Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Neerlandia. Jaargang 70 (1966)

Informatie terzijde

Titelpagina van Neerlandia. Jaargang 70
Afbeelding van Neerlandia. Jaargang 70Toon afbeelding van titelpagina van Neerlandia. Jaargang 70

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave



Genre

non-fictie

Subgenre

tijdschrift / jaarboek


In samenwerking met:

(opent in nieuw venster)

© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Neerlandia. Jaargang 70

(1966)– [tijdschrift] Neerlandia–rechtenstatus Auteursrechtelijk beschermd

Vorige Volgende

Uit de tijdschriften

Ambassadeur, 3de jaargang, 15 september 1966, nr. 7.

Dit septembernummer wijdt ruime aandacht aan het eerste congres van de Belgen in Canada, gehouden in Ottawa en bijgewoond door deelnemers uit Brits Columbia en Manitoba, waarvoor afstanden moesten worden afgelegd van meer dan 5000 km.

Er zal een secretariaat van ‘België in de Wereld’ in Canada worden gevestigd, bijgestaan door 4 regionale secretariaten voor Quebec, Ontario, Manitoba en een voor Britisch Columbia en Alberta.

Dit secretariaat zal worden geadviseerd door een Hoge Raad, samengesteld uit afgevaardigden van de Belgische Clubs en Nederzettingen in Canada.

Voorts troffen we een bijdrage aan van pater A. Verthé, lid van ons hoofdbestuur, over de bijstand, die 337 Vlaamse studenten hebben geboden aan de vele tabaksondernemingen in Zuid-Ontario, die hoofdzakelijk in handen zijn van landgenoten, afkomstig uit West- en Oost-Vlaanderen.

De Autotoerist, Orgaan van de Vlaamse Automobilistenbond vzw, 19de jaargang, nr. 22, 3 november 1966.

Bevat een twintigtal aan Zuid-Afrika gewijde bladzijden met een woord vooraf van de staatspresident C.R. Swart en van de ambassadeur van Zuid-Afrika in Brussel, de heer F.S. Steyn.

Dit met vele foto's verluchte ‘Zuid-Afrikanummer’ bevat bijdragen van Wout Wellinck, die Zuid-Afrika als toeristenland beschrijft, van Fons Robberechts, die adviseert om er zelf maar eens te gaan kijken, waarna hij het rassenvraagstuk aan de orde stelt.

Valeer van Kerkhove geeft zijn visie op het ‘Wonder van Afrikaans’. Laude Coppens behandelt ‘Het muziekleven in Zuid-Afrika’, waarop volgt een artikel van Antoon G. Samoy, getiteld: ‘Zuid-Afrika economisch bekeken’ en tot slot een bijdrage over ‘de Zuidafrikaanse gastronomie’, door de heer Bernard Henry, waarbij de beroemde Zuidafrikaanse wijnen niet worden overgeslagen.

Feiten en Meningen, jaargang 1966, nr. 1.

De redactie van ‘Feiten en Meningen’ heeft de goede gedachte gehad een bijzonder Leuvennummer uit te geven, waarin opgenomen de volledige documentatie over de problematiek van de Leuvense universiteit en wel over de periode 1962 tot en met 1964 in het kort en dan uitvoeriger over de periode 1965 tot en met 30 juni 1966.

Zij, die de ontwikkeling in Leuven op de voet volgen - en hoeveel duizenden zijn er dat niet - zullen deze uitgave met grote vreugde begroeten en deze documentatie als een opslagwerk bij de hand willen hebben en houden.

 

‘Feiten en meningen’, een periodiek, uitgegeven door de Kultuurraad voor Vlaanderen te Antwerpen, beoogt het geven van een objectieve en eerlijke voorlichting van het Vlaamse gemeenschapsleven. Met deze documentatie heeft de Kultuurraad op 1 januari 1965 het werk overgenomen van de ‘Werkgemeenschap voor vorming en dokumentatie’ v.z.w., die door middel van haar tijdschrift ‘Dokumentatieblad’, dat na 1964 door omstandigheden niet meer kon verschijnen, deze voorlichting gedurende zes jaren verrichtte.

Bulletin 13 van de Stigting Simon van der Stel, oktober 1966.

Dit bulletin bevat o.a. een artikel van dr. W.H.J. Punt - die deze zomer in ons land een cursus van Heemschut volgde - over relieken van de Oost- en West Indische Compagniën, in het bijzonder met betrekking tot de gevelarchitectuur in de door die Compagniën eertijds bezette gebieden.

Dr. Jan Ploeger geeft een bijdrage gewijd aan de Kaap-Hollandse bouwstijl en de Nederlands-Vlaamse bouwstijlen, die nu nog worden gevonden in Nederland, België, West-Duitsland, Oost-Engeland, in Danzig, Denemarken, Ceylon en in Ghana. Dr. Ploeger gaf dit overzicht naar aanleiding van een fototentoonstelling in Pretoria.

Een derde artikel over Oude Kaapse bouwkunst is van de hand van de heer J.D.P. van der Merwe, waarin hij memoreert een onlangs verschenen studie van dr. J. van der Meulen, een jonge Zuidafrikaanse architect, over ‘Die Europäische Grundlage der Kolonialarchitectur am Kap der Guten Hoffnung’.

Het Pennoen, oktober 1966.

Jozef Deleu, de Neerlandia-lezers van nabij bekend, houdt in ‘het Pennoen’ een pleidooi voor de actie voor Frans-Vlaanderen. Hij meent, dat die actie, wat het resultaat ook wezen moge, noodzakelijk is omdat in de eerste plaats talloze Frans-Vlamingen, hoewel overtuigde Fransen, door hun contact met Nederlandstaligen uit Noord en Zuid, verdedigers zijn geworden van onze cultuur en onze culturele belangen in een land als Frankrijk, dat ons vanouds niet bepaald verwend heeft met blijken van waardering en belangstelling.

In de tweede plaats betekent een actie voor Frans-Vlaanderen de verdediging van de zwakste punten in een taalfront en dàt is van levensbelang. Want een futloze

[pagina 200]
[p. 200]

cultuur haalt de schouders op voor de periferie die bedreigd is, precies, omdat ze zelfvoldaan is.

En zelfvoldaanheid is het grootste gevaar wat ons op het gebied van de strijd voor een eigen taal en cultuur bedreigen kan.

Voorts treffen we aan een gesprek met volksvertegenwoordiger Verroken, een man wiens naam de laatste maanden ook op aller lippen is in Vlaanderen en tenslotte een uitstekend artikel over de ‘toekomstige universiteitsstad Maastricht’ waarover ‘Neerlandia’ zich al enige malen ook heeft uitgelaten.

Notre Flandre (Zuid-Vlaams Heem) driemaandelijks tijdschrift, 14e jaargang, 1966, nr. 2.

Lic. H. Aelvoet publiceert een overzicht van de nieuwste feiten betrekking hebbende op de Germaans-Romaanse taalgrens en de taalverhoudingen in de Zuidelijke Nederlanden door de eeuwen heen, zoals deze zijn te vinden in de jongste publicaties van J.M. Gantois en in nog onuitgegeven nota's, die Gantois aan de heer Aelvoet bereidwillig ter beschikking heeft gesteld.

Met deze studie is de heer Gantois reeds bezig sedert 25 jaar geleden het bekende werk ‘Nederland in Frankrijk’ van H. van Bijleveld is verschenen.

Bijleveld gaf in zijn studie beschouwingen over raskenmerken, volkspsyche, toponymie (plaatsnaamkunde), familienamen, folklore, maar ook rechtstreekse getuigenissen over het gebruik van het Frankisch en van het Diets op een bepaalde plaats in een bepaalde tijd.

Wij achten de aanvullende publicatie van de heer Aelvoet van groot belang als toevoeging aan het speurderswerk van Van Bijleveld, dat niet te hoog kan worden geschat voor het verduidelijken van het totale beeld van de omvang en de grens van ons taalgebied.

‘Notre Flandre - Zuidvlaams Heem’ wordt uitgegeven door de vereniging ‘De Vlaamse Vrienden in Frankrijk’, waarvan voorzitter is: dr. med. Jan Klaas, te Sint-Omaars, en waarvan de ondervoorzitters zijn A. Bourgeois en M. Galloy. - Sedert kort met de medewerking van de Vereeniging ‘ZANNEKIN’, in 1938 gesticht door sedert wijlen mr. W.J.L. van Es, in leven eens bestuurslid van de Groep Nederland van het Algemeen Nederlandsch Verbond, destijds wonende te Wassenaar.

Ere-voorzitster van ‘Zannekin’ is mevrouw dr. Elisabeth Botha, van de universiteiten van Johannesburg en Pretoria. Het voltallige bestuur van ‘Zannekin’ is thans als volgt samengesteld:

Voorzitter: dr. mr. H.P. Schaap, Zieriksee; ondervoorzitters: dr. med. Luc Carton, Oostvleteren, en dr. iur. Albert Deckmyn, Rumbeke; secretaris is: dr. mr. Edmond Camerlynck, Ieper, en penningmeester dr. med. J. Rutten, Brasschaat bij Antwerpen.


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken