Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Neerlandia. Jaargang 63 (1959)

Informatie terzijde

Titelpagina van Neerlandia. Jaargang 63
Afbeelding van Neerlandia. Jaargang 63Toon afbeelding van titelpagina van Neerlandia. Jaargang 63

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave



Genre

non-fictie

Subgenre

tijdschrift / jaarboek


In samenwerking met:

(opent in nieuw venster)

© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Neerlandia. Jaargang 63

(1959)– [tijdschrift] Neerlandia–rechtenstatus Auteursrechtelijk beschermd

Vorige Volgende
[pagina 63]
[p. 63]

Het Vlaams toch de volkstaal in Frans-Vlaanderen
(Van onze correspondent te Rijsel)

DE POGINGEN van de vereniging ‘De Vlaamse Vrienden in Frankrijk’ meer uiting aan het Nederlands in het openbaar leven in Zuid-Vlaanderen te geven, blijken niet zonder resultaat te blijven.

Het dagblad ‘Le Nord Maritime’, dat te Duinkerke sedert 1882 verschijnt, last de laatste weken voor het eerst sedert zijn bestaan - regelmatig een Vlaamse rubriek in. Hiermede volgt dit blad het voorbeeld van de voornaamste gewestelijke bladen, vooral van de zeer verspreide ‘Voix du Nord’ uit Kijsel, die geregeld met een ‘Vlaams Hoek’ voor de dag komt.

Onze taal vindt ook hoe langer hoe meer haar plaats in het toeristische materiaal, dat door de Zuid-Vlaamse steden de wereld wordt ingezonden. Rijsel, trots op haar titel van ‘Capitale des Flandres’, en Heusden (Hesdin), het aanlokkelijke stadje, waar veel nog aan zijn stichter Keizer Karel herinnert, geven vouwbladen uit met Vlaamse tekst. De beste hotels en eethuizen ter plaatse houden in hun aan-kondigingen rekening met Nederlandstaligen.

Molenwachter spreekt Vlaams

Wat de reiziger nog meer in't oog valt, is het aantal opschriften in het Nederlands, dat men tegenwoordig op gebouwen aantreft. Zo vindt men ‘Peenhof’ of ‘'t Wit Huis’ als stijlvolle benaming op de gevel van een herenhuis of een landgoed; ‘O.L. Vr. ter Waterlanden’ op een nieuw gebouwd kapelleken; aanwijzingen in stad en dorp - om van uithangborden op eet- en drankgelegenheden niet te gewagen - luiden bijv. als volgt ‘"de aandacht van de voorbij gangers wordt er op gevestigd dat de waard, de gids of de “molenwachter” Vlaams spreekt’.

Dank zij het initiatief van volksgetrouwe landgenoten, werden belangrijke gebeurtenissen uit het plaatselijk leven onlangs in steen op Nederlandse herdenkingsplaten vereeuwigd. Enkele families rekenen het zich tot een eer hun overledenen in Vlaamse graf schriften te herdenken.

 

Er is een beweging gaande om oude Nederlandse opschriften, die min of meer onleesbaar waren geworden, weer te verven. In een betrekkelijk korte spanne tijds kon men dit heuglijk verschijnsel op een reeks veldkapellekens waarnemen, tot zelfs in plaatsen op de taalgrens gelegen.

Vlaanderen den Leeuw

Ook wordt er naar gestreefd de voorvaderlijke taal in de binnenhuisversiering recht te laten wedervaren. Vlaamse spreuken op de schoorsteenmantel geschilderd of gegrift gelden in ontwikkelde kringen als tekenen van goede smaak. Op meubeltentoonstellingen prijken prachten van kasten, horlogekasten, panelen met Vlaamse versjes in hout gesneden. Zelfs kleinere voorwerpen als doosjes, bureaubenodigdheden, servetringen en dergelijke dragen Vlaamse opschriften.

Als leuze op de kostbare stukken, die ze vervaardigen, gebruiken steenhouwers, schilders, schrijnwerkers en juweliers bij voorkeur de wapenkreet ‘Vlaanderen den Leeuw’, nevens de afbeelding zelf van de Zwarte Leeuw op een gouden veld.

Een van de treffendste gevallen waarover men zich sedert enkele maanden mag verheugen, treft men aan in de refter in het bisschoppelijk College van een Frans-Vlaamse stad, waar een waardige Vlaamse Leeuw met de fiere leuze ‘Vlaanderen den Leeuw’ de wand boven de eretafel siert.

Dezelfde voorstelling komt eveneens voor in de vorm van fraai verluchte prenten en postkaarten. Het wapen van Vlaanderen, met een kordaat ‘Vlaanderen den Leeuw’ onderstreept, behoort tot de dingen die nu in Zuid-Vlaanderen in de mode raken.

Fromage Flandre wordt Vlaamse Kaas

De tekening van de Vlaamse Leeuw met de naam ‘Flandre’ op fabrieksmerken en publiciteitsbescheiden geniet in Zuid-Vlaanderen sedert kort de algemene gunst. Vroeger noemde een coöperatieve zuivelfabriek in het hartje van de Westhoek haar voortbrengselen: ‘Fromage Flandre’. Op de nieuwe verpakkingen, klauwt een Leeuw midden in een grote V (beginletter van Vlaanderen), met daaronder in vette letters ‘Vlaamse Kaas Extra’.

In drukwerken komen weer enkele oude uitdrukkingen te voorschijn, die weliswaar in de volksmond be waard zijn gebleven maar die uit de schrijftaal verdwenen schenen te zijn. Verscheidene malen zagen wij in doodsberichten in de Franstalige bladen van de streek de in onbruik geraakte benamingen ‘Heer Vader’ en ‘Vrouw Moeder’ terug, waarmee de ouders van een priester aangeduid werden.

Êéntalig Vlaams

Zulke feiten bewijzen, dat de taal, hoe moeilijk het gebruik ervan van staatswege in Frans-Vlaanderen ook gemaakt is, en niettegenstaande zekere pessimistische voorspellingen sterk weerstand biedt aan de invloeden, die zij ontmoet. De ‘Radio-Télévision Française’, die, ongeacht alle bespiegelingen van theoretische aard, haar abonnees zoekt te behagen, erkent stilzwijgend, dat het Vlaams in de Westhoek in de volle betekenis van het woord de ‘volkstaal’ is en blijft.

Tweemaal achtereen brachten technici uit Parijs hun microfoon en camera van Hazebroek naar Hondschoote om klanken en beelden van het echte volksleven op te nemen. Beide keren ondervonden zij, dat de Vlaamse taal nog leeft.

Het Reuzelied

Te Kassel werd de mensen verzocht het lied te zingen, waarvan ze het meest houden; de menigte, die op de markt om de Parijse radiowagen verzameld was, zong spontaan uit volle borst het ‘Reuzelied’. De klankopname bij het feestmaal van een feestvierende maatschappij ving niets anders op dan Vlaamse liedjes en gesprekken. De toeschouwers van een ‘hanenkamp’ lieten geen woord los, dat niet Vlaams was.

Op het programma van de Franse Televisie heette dit eentalig Vlaams op treden: ‘Nostalgie de la Flandre’. De titel van de omroepuitzending luidde: ‘La vie dans une petite ville où la langue flamande est en honneur’. Op het bovenstaande wordt de aandacht gevestigd van een Nederlandse radio-verslaggever, die een paar jaar geleden naar Zuid-Vlaanderen reisde en zich er deerlijk over beklaagde geen enkel levend mens aldaar te hebben ontmoet, van wie hij één woord in het Vlaams had kunnen opnemen.

De bovengenoemde feiten tonen wel duidelijk aan, dat de Nederlandse radio-verslagge ver zijn oor niet op de juiste plaats te luisteren heeft gelegd.


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken