Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Neerlandia. Jaargang 65 (1961)

Informatie terzijde

Titelpagina van Neerlandia. Jaargang 65
Afbeelding van Neerlandia. Jaargang 65Toon afbeelding van titelpagina van Neerlandia. Jaargang 65

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave



Genre

non-fictie

Subgenre

tijdschrift / jaarboek


In samenwerking met:

(opent in nieuw venster)

© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Neerlandia. Jaargang 65

(1961)– [tijdschrift] Neerlandia–rechtenstatus Auteursrechtelijk beschermd

Vorige Volgende
[pagina 135]
[p. 135]

De taak van het A.N.V.
door Mr. F.G.A. HuberGa naar eindnoot*)

In de mei- en juni-nummers van ‘Neerlandia’ (1961) wordt een pleidooi gevoerd voor een bundeling der organisaties, die zich bezig houden met nauwere culturele betrekkingen tussen Nederland en Vlaanderen. De gedachte gaat dan uit naar een federatieve vorm van het A.N.V. Er zit wel iets aantrekkelijks in, gezien de veelheid van verenigingen, die zich thans op dit z.g. Groot-Nederlandse gebied wagen. Toch wil ik tegen deze ontwikkeling waarschuwen, omdat namelijk dan het A.N.V. van zijn oorspronkelijke doel gaat afwijken.

Wanneer men immers de statuten raadpleegt, blijkt het Verbond te beogen:

‘een verhoging van de geestelijke, zedelijke en stoffelijke kracht en een versterking van het bewustzijn der onderlinge verwantschap, zowel van allen, overal ter wereld, die tot de Nederlandse stam behoren, als van die afstammelingen van personen, die daartoe behoren of hebben behoord, voor zover die het stambewustzijn niet hebben verloren.’

 

Het A.N.V. heeft in de loop van zijn bestaan nimmer dit doel volledig nagestreefd. Men legde nu eens het accent op contacten met Vlaanderen en Zuid-Afrika, dan weer op de overzeese gebiedsdelen of emigratiegebieden. Vaak waren de bemoeienissen van culturele aard, zelden van stoffelijke en zedelijke aard. In de tijd van de Boerenoorlog kwam men het gestelde doel het meest nabij. Na de vervelende situatie tijdens de laatste oorlog is het A.N.V. een tijd lang huiverig geweest voor contacten met de zuiderburen, mede uit vrees voor politieke verwikkelingen. Veel aandacht werd aan de taal en aan de emigranten gewijd, doch het grote ledental met bloeiende afdelingen in oost en west is niet meer bereikt. Opmerkelijk is alleen van de laatste jaren de aanwas van Vlaamse leden en de lauwheid van Nederlandse zijde. Het is duidelijk, dat deze eenzijdige groei zijn oorzaken moet hebben, die onder meer liggen in een verkeerde organisatievorm of veranderde verhoudingen, dan wel in beide.

Nederlanders in den vreemde

Wanneer men de hierboven aangehaalde doelstelling leest, lijkt mij deze nog steeds actueel en het nastreven waard, doch in volle omvang. Eén van de verwaarloosde taken is het behartigen van de belangen der Nederlanders in den vreemde. In dit verband wil ik wijzen op de nuttige functie van de ‘Nouvelle Société Helvétique’, een organisatie, die alle Zwitsers in het buitenland in zich verenigt en hun belangen bij de Zwitserse overheid bepleit. Zij geeft voorlichting in woord en beeld en weet aan Zwitserse hoogtijdagen onder hun landgenoten in het buitenland kleur te geven door feestelijke bijeenkomsten te organiseren. Haar bemoeienissen strekken zich op breed terrein uit. Het zou aanbeveling verdienen, van de werkwijze dezer organisatie kennis te nemen, want er zijn vele landgenoten van ons in andere landen, die behoefte hebben aan een particuliere vereniging voor behartiging van belangen, waar het overheidsapparaat geen uitkomst biedt. De voorlichting kan zich evenzeer bewegen op economisch terrein. Niet alle Nederlanders in het buitenland zullen op den duur een vreemde nationaliteit aannemen, want er zijn er talrijken, die op latere leeftijd naar hun moederland terug willen en daarom prijs zullen stellen op het behoud van hun Nederlanderschap.

Doch welke organisatie doet iets voor deze mensen? Ligt hier dan niet een taak voor het A.N.V.? De aanpak wordt alleen wat moeilijk, indien het merendeel der leden Vlamingen zijn, die geen kennis van de Nederlandse belangen dragen.

Verhoging zedelijke kracht

Een andere verwaarloosde doelstelling van het A.N.V. is de verhoging van de zedelijke kracht. De enige werkzaamheid schijnt te bestaan uit een vertegenwoordiging van het A.N.V. in het bestuur van de Tucht-Unie.Ga naar eindnoot**) Hier zijn echter belangrijke vraagstukken aan de orde, zoals opvoeding van de jeugd, volkshuisvesting, gedragingen van de Nederlander als vakantieganger in binnen- en buitenland, sportbeoefening, totowezen, kortom alles, wat van invloed is op de aard en vorming van een gezond, karaktervol nationaal bewustzijn. Optreden en houding van menig landgenoot geven wel eens aanleiding tot gerechtvaardigde kritiek. Nauw met de verhoging der zedelijke kracht hangt samen die der geestelijke kracht. Zij vereist een goed begrip van de geschiedenis en de cultuur van het nederlandse volk. De zuiverheid van de taal en de eigen aard der culturele uitingen dienen te worden gehandhaafd. Op dit gebied zijn er verschillende organisaties werkzaam, die er goed aan zullen doen de krachten te bundelen.

Versterking onderlinge verwantschap

Tenslotte rest het A.N.V. nog de belangrijke taak het bewustzijn der onderlinge verwantschap te versterken. Vooral nu de grote verbanden van Benelux, Europese Economische Gemeenschap en de Europese Kolen- en Staalgemeenschap met de daarmee gepaard gaande beïnvloeding van de nederlandse samenleving zich laten gelden, is het bewaren van een eigen karakter van groot belang. Deze beïnvloeding geldt ook Vlaanderen en Zuid-Afrika naast andere gevaren van aantasting van eigen cultuur. Een moeilijkheid hierbij is, dat men deze aangelegenheid vaak niet los ziet en los kan zien van godsdienst- en rassenverschillen. Deze kwesties mag men trouwens ook niet uit de weg gaan. Het is voor velen dan wel eens moeilijk om van het Verbond lid te worden, vaak ook omdat men er liever niet mee te maken wil hebben. Vergeleken met de situatie van vóór de oorlog zijn de verhoudingen ten deze geheel anders komen te liggen. Vele problemen zijn actueel geworden of toegespitst, welke voorheen amper genoemd werden. Er is thans enige huivering voor de term ‘Groot-Nederlands’ en voor de houding van Zuid-Afrika, al weet men het juiste er niet van.

Intern. federatie onvermijdelijk

Mijn conclusie is dan ook, dat de organisatievorm van het A.N.V. de verwezenlijking van de hierboven genoemde taken in de weg staat. Wil het A.N.V. het een en ander met vrucht aanpakken, dan zal het zich moeten verstaan met andere organisaties en daarmee komen tot oprichting of vorming van werkgemeenschappen voor elk onderdeel van het door het Verbond beoogde doel. Zo ware voor de versterking van het bewustzijn der onderlinge verwantschap te denken aan een internationaal te vormen federatie van Vlaamse, Zuid-Afrikaanse en Nederlandse organisaties, waarvan het A.N.V. er één moet zijn, die een secretariaat vestigt, b.v. te Brussel, om meer dan één reden belangrijke plaats voor de zetel van de federatie. Het Verbond zou daarin een belangrijk aandeel kunnen hebben en aan de federatie de taak kunnen overlaten, die de schrijvers in de mei- en juninummers van ‘Neerlandia’ het A.N.V. hadden toegedacht. Hiermee wordt dan voorkomen, dat het A.N.V. aan de andere taken, die meer op het nationaal nederlandse vlak liggen, niet toekomt. Tevens kan op die wijze worden bereikt, dat er van nederlandse zijde meer belangstelling voor het Verbond groeit.Ga naar eindnoot***)

eindnoot*)
Mr. F.G.A. Huber is burgemeester van Nes op Ameland, oud-voorzitter van de afdeling 's-Gravenhage en oud-secretaris van het Verbondsbestuur.
eindnoot**)
Het Verbondsbestuur heeft zich onlangs hieruit teruggetrokken.
eindnoot***)
Wij komen op dit artikel nog terug. (Red.).

Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken