Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Neerlandia. Jaargang 56 (1952)

Informatie terzijde

Titelpagina van Neerlandia. Jaargang 56
Afbeelding van Neerlandia. Jaargang 56Toon afbeelding van titelpagina van Neerlandia. Jaargang 56

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave



Genre

non-fictie

Subgenre

tijdschrift / jaarboek


In samenwerking met:

(opent in nieuw venster)

© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Neerlandia. Jaargang 56

(1952)– [tijdschrift] Neerlandia–rechtenstatus Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermd

Vorige Volgende
[pagina 11]
[p. 11]

Ons taalhoekje

Folder

Elke levende taal verandert voortdurend en ondergaat daarbij ook de invloed van andere talen, waaruit ze veelal woorden overneemt. Zo heeft het Nederlands vele woorden ontleend aan het Frans, later aan het Duits en thans vooral aan het Engels.

Het Algemeen Nederlands Verbond stelt zich niet op een eng ‘puristisch’ standpunt, aanvaardt woorden van vreemde oorsprong, als het van oordeel is, dat de taal er door wordt verrijkt, omdat ze nauwkeuriger de bedoeling uitdrukken, doch geeft de voorkeur aan het eigen Nederlandse woord, wanneer dit niet het geval is.

Een van die vreemde indringers, die het Nederlandse woord van dezelfde betekenis geheel dreigen te verdringen, is het woord folder.

Waarom niet vouwblad? Ja, ik zou haast zeggen: Waarom als over zo'n blad geschreven wordt toch vrijwel altijd ‘folder’ en bijna nooit ‘vouwblad?’

Mogen wij eens een beroep doen op reis verenigingen, handelslichamen en anderen, die van vouwbladen gebruik maken, om ook eens en liefst bij voorkeur het Nederlandse woord te kiezen, als ze zich wenden tot Nederlands sprekenden?

Moeilijkheden op school, op zee en in de krant

In mijn schooltijd waren er enkele mijner medeleerlingen, die nog al eens te kampen hadden met moeilijkheden bij het leren der taalregels en o.m. maar niet konden onthouden, dat de namen van schepen vrouwelijk waren, ook al waren die schepen genoemd naar zeer mannelijke zeehelden.

Nu lees ik in Het Vaderland van 3 Dec. 1951 onder het hoofd ‘Moeilijkheden op Zee’ enige berichtjes betreffende scheepsrampen.

Ik neem daaruit slechts twee zinnen over om U te doen zien, dat voor de dagbladschrijver de moeilijkheden met het geslacht, althans als het schepen betreft, misschien nog groter zijn dan voor de bovenbedoelde scholieren.

Hier volgen ze dan:

 

1.‘Nabij de Zuidkust van Engeland kreeg de Groninger kustvaarder Oceaan motorschade; het werd door een andere coaster uit Groningen de haven van Southampton binnen gesleept’.
2.‘Op het Noordzeekanaal kwamen het s.s. Waterland van de Kon. Holl. Lloyd en het Engelse schip Graiglas, die voor de K.H.L. in charter voer, met elkaar in aanvaring’.

Over zinsbouw

Dr. J.A. de Koning schrijft wekelijks voor ‘Vrije Geluiden’ zijn lezenswaardige kroniekjes.

In Kroniek 50 (V.G. van 1 Dec. 1951) heeft hij het over de betrekkingen tussen Amerika en Japan. ‘Doch’, zegt hij, ‘Japan is in heel Azië een verre van sympathieke verschijning’. En daarop wil de schrijver laten volgen: ‘Japan heeft het ook daarnaar gemaakt.’

Deze zin draait hij echter om, waarbij hij vergeet, dat daarnaar en ernaar hier hetzelfde betekenen. Om nu Japan niet nog eens bij name te noemen, vervangt hij die naam door het pers. voornaamw. ‘het’ en schrijft dan: ‘Daar heeft het ER ook naar gemaakt’ inplaats van ‘Het (Japan) heeft het ook daarnaar gemaakt’.

Welk jaar?

Het 4de lid van art. 1 der in 1950 gewijzigde Statuten van het Alg. Ned. Verbond luidt ‘Het boekjaar der vereniging valt samen met het kalenderjaar’.

Vroeger was in de overeenkomstige bepaling sprake van ‘het verenigingsjaar’, welke minder juiste uitdrukking thans is vermeden.

Maar wat te zeggen van een zinsnede in een ontwerp voor de oprichtingsakte ener Stichting, dat ons onder het oog kwam, luidende ‘Het bestuur is gehouden binnen zes maanden na beeindiging van het stichtingsjaar - hetwelk loopt van 1 Januari tot en met 31 December - verslag uit te brengen over zijn beheer’, waarin het woord ‘stichtingsjaar’ blijkbaar dezelfde betekenis had als vroeger ons ‘verenigingsjaar’?

Hoe ver gaat de emancipatie van de vrouw?

In het ook aan velen onzer lezers waarschijnlijk wel bekende Damesweekblad ‘Libelle’ verzorgt Scheherazade de rubriek Libelle-Cocktail, in hoofdzaak handelende over aangelegenheden betreffende de vrouw.

Aan het slot van haar artikel in het nummer van 30 Nov. '51 vertelt zij, dat op haar weg van ‘Pulchri Studio’ te 's-Gravenhage (waar zij gast was geweest van de Nederlandse Vereniging van Vrouwenbelang, Vrouwenarbeid en Gelijk Staatsburgerschap) naar haar woning twee meisjes voor haar uitliepen, kennelijk met boeken uit de Kinderleeszaal. De schrijfster besluit dan met de wens, dat de ouders van die beide kinderen ‘hen laten leren hóé te werken, dan zal het alvast met dát stel wel in orde komen....’

Had Scheherazade nu maar geleerd, dat wanneer er sprake is van vrouwelijke personen, het persoonl. voornaamwoord zowel in de 3de als in de 4de naamval meervoud haar moet zijn, dan zou het ook met haar grammatica wel in orde zijn gekomen en zou ze dit voorn.woord hier niet in de 4de naamv. schrijven in plaats van in de 3de naamv. en de mannelijke vorm kiezen in plaats van de vrouwelijke.

Nog een vraag: Waarom dat klemtoonteken op het woord hoe?

Afschriften van ondertekende stukken

Als van een geschreven of gedrukt stuk een gelijkluidend afschrift moet worden gemaakt, heeft de verklaring van gelijkluidendheid steeds betrekking op het ogenblik, waarop het stuk wordt overgeschreven. Dit geldt voor de gehele inhoud, dus ook voor de ondertekening van bedoeld stuk.

Hoe het document er voordien heeft uitgezien of welke veranderingen er wellicht later in zullen worden aangebracht, blijft met betrekking tot dit afschrift buiten beschouwing.

Daaruit volgt, dat de aanduiding ‘w.g. (= was getekend)’ onjuist is en vervangen zal moeten worden door ‘get (= getekend)’.

Een spellingkwestie

Er wordt in Nederland nog wel eens geklaagd (en niet geheel ten onrechte) over de zogenaamde spellingregels.

Ook in andere talen wordt echter nog wel eens gezondigd tegen de regels betreffende de juiste schrijfwijze der woorden, omdat die voor de ongeletterden te moeilijk zijn. Zo b.v. in het Engels.

Wij zagen dit op humoristische wijze aan de kaak gesteld in een stukje getiteld ‘Spellbound’ door het bekende Amerikaanse tijdschrift ‘Reader's Digest’ overgenomen uit een artikel in het te Washington uitgegeven ‘Daily News’.

Het meespelen van een uitblinker op voetbalgebied was afhankelijk van een leraar, die zijn kennis op spellinggebied zou onderzoeken. De ‘coach’ van de voetballers deed dus wat hij kon om de leraar over te halen hem een ‘voldoend’ cijfer te geven.

Eindelijk kreeg deze de leraar zo ver, dat hij erin toestemde, mits de voetballer van het woord ‘coffee’ slechts één letter juist kon noemen.

De candidaat werd geroepen en spelde na diep nadenken: ‘k..a..u..p..h..y’.

Behartenswaard(ig)

Dit rare woord kwamen we binnen enkele dagen weer een paar maal in verschillende bladen tegen. Misschien zou een werkwoord ‘beharten’ even goed verdedigbaar zijn als b.v. beogen of behandelen, doch het bestaat nu eenmaal niet, dus er is ook niets waard of waardig om ‘behart’ te worden.

Wat staat er nu eigenlijk?

Het volgende ontleen ik aan een mededeling van een vereniging:

‘Drie leden gaven de wens te kennen, dat zij voor een korte tijd proef er mee zouden willen nemen’.

Op de keper beschouwd, bevat deze korte zin, naar ik meen, drie fouten en wel deze:

a.Voor het woord ‘proef’ ontbreekt het lidwoord. Men neemt een proef of de proef ergens mede.
b.Samenstellingen als ‘ermee’, daarvoor, hierlangs worden aaneen geschreven.
c.Die leden, staat er, wensen, dat ze iets zouden willen. Dat is toch werkelijk al te dwaas. Ze willen de proef doen nemen of ze willen het niet.


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken