Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Neerlandia. Jaargang 70 (1966)

Informatie terzijde

Titelpagina van Neerlandia. Jaargang 70
Afbeelding van Neerlandia. Jaargang 70Toon afbeelding van titelpagina van Neerlandia. Jaargang 70

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave



Genre

non-fictie

Subgenre

tijdschrift / jaarboek


In samenwerking met:

(opent in nieuw venster)

© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Neerlandia. Jaargang 70

(1966)– [tijdschrift] Neerlandia–rechtenstatus Auteursrechtelijk beschermd

Vorige Volgende
[pagina 65]
[p. 65]

Spiegel Vlaamse beweging
De nieuwe Belgische regering en het Vlaamse vraagstuk

Op 25 maart 1966 kreeg de nieuwe Belgische regering het vertrouwen van de Kamermeerderheid (C.V.P. en P.V.V.) tegen de oppositie (Socialisten - Volksunie en Communisten). De nieuwe premier Vanden Boeynants, tot vóór zijn premierschap partijvoorzitter van de Christelijke Volkspartij, stelde een ploeg samen bestaande uit 14 C.V.P.'ers en 9 P.V.V.'ers. Alhoewel de C.V.P. als grootste partij logischer wijze het grootste aantal ministers kreeg, kwamen de belangrijkste ministeries in handen van de Liberalen, nl. de volledige economische en financiële sektor, het onderwijs en de binnenlandse zaken. Hiertegen werden in de pers reeds heel wat bezwaren geopperd, die de levensduur van de regering thans reeds problematisch maken.

Bezwaren

Nu de P.V.V. het voor het zeggen heeft op het terrein van de zo nodige economische en financiële gezondmaking van België, vrezen de Socialisten en de Christen democratische vleugel van de C.V.P., dat deze gezondmaking een sociale pauze of zelfs een sociale achteruitgang voor de bevolking zal betekenen.

 

Alhoewel de B.S.P.-partijvoorzitter Collard reeds verklaarde, dat de Socialisten niet op straat zouden komen, kent men het syndikalistisch verleden van de B.S.P. voldoende om te weten dat de B.S.P. tóch op straat zal komen wanneer zij hierin elektoraal voordeel ziet.

 

Dat de onderwijssektor volledig in handen is van de Liberalen, wordt in twee kampen betreurd. Vroeger was het steeds zo, dat de minister van Nationale Opvoeding een Socialist (of Liberaal) was, echter steeds terzijde gestaan door een katholiek adjunkt-minister om de belangen van het Katholiek vrij onderwijs te behartigen. Thans zijn én de minister én zijn adjunkt liberaal. Het Katholiek onderwijs vreest dan ook het ergste. Maar ook de Socialisten kunnen zich moeilijk verzoenen met de liberale leiding in het onderwijs, voornamelijk wegens de aangekondigde bezuinigingen. De scholenbouw wordt stopgezet en de oprichting van nieuwe afdelingen wordt bemoeilijkt. Dit valt vooral in het nadeel uit van het officieel onderwijs. Reeds nu hoorde men socialistische stemmen dat men wèl mag bezuinigen, maar niet ten nadele van de jeugd.

 

Ten slotte de Binnenlandse Zaken. Ook hier staat een liberaal minister, die ondermeer de toepassing van de taalwetten onder zijn bevoegdheid krijgt.

 

De nieuwe regering kondigde een taalbestand af van twee jaren, gedurende dewelke niets mag veranderd worden aan de bestaande taalwetten. Walen en Brusselaars willen deze taalwetten echter wèl veranderen. Zij eisen de Voerstreek terug bij Luik en de verdere uitbreiding van de francofone Brusselse olievlek. Walen en Brusselaars (de fransdolle Brusselse Liberalen incluis) zijn bijaldien niet tevreden dat een taalbestand werd afgekondigd en dat een Vlaams Liberaal aan het hoofd staat van Binnenlandse Zaken.

 

Maar ook de Vlamingen zijn niet gerust, omdat zij vrezen dat zelfs een Vlaams Liberaal minister hier niet zal kunnen optornen tegen de francofone Brusselse druk in zijn partij.

Betrouwbaar op Vlaams gebied?

Verdeeld in taalgroepen bestaat de nieuwe regering uit 12 Nederlandstalige en 11 Franstalige ministers. Dit wordt in sommige Vlaamse dagbladen reeds als een overwinning bestempeld voor het Vlaamse landsgedeelte, maar feitelijk is het de logische demokratische weergave van het demografisch Vlaams overwicht in België. Daarenboven wordt deze zogenaamde Vlaamse overwinning door enkele feiten erg bedenkelijk. Het kernkabinet, bestaande uit 7 top-ministers, telt vier Franstaligen en drie Nederlandstaligen.

 

De P.V.V., die haar succes en dynamisme vooral aan de Brusselaar te danken heeft, is op Vlaams gebied steeds onbetrouwbaar gebleken. Zal dit veranderen wanneer de P.V.V. thans in de regering zetelt? Tijdens het investituur-debat lieten de Brusselse Liberalen reeds klaar en duidelijk horen, dat ze niet tevreden zijn met de bestaande taalwetgeving. Het moge voor Vlaanderen dan nog een troost zijn, dat vier liberale ministers lid zijn van het Liberaal Vlaams Verbond, toch is het een feit dat deze ministers tijdens het laatste congres te Luik niet konden beletten, dat daar een Vlaams-vijandig taalvergelijk werd goedgekeurd.

 

P.V.V.-partijvoorzitter Vanaudenhove kondigde trouwens aan, dat zijn partij het taalvergelijk van Luik zou blijven verdedigen. Hij eiste eveneens dat de regering de strijd zou aanbinden tegen de extremen. Deze extremen zullen wel weer eens de lastige Vlamingen zijn.

 

De nieuwe premier Vanden Boeynants noemt zichzelf een vurig voorstander van de alomtegenwoordige tweetaligheid en hij wil met zijn regering de kennis van de tweede taal bevorderen. De geschiedenis leert echter dat de tweetaligheid steeds in het nadeel van de Vlamingen uitvalt, aangezien de Franstaligen de kennis van de taal van de meerderheid van het land uiteindelijk steeds overbodig achten.

 

Vanden Boeynants verklaarde tevens dat men, om moeilijkheden te vermijden, de bestaande taalwetten in stilte zou toepassen. Nu kan men zich echter afvragen, waarom wetten, die op demokratische en wettelijke wijze tot stand zijn gekomen, slechts in het geniep mogen toegepast worden? En hoe kan men de toepassing van wetten controleren, wanneer alles in stilte moet gebeuren? Trouwens, als het te Brussel moet gebeuren, vreest men dat de taalwetten zoals voorheen in stilte zullen verkracht worden, ten nadele van de Nederlandstaligen.

 

In dezelfde lijn van de ‘politiek der stilte’ wordt de zo nodige grondwetsherziening, die de normale samenleving van Walen en Vlamingen in België moet mogelijk en gezond maken, op de lange baan geschoven.

 

Het is natuurlijk een wijze redenering van de nieuwe regering, wanneer zij op de eerste plaats de financiële gezondmaking van het land wil verwezenlijken, maar dit is geen voldoende reden om de verhoudingen tussen Vlamingen en Walen verder te laten uitzieken.

J.S.


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken