Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Neerlandia. Jaargang 67 (1963)

Informatie terzijde

Titelpagina van Neerlandia. Jaargang 67
Afbeelding van Neerlandia. Jaargang 67Toon afbeelding van titelpagina van Neerlandia. Jaargang 67

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave



Genre

non-fictie

Subgenre

tijdschrift / jaarboek


In samenwerking met:

(opent in nieuw venster)

© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Neerlandia. Jaargang 67

(1963)– [tijdschrift] Neerlandia–rechtenstatus Auteursrechtelijk beschermd

Vorige Volgende
[pagina 17]
[p. 17]

A.N.V. Nieuws

Herdenking Geloftedag

Gewoontegetrouw had de afdeling 's-Gravenhage van het A.N.V. leden en belangstellenden bijeengeroepen in de Rolzaal op het Binnenhof, ter herdenking van de Zuidafrikaanse ‘Geloftedag’. Ditmaal vond de samenkomst plaats aan de vooravond van de 16e december, zaterdagavond acht uur. Een verheugend groot aantal aanwezigen, onder wie ook leden van de afd. 's-Gravenhage van de Nederlandse-Zuidafrikaanse vereniging, en van de Zuidafrikaanse ambassade - ook de ambassadeur Z.Exc. H.A. Rust - bewees, dat het medeleven in Nederland met de grote feiten uit het bestaan van de Afrikaanse natie niet zwakker wordt.

De voorzitter van de Haagse afdeling, Dr. W.A. Veenhoven, herinnerde, nu een week geleden koningin Wilhelmina was begraven, in zijn openingswoord aan haar daad ten aanzien van Paul Kruger in 1900, die grote bijval vond bij het Nederlandse volk. Sindsdien zijn de omstandigheden veranderd en ook in Nederland is de houding tegenover Zuid-Afrika niet steeds welwillend. Maar in brede kringen, aldus spreker, leven nog gevoelens van verbondenheid met de Zuidafrikaanse natie. Hij ging vervolgens nader in op de oorzaken die in een sterk veranderende wereld de houding van de mens bepalen. Daarbij gaf hij uitvoerig weer wat de Groningse hoogleraar H. Baudet in zijn enkele jaren geleden verschenen studie ‘Het paradijs op aarde’ betoogt. Deze stelt in de verhouding tussen Europa en de buitenwereld twee sferen tegenover elkaar: die van de politieke realiteit en die van de mythe. In de laatste wordt de wereld buiten Europa niet gezien zoals zij werkelijk is maar zoals sommigen geloven dat zij is, volgens de legende van ‘le bon sauvage’. Deze mythe spreekt van de wijsheid van het Oosten en het platvloerse materialisme van het Westen. Van dit inzicht uit, zei de spreker, is de afstand naar het zondaarsbankje weinig meer dan een enkele schrede.

 

Ter beantwoording van de vraag, waarom deze hang naar en bewondering van het primitieve, een soort verlangen naar het verloren paradijs, is ontstaan, haalde Dr. Veenhoven de uitspraak van Prof. J. Huizinga aan: ‘De cultuur die zichzelf wil ontvlieden, heeft eindeloze heimwee naar het onbeschaafde’.

 

Tenslotte evenwel keert de wal het schip; ten aanzien van Zuid-Afrika is de kentering naar sprekers oordeel reeds begonnen en in steeds breder kring wordt het besef wakker, dat heel voorzichtig moet worden tewerkgegaan, wil er geen economische chaos komen, waarbij alles wat op sociaal gebied voor de niet-blanke is bereikt weer zou worden vernietigd. In dit verband herinnerde hij aan de gebeurtenissen in Indonesië, Algerije en Kongo. Intussen blijft er bij talrijke Nederlanders kritiek op enkele extreme facetten van het politieke beleid in Zuid-Afrika, ook al zijn zij dit land goed gezind. Dr. Veenhoven eindigde met de wens, dat de regering van Zuid-Afrika de wijsheid moge worden geschonken, de moeilijke ‘Gordiaanse knoop’ door te hakken.

 

‘Die Gelofte van geloftedag’ was het onderwerp, dat Prof. Kotzé hoogleraar in de algemene geschiedenis aan de Universiteit van Stellenbosch, Zuid-Afrika, vervolgens behandelde.

 

Allereerst bracht hij de gebeurtenissen van 16 december 1838 en hetgeen daaraan voorafging, in herinnering, waarna hij aan de onderdelen van de afgelegde belofte achtereenvolgens aandacht gaf, nl. de viering van de 16e december als gedenkdag; de oprichting van een ‘tempel’, en de bekendmaking aan het nageslacht met het verzoek, deze dag jaarlijks te herdenken.

 

Het idee van geloftedag stamt uit het Oude Testament, de geschiedenis van de aartsvader Jacob. Eerst na jaren kon de viering op gang komen, de moeilijke tijden en de worsteling met de Engelsen om de vrijheid, beletten ze de eerste tijd.

 

Ook de oprichting van een ‘tempel’ heeft lang op zich laten wachten. Pas in de zeventiger jaren werd in Pieter Maritzburg in Natal, een voorlopige Geloftekerk ge-

[pagina 18]
[p. 18]

bouwd. Eerst in 1961 verrees daarnaast de Gedenkkerk. Het eerste grote geloftefeest werd in 1864 bij Bloedrivier gehouden. In 1868 werd besloten, de dag als een gedachtenisdag te vieren. De systematische viering dateert uit de eerste vrijheidsoorlog, 1878-1881. In 1910 werd de 16e december als algemene vakantiedag vastgesteld. In 1949 werd het Voortrekkermonument bij Pretoria ingewijd en sindsdien wordt de dag algemeen in Zuid-Afrika herdacht. Ook leden van de andere bevolkingsgroepen nemen thans aan de herdenking deel. De wijze waarop de dag wordt gevierd is niet, aldus Prof. Kotzé, in de geest van de Farizeeër, van zelfverheffing of overschatting. Want ook een nederlaag zou slechts de ondergang van de Boeren in Natal hebben betekend, niet voor die in de andere provincies, dus niet voor het Boerenvolk als zodanig.

Ook was de overwinning geen mensenwerk, maar een Godswerk, aldus spreker. Vandaar dat er een zendingsinstituut is opgericht op het terrein waar Piet Retief en de zijnen de 8ste februari 1838 om het leven werden gebracht.

Prof. Kotzé verklaarde, dat de Zuidafrikaners de innige begeerte hebben met allen in hun land in een geest van harmonie en rechtvaardigheid samen te leven. Zij hebben het geloof, dat zij zijn gespaard met een doel, om een taak te vervullen in het land waar zij wonen.

Hij eindigde met te zeggen: ‘Wij voelen ons bij U in Nederland thuis. Veel leden van uw volk die naar Zuid-Afrika zijn gegaan hebben ons geholpen en aangemoedigd om de Geloftedag te handhaven en verschillende standbeelden, die in ons land als herinnering zijn geplaatst, zijn door Nederlanders ontworpen. Wij zijn dankbaar en verheugd, over de gelegenheid, in deze historische sfeer onze Geloftedag te mogen vieren’.

 

Na de pauze volgde de vertoning van enkele films, die een beeld geven van Zuid-Afrika, zijn erfenis en zijn ontwikkeling.


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken