J.S. Willems.

Laken-Brussel, 29 Oct: 1904.

Ned. Docters in de Kaapkolonie.

WelEdele Heer.

 

Bij dezen neem ik de vrijheid mij tot U te wenden met eenige letteren. Het doel toch van het Algemeen Nederlandsch Verbond is bij den Nederlandschen stam de taal in eere en alle Hollandsch sprekenden bijeen te houden en zoo mogelijk de taal te verbreiden, ook hier in Z. Afrika. Ik wil onder Uwe aandacht brengen, dat hier voor Hollandsche doktoren eene zeer goede toekomst bestaat. Toen eenigen tijd geleden in Somerset East een Hollandsche dokter (Dr. Klots), eenige dagen vertoefde, met het doel, om te zien, of daar kans bestond, om zich te vestigen werd hem door vele Afrikaanders verzocht, om toch daar zich te vestigen, daar ze hem alle hulp zouden verschaffen, want in 't algemeen stelt een Afrikaander maar zeer weinig vertrouwen in een Engelschen dokter.

Dr. Klots heeft zich dan ook daar gevestigd en het resultaat is, dat van heinde en verre de menschen hem komen raadplegen niet alleen Boeren, doch ook Engelschen, zoodat hij in zeer korten tijd een zeer drukke practijk heeft.

Nu is het doel van mijn mijn schrijver dit: zou er van den kant van het Alg. Nederl. Verbond aan de studeerende jongelui of nog beter aan HH. doktoren onder hun aandacht gebracht kunnen worden, dat voor hen zich hier een ruim arbeidsveld bevindt, en dat ze zich hier op vele dorpen spoedig een groote praktijk kunnen veroveren, ten koste van de Engelsche doktoren.

Menigmaal hoort men hier een Afrikaander zeggen, dat ze hopen, dat er spoedig nog meer Hollandsche doktoren zullen uitkomen.

Om u een voorbeeld te noemen. Bearston, is een dorp waar de bevolking bijna uitsluitend uit Boeren bestaat, en waar een Holl. dokter aanstonds alle Boeren als klanten zal krijgen, daar de 2 Engelsche doktoren aldaar geen vertrouwen inboezemen.

Het grootste bezwaar voor een Holl. dokter zal zijn, dat hij in Engeland het doctoraal examen zal moeten doen, daar een dokter hier anders niet mag praktiseeren.

Mochten er Holl. doktoren zijn, die hun examen ook in Engeland willen doen en zich hier vestigen, dan zal daardoor menige Eng. dokter er geheel uitgewerkt, de toevloed van Engelsche doktoren gestuit, en aan den anderen kant het Holl. element versterkt worden.

Ik heb mij opzettelijk, tot U gewend daar ik meen, dat het op den weg ligt van het A.N.V., om het onder de aandacht van belanghebbenden te brengen.

Hopende, dat U eenige aandacht aan mijn schrijven zult wijden teeken ik mij met de meeste hoogachting

 

Somerset East

Kaapkolonie.

Uw Ed. Dw. Dn.

J.J. de Raadt.


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken