Neerlandia. Jaargang 30

Het Voetspoor der Vaderen.

In zijn opstellen over Engelsche historische logementen in De Kampioen vertelt Maurits Wagenvoort van een hotel met Oud-hollandsche herinneringen ‘The Duke's Head’ te King's Lynn in Norfolk.

Dit stadje, thans niet meer dan een merkwaardigheid, was oudtijds een welvarende handelsstad, die druk door buitenlandsche kooplieden werd bezocht. Zij stichtten daar een soort van Heerenlogement, als in Den Haag, een statig paleis uit het laatst der zeventiende eeuw, thans bekend als het hotel The Duke's Head. Van binnen als van buiten is het vol Oudhollandsche deftigheid, waartoe meewerkt, dat het grootendeels oude meubilair duidelijk den Oudhollandschen invloed in zijn mahoniehout doet kennen, al is het vermengd met gemeubelte uit den tijd der Georges.

De meeste Nederlanders van heden, schrijft Wagenvoort, hebben er geen begrip van, hoe hoog ons volk

[p. 59]

in zijn doen en laten, zijn voorbeelden en leven, in de 17de eeuw, door tal van hoogstaande Engelschen, die ons land bereisd, en vaak in Leiden of Utrecht gestudeerd hadden, werd aangeschreven. Het is waar, dat dit koopliedenpaleis, thans een statig hotel, gebouwd werd op last van een voornaam ingezetene, die den Engelschen naam van Turner droeg, Sir John Turner. Doch dat zijn sympathieën onzen kant uitgingen, bewijst de bouwstijl van zijn huis aan het plein, dat nog heden ‘De Dinsdagmarkt’ wordt geheeten.