Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Neerlandia. Jaargang 68 (1964)

Informatie terzijde

Titelpagina van Neerlandia. Jaargang 68
Afbeelding van Neerlandia. Jaargang 68Toon afbeelding van titelpagina van Neerlandia. Jaargang 68

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave



Genre

non-fictie

Subgenre

tijdschrift / jaarboek


In samenwerking met:

(opent in nieuw venster)

© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Neerlandia. Jaargang 68

(1964)– [tijdschrift] Neerlandia–rechtenstatus Auteursrechtelijk beschermd

Vorige Volgende

14e Algemene Conferentie der Nederlandse Letteren

De 14e Algemene Conferentie der Nederlandse Letteren, die op 16 en 17 oktober 1964 te 's-Graven hage in het gebouw ‘Op Gouden Wieken’ is gehouden, heeft zaterdagochtend 17 oktober een aantal resoluties aangenomen betreffende letterkunde, toneel, bibliotheekwezen, uitgeverij en boekhandel, radio en televisie.

 

De bijeenkomst stond onder leiding van Julien Kuypers (België) en prof. dr. G. Stuiveling (Nederland). De laatste nam de plaats in van prof. dr. W.J.M.A. Asselbergs die door drukke werkzaamheden verhinderd was de Conferentie bij te wonen.

 

De hierna volgende volledige tekst van de resoluties is ter kennis van de beide Regeringen gebracht.

Algemene resolutie

1. De Algemene Conferentie der Nederlandse Letteren, te 's-Gravenhage op 16 en 17 oktober 1964, heeft met instemming kennis genomen van het feit dat in Nederland de omzetbelasting op papier bestemd voor boeken en tijdschriften zal worden opgeheven. Zij dringt er met de meeste klem bij de Regeringen op aan nu ook

a.in Nederland een einde te maken aan de omzetbelasting op het werk van schrijvers,
b.in België een einde te maken aan de overdracht-taks op boeken en tijdschriften. Dit is niet enkel van belang voor de letterkunde en de letterkundigen, maar ook gewenst in verband met de unificatie van het belastingrecht in de Europese Gemeenschap.

 

2. De Conferentie vestigt de aandacht op de uitspraak van de Nederlandse Staatssecretaris van Economische Zaken betreffende de verticale prijsbinding (zie blz. 11 van zitting 1963/1964-7765), waarbij voor het boek bij uitzondering deze binding gehandhaafd zal blijven, omdat een opheffing van de prijsvastheid van het boek de betrokken culturele belangen in gevaar zou brengen. Op grond hiervan spreekt de Conferentie de hoop uit dat de Belgische regering eenzelfde gedragslijn zal volgen.

3. De Conferentie heeft kennis genomen van het feit dat de rijkssubsidies aan de letterkunde in Nederland zullen worden gegroepeerd rondom drie principes:

a.steun aan uitgaven;
b.steun aan auteurs als zodanig;
c.sociale steun aan auteurs in nood;
en dat inzake punt b de overheidsbedragen zullen worden gestort in een autonoom fonds voor de letteren.

 

De Conferentie spreekt de wens uit, dat ook in België de bestaande begrotingsposten aldus zullen worden gegroepeerd om de subsidiëring van de letterkunde in de twee landen zoveel mogelijk op gelijke wijze te regelen en uit te breiden.

4. De Conferentie dringt er op aan dat met ingang van 1965 een belangrijke theatermanifestatie wordt verbonden aan de driejaarlijkse, grote Algemene Conferentie der Nederlandse Letteren, bij voorkeur de eerste opvoering van een in opdracht van de beide Regeringen ontworpen werk, uiteraard door beroepskunstenaars.

5. De Conferentie acht het voorbarig nu reeds een beslissing te nemen inzake de suggestie om een sectie kritiek te vormen, maar stelt voor, de literaire kritiek en de toneelkritiek als centraal onderwerp te kiezen van de XVe Conferentie. De sectie letteren zou in dat geval aan beide zijden versterkt moeten worden met personen die zich speciaal met literatuur- en toneelkritiek bezighouden.

6. De Conferentie is van oordeel, dat auteurs, wier literaire werken door radio en televisie zijn openbaar gemaakt, zelfs indien deze auteurs geen werken gepubliceerd in boekvorm op hun naam hebben staan, ook door overheid en literaire organisaties als letterkundigen erkend behoren te worden. Dientengevolge zullen ook deze auteurs in aanmerking moeten kunnen komen voor literaire bekroningen en opdrachten.

Resolutie letteren

De sectie letteren heeft geconstateerd dat, in de publikaties van de vertalingen van Nederlands letterkundig werk, niet altijd de eenheid van de Nederlandse taal en letterkunde tot uiting komt, ook niet wanneer deze vertalingen in officiële opdracht of met officiële steun tot stand zijn gekomen. Zij dringt er bij de betrokken Regeringen op aan om instituten en personen, die met overheidssteun werkzaam zijn op het gebied van de vertalingen, te verplichten in de aanduiding van de Nederlandse taal en letterkunde geen onderscheid te maken tussen de twee delen van het Nederlandse taalgebied.

Resoluties toneel

1. In het belang van de Nederlandse dramaturgie acht de sectie toneel het noodzakelijk

 

a. dat het spelen van oorspronkelijke Nederlandse toneelstukken in Zuid en Noord beter dan thans het geval is zal worden bevorderd door naleving van de bestaande voorschriften;

 

b. dat er in het gehele Nederlandse taalgebied opdrachten worden verleend tot het schrijven van toneelstukken door tussenkomst van de gezelschappen en met medewerking van een regisseur of dramaturg;

 

c. dat er een Nederlands-Belgische commissie, bestaande uit toneelschrijvers, regisseurs en dramaturgen, wordt ingesteld met de taak

[pagina 178]
[p. 178]


illustratie

het contact tussen de toneelschrijvers en het toneel te bevorderen;

 

d. dat er bij de organisatoren van festivals in het Nederlandse taalgebied op wordt aangedrongen voorstellingen van Nederlandse stukken in hun programma's op te nemen;

 

e. dat het van overheidswege mogelijk wordt gemaakt, dat oorspronkelijke Nederlandse stukken, die door beroepsgezelschappen worden opgevoerd, in drukvorm verschijnen;

 

f. dat meer middelen ter beschikking worden gesteld om Nederlandse stukken in vertaling onder de aandacht van het buitenland te brengen, b.v. door hogere subsidies aan het Belgische en Nederlandse Centrum van het Internationaal Theater Instituut;

 

g. dat ook in het buitenland het spelen van oorspronkelijke Nederlandse stukken in de Nederlandse taal wordt gestimuleerd, mede door het vooraf verspreiden van goede vertalingen en door het wekken, zo mogelijk verzekeren van voldoende publieke belangstelling.

 

h. dat radio en televisie in samenwerking met de toneelgezelschappen in het bijzonder voorlichting geven over en aandacht besteden aan toneelopvoeringen van oorspronkelijke Nederlandse stukken.

 

2. De sectie toneel acht het gewenst dat de vertaling in het Nederlands van toneelstukken, met inachtneming van de eigen aard van de toneeltaal, op niveau geschiedt en dat daartoe, vooral in het Belgische deel van het taalgebied, ruimere financiële middelen worden verstrekt.

 

3. Teneinde het toneelpubliek in Zuid en Noord geleidelijk meer te zien samengroeien, spreekt de sectie toneel de wens uit, dat er door tussenkomst van het bureau van de Conferentie meer dan voorheen geregelde uitwisseling van erkende gezelschappen zal plaats hebben. Daartoe is het noodzakelijk, dat beide Regeringen de bestaande subsidieregeling zodanig wijzigen, dat ook het organiseren van vrije voorstellingen wederzijds mogelijk wordt.

 

4. In verband met de wenselijkheid van een systematischer uitwisseling van regisseurs, beveelt de sectie toneel een onderzoek aan naar de honorering van gastregisseurs in Zuid en Noord. Onderzocht moet worden in hoeverre de extra-kosten van gastregie door een speciale subsidie van het uitnodigende land aan het betrokken gezelschap kunnen worden vergoed.

 

5. In het toneelonderwijs is er een begin van geregelde uitwisseling te constateren. Toch dienen de leidingen van de scholen in Zuid en Noord in gezamenlijk overleg met de directies van de beroepsgezelschappen gemeenschappelijke normen op te stellen voor het gehele toneelonderwijs. Het is in dit verband wenselijk, dat de directies van die gezelschappen tot bijwoning van de besloten eindexamens in het andere gebied worden uitgenodigd.

 

6. Ter verdieping van het inzicht in de dramatische kunst acht de sectie toneel het van groot belang, dat universitaire afdelingen van dramatische wetenschap worden opgericht en dat de belangstelling voor dramatische kunst in het gehele onderwijs, en meer in het bijzonder bij de opleiding tot onderwijzer en leraar, wordt bevorderd door het aanstellen van toneeldeskundigen.

 

7. De sectie toneel acht het nuttig dat er met overheidsmiddelen een beeld- en geluidsarchief van het toneel wordt aangelegd.

Resoluties bibliotheekwezen

1. De sectie bibliotheekwezen neemt zich voor zo spoedig mogelijk de begrotingsvoorstellen in te dienen die betrekking hebben op de microreproduktie van Middelnederlandse handschriften zowel in binnen- als buitenland aanwezig, op de publikatie van de thans gereedgekomen Nederlandse bewerking van het Vocabularium Bibliothecarii, op het ter beschikking stellen van documentatiemateriaal voor buitenlandse Neerlandici, en op het verder reproduceren van Nederlandse letterproeven uit de 16e en 17e eeuw.

 

2. De sectie bibliotheekwezen constateert met bijzondere voldoening dat de samenstellers van Brinkman's Catalogus thans volledigheid nastreven. Zij is van oordeel dat het aanbeveling verdient in beide landen te onderzoeken of de mogelijkheid bestaat deze uitgave op enigerlei wijze steun te verlenen en wel zodanig, dat tevens de verspreiding van dit bibliografische hulpmiddel bevorderd wordt.

 

3. De sectie bibliotheekwezen wenst resolutie 3, betreffende de opbouw van een bibliografisch apparaat, uitgebracht tijdens het tweede Colloquium van hoogleraren en lectoren in de Neerlandistiek aan buitenlandse universiteiten (1964) te ondersteunen en geeft, verwijzend naar vroegere besprekingen van de secties letteren en bibliotheken (1953, 1956, 1957, 1958, 1961), het Bestuurscollege van de Conferentie in overweging de maatregelen te beramen om de studie van het probleem onmiddellijk ter hand te doen nemen.

Resoluties Uitgeverij en Boekhandel

1. De sectie uitgeverij en boekhandel doet een beroep op de Regeringen om de maatstaven van de subsidiëring op de exploitatietekorten van de culturele tijdschriften te verbeteren.

 

2. dringt er bij de Nederlandse regering op aan, wat betreft de posttarieven een uitzonderingspositie toe te kennen aan het boek, het tijdschrift en het propagandamateriaal hiervoor.

Resolutie radio en televisie

De sectie radio en televisie stelt met voldoening vast, dat de ter 13e Conferentie vastgestelde resoluties en de naar aanleiding daarvan genomen besluiten zijn uitgevoerd of alsnog in 1964 tot uitvoering zullen worden gebracht, waardoor de samenwerking tussen de omroepen in België en Nederland opnieuw is verstevigd. Zij neemt eveneens met voldoening kennis van het feit, dat de sectie deze samenwerking in 1965 zal voortzetten, waarbij bijzondere aandacht zal worden besteed aan het overzetten in andere talen van oorspronkelijke luister- en televisiespelen.

Besluiten

Algemeen

De eerstvolgende Conferentie der Nederlandse Letteren zal in België plaats vinden op donderdag, vrijdag en zaterdag, resp. 7, 8 en 9 oktober 1965.

De volgende Conferenties zullen steeds plaats vinden op het eerste weekeinde van de maand oktober.

Letteren

De Conferentie benoemt tot redacteuren van Literair Akkoord over het jaar 1964 de heren Decorte, Fens, Kemp en Stuiveling.

Uitgeverij en Boekhandel

De Sectie Uitgeverij en Boekhandel besluit tot samenstelling en publikatie van een jaarlijkse lijst van uit het Nederlands vertaalde boeken, waarbij de titels in de vreemde talen, de uitgevers en de prijzen vermeld zullen worden.

Radio en Televisie

A. Radio

1. De uitwisseling van radiosprekers en voordrachtkunstenaars zal in 1965 op dezelfde wijze als in voorgaande jaren worden voortgezet.

 

2. Er zal een wedstrijd worden georganiseerd in het schrijven van een luisterspel voor auteurs van wie tenminste één luisterspel in Nederland of België is uitgezonden.

 

3. De BRT verzorgt een microfoongesprek over de in 1963/1964 verschenen dichtbundels; de omroep in Nederland over de in 1963/1964 verschenen korte verhalen.

[pagina 179]
[p. 179]

4. De BRT verzorgt een microfoonbewerking van het toneelstuk ‘Het Huis’ van Karel van Deuren, die in beide landen zal worden uitgezonden.

 

5. Eveneens in beide landen zullen worden uitgezonden klankbeelden onder de titels ‘De scheepvaart in de literatuur’, ‘De zot die de waarheid spreekt’ (Tijl Uilenspiegel) en ‘De stad Lier in de literatuur.’

 

6. De omroepen in België en Nederland zenden in 1965 documentaires uit ter herdenking van de letterkundigen Aug. Vermeylen, Aug. van Cauwelaert, Albert Verwey en J.H. Leopold.

 

7. De wereldomroepen in België en Nederland zetten hun werk van gezamenlijke produkties op het gebied van de Noord- en Zuidnederlandse literatuur voort.

 

8. De Nederlandse wereldomroep zal in samenwerking met de BRT een of meer in de Nederlandse taal geschreven oorspronkelijke luisterspelen in het Engels, Spaans, Frans en Duits laten vertalen en aan buitenlandse omroepen ter uitzending toesturen.

 

9. In het kader van afzonderlijke aktiviteiten zal de Nederlandse wereldomroep de verspreiding van oorspronkelijke Nederlandse luisterspelen in een Spaanse uitvoering in Latijns Amerika voortzetten.

B. Televisie

1. Er zal een begin worden gemaakt met het doen vertalen van representatieve Nederlandse televisiespelen.

 

2. In de uitzendingen van beide televisiediensten zal ruime aandacht worden gewijd aan de letterkunde van Noord en Zuid. Opdrachten tot het dramatiseren van verhalend Nederlands proza worden verstrekt.

 

3. Het gezamenlijk programma over Multatuli - vermeld in de vierde televisieresolutie van de 13e Conferentie, - zal in het komend verslagjaar worden geproduceerd. Een nieuwe gezamenlijke televisieproduktie zal worden voorbereid.

 

4. Teneinde de groeiende belangstelling bij Zuid- en Noordnederlandse auteurs voor het schrijven van televisiespelen verder te stimuleren, worden opdrachten verstrekt.

 

5. Het met een eerste prijs bekroonde stuk van de televisiespelwedstrijd 1964/1965 zal in beide landen worden uitgezonden.


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken