Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Neerlandia. Jaargang 69 (1965)

Informatie terzijde

Titelpagina van Neerlandia. Jaargang 69
Afbeelding van Neerlandia. Jaargang 69Toon afbeelding van titelpagina van Neerlandia. Jaargang 69

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave



Genre

non-fictie

Subgenre

tijdschrift / jaarboek


In samenwerking met:

(opent in nieuw venster)

© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Neerlandia. Jaargang 69

(1965)– [tijdschrift] Neerlandia–rechtenstatus Auteursrechtelijk beschermd

Vorige Volgende

Uit de tijdschriften

Culturele integratie.

Dr. H. Waltmans vervolgt in ‘Jeugd en Cultuur’ van febr. 1965 zijn serie artikelen over ‘De kulturele integratie van de Nederlanden’ met zijn derde artikel, getiteld: Kulturele mogelijkheden in de Benelux.

 

Dr. Waltmans gaat van start met de pogingen voor een tolunie, de Douane-overeenkomst van 1947 en de eerste vergadering van de interparlementaire Beneluxraad op 10 maart 1958, waar het meest opbouwende debat tot onderwerp had de culturele toenadering.

 

Waltmans ziet in de Benelux het gevaar dat de band tussen België en Nederland aanzienlijker wordt geacht dan de band tussen Nederland en Vlaanderen. Om in Europa niet kultureel gelijkgeschakeld te worden moeten z.i. Nederland en Vlaams België zo spoedig mogelijk tot een kulturele integratie komen. De grote verwantschap in kultuur en bepaaldelijk de eenheid van taal tussen Noord- en Zuid-Nederland is - aldus Waltmans - een primordiaal feit voor de wordende Benelux. Een uitgebouwde Benelux zal door democratische samenstelling, naar zijn mening, al te sterk Nederlands karakter dragen en dit karakter in haar geestelijk leven en in haar kulturele politiek tot uitdrukking dienen te brengen. Waltmans is er stellig van overtuigd, dat de Benelux de Nederlandse cultuur als zodanig en ook het kulturele bezit van Vlaanderen ten goede zal komenn. Daarom hebben alle Vlamingen er alle belang bij de realisatie van de Benelux te bevorderen.

Ons Erfdeel, nummer 3/maart 1965.

Dit nummer opent met een vraaggesprek, dat Valère Arickx afnam van Monseigneur Michel Devis uit Rijsel, op 12 januari 1965 uitgezonden door de B.R.T. West-Vlaanderen, in het programma ‘De Stem van Frans-Vlaanderen.’

 

Deze hoge kerkelijke dignitaris, geboren aan de boorden van de IJzer, die heel goed Nederlands spreekt, preekte in het Vlaams en hoopt, dat hoe langer hoe meer in Frans-Vlaanderen het Vlaams in de kerken, zowel preek als biecht, zal doordringen.

 

‘Frankrijk is sedert drie eeuwen ons vaderland’ - aldus Mgr. Devis - ‘maar de staatkundige grens is geen grens van het hart, geen grens voor de taal, de gedachten, de gewoonten, geen grens voor het gemeenschappelijk geloof. Het is ook geen grens voor de trouw aan Vlaanderen, aan onze Moedertaal, geen grens voor onze broederlijke liefde’.

 

Luc Verbeke schreef zijn 23ste artikel over de Taalstrijd en Vlaamse Beweging in Frans-Vlaanderen. Wij hopen dat, na afsluiting van zijn artikelenserie, deze in brochurevorm zal gepubliceerd worden.

Dr. J. Smit, Nederlands docent aan de universiteit van Melbourne, beziet de betekenis van het Nederlands in vergelijking met andere universitaire talenvakken.

 

De heer Luis H. Daal, lector in het Nederlands in Madrid, zag zijn eerste artikel over het Nederlands in Spanje gepubliceerd. Wij hopen hierop uitvoerig terug te komen na kennis te hebben genomen van zijn tweede opstel.

 

Mr. J. Fleerackers, secretaris van de Kultuurraad voor Vlaanderen bekijkt deze Raad kritisch.

 

Dr. J.E. Van den Driessche uit Torkonje bood een bijdrage aan over de geschiedenis van de schilderkunst in Frans-Vlaanderen; daarop volgt een artikel van André Demedts, die hulde brengt aan de drie Frans-Vlaamse vrienden, Verbeke, Victoor en VandenDriessche, die in februari jl. een Visser-Neerlandiaprijs in ontvangst mochten nemen.

 

Over Nederlanders in Duitsland schreef Jozef Kempen.

 

Over Duinkerke schreven Liselot en Frits Pittery een artikel, verlucht met bijzondere illustraties.

 

In de rubriek Bibliografie troffen we aan ‘Het Nederlandsche Boek’ in vertaling-III met de titels der boeken in de verschillend talen (niet minder dan elf) vertaald.

 

In de kulturele Kroniek staat dr. A.W. Willemsen stil bij de betekenis van de op 12 december 1964 opgerichte ‘Stichting van de kulturele integratie van Noord en Zuid.’

 

Deze kulturele kroniek alleen al geeft een bijzondere waarde aan ‘Ons Erfdeel’, dat met dit nummer o.i. het beste en het belangrijkste nummer is tot nu verschenen. Hulde.

‘Kort genoteerd’, uitgegeven door de Kultuurraad voor Vlaanderen, jaargang 1965, nr. 1.

Met de publikatie van dit driemaandelijks informatieblad start de Kultuurraad voor Vlaanderen - nà de eerste lustrum-herdenking - een tweede werkfase. Met ‘Kort genoteerd’ wil de Kultuurraad, meer nog dan voorheen, de ‘Communis opinio’ rond bepaalde Vlaamse vraagstukken versterken. Het blad wil er toe bijdragen de ‘mentale reconversie’, die Vlaanderen zelf zal moeten opbrengen, te bevorderen.

 

Na een woord ter begroeting van de voorzitter, mr. P. Knapen, volgt een serie foto's van de lustrumviering, waarover in Neerlandia een verslag is verschenen.

 

Rekening houdende met het sterker wordende verzet, zowel in Noord- als in Zuid-Nederland tegen de groeiende taalverwildering in de geschreven en gesproken taal, wordt de rede van dr. H.J. de Vos, lid van de Raad van Beheer en bestuursdirecteur bij het ministerie van Nationale Opvoeding en Cultuur in België, uitgesproken op de algemene vergadering van 27 mei 1964, nog eens onder ogen der lezers gebracht. Die lezing ging over een herbezinning over de opvatting inzake het moedertaalonderwijs.

 

Nadat dr. De Vos in die rede gewezen had op enkele verheugende feiten, die alle staan in het teken van de culturele integratie van Noord en Zuid, stelde hij vast dat het sluitstuk, nl. de principiële regeling van een moedertaalonderwijs, dat in deze tijd is gefundeerd en naar de toekomst wijst, nog moet worden geplaatst.

 

Daartoe dienen Noord en Zuid samen te

[pagina 71]
[p. 71]

gaan door het scheppen van de organen voor overleg en gesprek. Uit zijn lezing blijkt dan verder hoe hij zich die samenwerkende arbeid heeft gedacht.

Bert van Kerkhoven, directeur van de Kon. Nederl. Schouwburg wijdt een artikel aan het schouwburgleven in Antwerpen en Vlaanderen, waarin hij een absurde situatie tekent, maar waarvoor hij ook middelen ter verheling ervan aangeeft. Dit artikel is de weergave van zijn lezing, gehouden op 7 december 1964, tijdens een lunch aangeboden aan een 35-tal vooraanstaande Antwerpse bedrijfsleiders, hun aangeboden door de voorzitter van de K.R.V. mr. P. Knapen, de gouverneur van de provincie Antwerpen en de burgemeester van Antwerpen. Hij wil het toneelleven uit het slop halen door het Amsterdamse voorbeeld van het ‘Theater Centrum’ te volgen, dat eigenlijk inhoudt het vormen van een collectief maecenaat.

 

Voorts troffen we in ‘Kort genoteerd’ een artikel aan over de Televisie voor en door alle gewesten van Noord en Zuid, een onderwerp dat in de laatste maanden buitengewone actualiteit heeft gekregen.

 

De rubrieken ‘Kroniek’, ‘Voor de boeg’ en ‘Van hier en elders’ bevatten uitstekende overzichten, het lezen meer dan waard.

 

Wij menen, dat de Kultuurraad met het uitgeven van dit kwartaalblal inderdaad de juiste weg heeft ingeslagen tussen het ‘Vlaanderen van gisteren’ en het ‘Vlaanderen van morgen.’

Onze Taal, maandblad van het Genootschap ‘Onze Taal’, febr. 1965.

Onze Taal heeft een verzoek gericht tot alle bedrijven en instellingen in Nederland om haar mede te delen of zij

1.interne commissies hebben, die belast zijn met de taalzorg (in de ruimste zin) in hun organisatie;
2.bereid zijn, t.g.t. mede te werken aan de samenstelling van een lijst Nederlandse bedrijfstermen voor algemeen gebruik.

 

De bedoeling is meer eenheid te verkrijgen op het gebied van vertaling, daar het gevaar groot is, dat verschillende commissies hetzelfde werk doen en tot tegenstrijdige resultaten komen.

 

Bouw, tijdschrift van de ABN-kernen, 10e jrg. nr. 4.

 

In dit nummer wordt gevierd het derde lustrum van de ABN-kernen en het tweede lustrum van ‘Bouw’.

 

Het bevat artikelen van Z.Exc. R.A. van Elslande, minister van Cultuur, de gouverneur van Limburg, dr. L. Roppe, de algemeen voorzitter van de ABN-kernen, de heer J. Bouveroux, de oud-hoofdredacteur van Bouw, de heer Willy Driessen en H. Heidbuchel.

Minister Van Elslande is verheugd over het werk van de ABN-kernen, die nu reeds vijftien jaar lang meewerken om de jeugd vertrouwd te maken met het beschaafd spreken van een algemene taal. ‘Als de beweging in Vlaanderen, waarin de ABN-kernen een groot aandeel hebben, overgaat in een “stroming”, zullen we het gewonnen hebben’. Minister van Elslande ervaart o.a. in foyer van schouwburg en concertzaal de vlotter wordende spreektrant van de jongeren, hij verheugt zich over de groeiende invloed van de nederlandssprekenden op de volwassenen, die in hun jeugd de natuurlijke ontplooiing van een beschaafd, levend taalgebruik hebben moeten missen. Onze traditie tekent zich langzamerhand af als iets eigens, als een persoonlijke uiting van de Nederlandse cultuur.

Ook gouverneur Roppe en de anderen uiten grote waardering voor het werk van de ABN-kernen en ‘Bouw’. Moge, zo besluit de heer Roppe, de Nederlandse taal in Vlaanderen de veruitwendiging zijn van de innerlijke waarden van ons volk en moge zij blijk geven van waardigheid, verfijning en levensstijl. Alleen de heer Heidbuchel, een man met een veertigjarige schoolervaring, is minder optimistisch, vooral ten aanzien van het onderwijs in het Nederlands op de Vlaamse scholen, welke ook.


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken