Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Neerlandia. Jaargang 60 (1956)

Informatie terzijde

Titelpagina van Neerlandia. Jaargang 60
Afbeelding van Neerlandia. Jaargang 60Toon afbeelding van titelpagina van Neerlandia. Jaargang 60

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave



Genre

non-fictie

Subgenre

tijdschrift / jaarboek


In samenwerking met:

(opent in nieuw venster)

© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Neerlandia. Jaargang 60

(1956)– [tijdschrift] Neerlandia–rechtenstatus Auteursrechtelijk beschermd

Vorige Volgende
[pagina 48]
[p. 48]

Cultuur op Zuid-Hollands platteland

De 162 plattelandsgemeenten van Zuid-Holland tellen in totaal 1256 culturele verenigingen en instelling gen. Dat blijkt uit eenn rapport van een commissie, die in opdracht van de Gedeputeerde staten van Zd.-Holland een onderzoek heeft ingesteld naar de culturele activiteiten ten plattelande.

 

Het onderzoek heeft zich beperkt tot verenigingen, stichtingen en andere instellingen op het gebied van muziek, zang, toneel, geschiedenis, folklore, tentoonstellingen, natuur- en stedeschoon, algemene volksontwikkeling, bibliotheken, leeszaken en musea.

Er werden geteld 178 bibliotheken en vijf leeszalen. De overige verenigingen telden in totaal 50.835 leden.

8.545 plattelanders hielden zich bezig met instrumentale muziek: fanfare, harmonie, mandoline, accordeon en een enkele met symphonie- en kamerorkest.

19.085 waren aangesloten bij zangverenigingen.

3.116 speelden toneel.

19.041 leden werkten op het gebied der algemene volksontwikkeling door het houden van lezingen, het geven van cur sussen.

283 leden zaten in verenigingen op geschiedkundig gebied.

745 leden gaven hun tijd aan bevordering en instandhouding van natuur- en stedeschoon.

Er was een folkloristische vereniging met 20 leden.

Uit deze cijfers blijkt wel, dat in vrijwel de gehele provincie de instrumentale muziek ten plattelande actief wordt beoefend. Voor folklore, historie, natuuren stedeschoon bestond veel minder of helemaal geen belangstelling. Verenigingen tot het houden van tentoonstellingen bleken niet te bestaan; evenmin is van het bestaan van kunstkringen ten plattelande gebleken. Activiteit op het gebied van amateurtoneel vindt men op het vasteland van Zuid-Holland, maar veel minder in de Alblasserwaard, de Hoeksche Waard, op Goeree en Overflakkee.

Getracht is ook de passieve cultuurbelangstelling in Zuid-Holland te onderzoeken, dus het bezoek aan toneel, concerten, tentoonstellingen, musea, enz.

De beschikbare cijfers toonden aan, dat er in deze provincie ook ten plattelande een naar verhouding tot de andere delen des lands grote belangstelling bestaat op cultureel gebied.

Anjerfondsen

Het rapport noemt nog het Comité voor nationaal overleg voor gewestelijke cultuur, dat door onderling contact en overleg de cultuur in de verschillende gewesten tracht te bevorderen en voorts de Anjerfondsen, o.a. het Anjerfonds ZuidHolland, Anjerfonds 's-Gravenhage en Anjerfonds Rotterdam, welke voor steun aan plaatselijke en regionale instellingen, werkzaam on cultureel gebied, in de jaren 1948-1954 rest, beschikbaar stelden: f 70.812,75, f 31.900 en f 5.382,02.

Geen maecenaat meer

Zeer juist was de opmerking, dat door de sterk progressieve belastingheffing en de huidige loonpolitiek met als gevolg een gelijkmatiger verdeling van de koopkracht de mogelijkheden van het maecenaat kennelijk veel beperkter zijn geworden dan weleer en dat deze wijziging van de verdeling van het nationale inkomen o.a. geleid heeft tot een achteruitgang in culturele koopkracht van middelbare en hogere inkomens, vooral bij intellectuelen, waartegen de vooruitgang van de lagere inkomens niet opweegt.

Het met grote sprongen verbeterde verkeer, de rijdende bibliotheken, de film, de radio, de pers en de televisie verschaften ongedachte mogelijkheden tot culturele spreiding, welke voorheen onbekend waren.

Het begrip cultuur

Over het begrip ‘cultuur’, dat door ons allen wordt aangevoeld, maar moeilijk door een definitie is te omschrijven, zegt het rapport: dat met cultuur gewoonlijk een gebied wordt aangeduid tussen de minimale voorziening in het levensonderhoud en de bezinning op de diepste levensvragen, rakende weliswaar niet de laatste problemen, waarvoor de mens wordt gesteld, maar in elk geval een terrein waarop zich een waardevol deel van het geestelijk leven van de mens afspeelt.

Taak van de overheid

Daarvoor, zo meent de commissie, kan de overheid niet onverschillig staan. Zij ziet de taak van de overheid in het steunen van hetgeen de belangstelling voor de cultuur kan vergroten of versterken, in het bevorderen van culturele zelfwerkzaamheid en in het ter beschikking stellen van de technische uitrusting en de documentatie, welke voor een ontplooiing der cultuur vereist wordt.

Een uiterst belangrijk rapport dat ter lezing gaarne wordt aanbevolen aan hen, die voor deze grote problemen een open oog hebben. Ons dunkt, dat ieder A.N.V.-lid tot die belangstellenden moet en mag worden gerekend.


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken