Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Neerlandia. Jaargang 22 (1918)

Informatie terzijde

Titelpagina van Neerlandia. Jaargang 22
Afbeelding van Neerlandia. Jaargang 22Toon afbeelding van titelpagina van Neerlandia. Jaargang 22

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (2.52 MB)

Scans (18.18 MB)

XML (0.97 MB)

tekstbestand






Genre

non-fictie

Subgenre

tijdschrift / jaarboek


In samenwerking met:

(opent in nieuw venster)

© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Neerlandia. Jaargang 22

(1918)– [tijdschrift] Neerlandia–rechtenstatus Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermd

Vorige Volgende

Comité voor Nederlandsche kinderen in den vreemde.

Dit Comité heeft dezer dagen zijn eerste jaarverslag doen verschijnen. Het volgende is er aan ontleend:

Het Comité dankt zijn ontstaan aan den pennestrijd van Juli-Augustus 1916, dien men in de Nederlandsche dagbladen voerde over de voeding van Duitsche kinderen in Nederland.

Naar aanleiding daarvan verscheen in ‘Het Nieuws van den Dag’ van 15 Augustus een ingezonden stukje, dat later van den heer C. van Heusden uit Berlijn bleek te zijn, waarin de opmerkzaamheid van ons volk gevestigd werd op de Nederlandsche kinderen in Duitschland. De inzender toonde aan, dat ook zij behoefte hadden aan betere voeding en dat hunne verzorging hier in Nederland vermoedelijk geen tegenkanting zou ondervinden. Hij verwees belangstellenden naar den heer W.F. van Heusden te Amsterdam, voorzitter der afdeeling Berlijn van het Algemeen Nederlandsch Verbond, dien hij bereid achtte, inlichtingen te geven over de omstandigheden, waarin de Nederlandsche gezinnen in Duitschland verkeerden.

Het bedoelde artikel bewoog den heer J. Blooker, Wethouder van Zeist, onmiddellijk f 1000. - voor de verzorging van Nederlandsche gezinnen uit Duitschland ter beschikking te stellen en den heer W.F. van Heusden te verzoeken het werk ter hand te nemen en ten spoedigste de overbrenging van Nederlandsche kinderen naar Nederland voor te bereiden.

Na overleg met den voorzitter van het A.N.V. werd besloten tot oprichting van een onafhankelijk comité, dat werd samengesteld uit de heeren: Prof. Dr. J. te Winkel, voorzitter, Amsterdam; W F. van Heusden, secretaris, Amsterdam; S. van Lier Ez., penningmeester, Amsterdam; Dr. P.H. van Roojen, Schiedam; Julius Herdtmann, Consul der Nederlanden te Dusseldorp en J.A. de Lanoy, Voorzitter van het Kon. Nat. Steuncomité, aldaar.

Belangstelling en daadwerkelijken steun mocht het Comité ondervinden van Hare Majesteit de Koningin, Hare Majesteit de Koningin-Moeder, Zijne Excellentie den Minister van Binnenlandsche Zaken, Zijne Excellentie den Minister van Buitenlandsche Zaken, Hare Majesteits Gezant te Berlijn, W.A.F. Baron Gevers, de Nederlandsche Consuls te Dusseldorp, Keulen, Essen-Ruhr, Duisburg-Ruhrort, Dortmund, Hamburg, Munster (Westfalen), Emden, Antwerpen en Brussel, het Koninklijk Nationaal Steuncomité 1914 te 's-Gravenhage en zijne organen in Duitschland, alsmede van het Hoofdbestuur van het Algemeen Nederlandsch Verbond.

Door medewerking der Duitsche autoriteiten verkreeg het Comité het recht, uitsluitend kinderen van Nederlandsche ouders over de grens te brengen.

De voeding, lichamelijke en zedelijke verzorging dier kinderen werd het doel, dat het Comité zich voor den duur van den oorlog stelde.

Van de meest verschillende zijden genoot het Comité bij het vervullen van zijn taak medewerking, die zich uitstrekte tot de werving, het transport, de huisvesting, kleeding en het onderwijs der kinderen.

In handen van het ondercomité te Dusseldorp lag de werving der kinderen in de Rijn-provincie en Westfalen, terwijl die voor Noordwest-Duitschland

[pagina 20]
[p. 20]
overgelaten werd aan een inmiddels opgericht ondercomité te Bremen, afdeeling van het A.N.V. De dienst der Maatschappij tot Exploitatie der Staatsspoorwegen verleende hare bijzondere medewerking en vergemakkelijkte de afrekening der ontvangen plaatskaarten op hoogst te waardeeren wijze. Onder welwillende medewerking van het Nederlandsche Roode Kruis verklaarden L.G.A. Graaf van Limburg Stirum, voorzitter van het Nederlandsche Roode Kruis Comité Arnhem, en Jhr. J. Beelaerts van Blokland, Wethouder van Renkum, zich bereid, de transporten Nederlandsche kinderen van

illustratie
Groepje kinderen in het huis ‘Berkenhof’ te Ede.


Elten naar Zevenaar te begeleiden.

Op een aan Zijn Edelachtbare gericht verzoek verleende de burgemeester van Zevenaar J. Ridder de van der Schueren zijn medewerking tot oprichting van een damescomité, uitsluitend ten doel hebbende, de kinderen uit Duitschland aan het station Zevenaar op brood en melk te onthalen. Het bestaat uit de dames: Jonkvrouwe Th. de van der Schueren Mevr. Hazewinkel - Kroon, Mevr. Honig - van Berkel, Mevr. Janssen - Dothé en Mej. H. Honig, die bij elk transport dezen liefdedienst vervullen.

De huisvesting der kinderen is een der werkzaamheden, die de grootste zorg en den meesten arbeid hebben vereischt.

Wel werd het eerst aan de lichamelijke nooden gedacht en daarin voorzien, maar het verblijf in een streng zedelijke omgeving was voor het jonge volkje van niet minder beteekenis Het Comité is overtuigd, dat zijn arbeid in dit opzicht goede vruchten zal dragen en een blijvenden invloed zal uitoefenen op de gevoelens der ouders jegens hun volk en vaderland.

Het verslag somt verscheidene vereenigingen voor en bezitters van koloniehuizen op, die zich voor de verpleging verdienstelijk hebben gemaakt. Ook honderden particulieren namen een of meer kinderen kosteloos of tegen matige vergoeding op.

Acht afdeelingen van het Algem. Nederl. Verbond beschouwden de huisvesting van Nederlandsche kinderen als een taak, die in de lijn van het Verbond ligt. Het zijn de afdeelingen: Apeldoorn, Delft. Deventer, Groningen, Leeuwarden, Zaandam, Zutphen en Zwolle Zij vormden ondercomité's, die het gezag over de onder hun hoede staande kinderen uitoefenen.



illustratie
Jongens in verzorging te Driebergen.


Kleeding. Op weinige uitzonderingen na kwamen de Nederlandsche kinderen schamel gekleed naar het vaderland, zoodat al aanstonds in de behoefte aan kleeding en schoeisel moest worden voorzien.

Mevrouw B. Blooker - Greidanus te Huis ter Heide nam deze taak op zich voor de kinderen in de vacantie-koloniehuizen, maar toen de huisvesting zich over het gansche land begon uit te breiden, ging men over tot vorming van een kleedingcommissie, die sedert Januari 1917 onafgebroken zorgt voor boven- en ondergoed, een werk dat voortdurend aan omvang toeneemt. De Commissie bestaat uit de dames: Mevr. J.C. te Winkel - Lodeesen, Mevr. H. van Heusden - Pruijs, Mevr. A.M. van Lier - Derks. en Mevr. A.C. Boom - Blooker, die haar magazijn te Amsterdam, Achteroosteinde 8, hebben ingericht.

Onderwijs genieten alle kinderen, grootendeels in openbare, in vele gevallen ook in bijzondere scholen. De medewerking zoowel van gemeentebesturen als van de onderwijzers der bijzondere scholen is een onschatbare dienst, die aan het Comité bewezen wordt.

De gezondheidstoestand der kinderen was over het algemeen zeer bevredigend. Zooals te begrijpen is, kwamen onder zooveel kinderen ook plotselinge, ten deele hevige ziektegevallen voor; dat daarvoor onmiddellijke geneeskundige hulp werd ingeroepen, zij hier terloops vermeld. Zonder uitzondering hebben de medici in al deze gevallen belangeloos hunne hulp verleend, waarvoor het Comité hun langs dezen weg zijn dank betuigt.

Toezicht op die gezinnen, welke niet tot het gebied van een ondercomité behooren wordt uitgeoefend door mejuffrouw Joh. G. van Heusden, die van het begin der Comité-werkzaamheden zich er mede belastte.

Onder hen, die krachtigen geldelijken steun verleenden worden ten slotte nog genoemd de afdeelingen Amsterdam, Arnhem, Nijmegen, 's Gravenhage,'s-Hertogenbosch, Rotterdam, Utrecht van het A.N.V. en eenige in het buitenland.

In het afgeloopen jaar werden 602 kinderen onder de hoede van het Comité gebracht. Deels door terugkeer naar Duitschland, deels door vestiging hunner ouders in Nederland, konden er 116 worden afgevoerd, zoodat aan het einde van het eerste arbeidsjaar 486 aan de zorgen van

[pagina 21]
[p. 21]

het Comité bleven toevertrouwd.

Ten slotte zij nog medegedeeld dat het Comité reeds ongeveer een ton heeft verwerkt en zijn hoogst nuttigen vaderlandschen arbeid zal kunnen uitbreiden naarmate de inkomsten grooter worden.

Dat ieder het Comité naar krachten steune!


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken