Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Neerlandia. Jaargang 72 (1968)

Informatie terzijde

Titelpagina van Neerlandia. Jaargang 72
Afbeelding van Neerlandia. Jaargang 72Toon afbeelding van titelpagina van Neerlandia. Jaargang 72

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave



Genre

non-fictie

Subgenre

tijdschrift / jaarboek


In samenwerking met:

(opent in nieuw venster)

© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Neerlandia. Jaargang 72

(1968)– [tijdschrift] Neerlandia–rechtenstatus Auteursrechtelijk beschermd

Vorige Volgende
[pagina 18]
[p. 18]

Lezers schrijven ons

De Noordatlantische Verdragsorganisatie en het gebruik van het Nederlands

Aansluitende bij het opstel van Johan van Brenthen, verschenen in Neerlandia van september j.l., acht ik het nuttig de aandacht te vestigen op het belang voor de Nederlandssprekenden van een degelijke regeling van het taalgebruik tussen de taalgemeenschappen en de internationale organismen.

 

Het gevaar is niet denkbeeldig dat, bij de voortschrijdende uitzwerming van internationale organismen, de gaafheid van en de goede verstandhouding in de taalgemeenschappen worden verstoord.

 

Voor Nederland en Vlaanderen is dat gevaar zelfs ernstig toegenomen sedert belangrijke NAVO-organismen met zeer talrijke internationale personeelsbezetting Frankrijk en de Verenigde Staten hebben verlaten om zich in Nederland (AFCENT) en in België (SHAPE, NAVO-raad) te vestigen.

 

Zo lang die belangrijke organismen in Frankrijk of de USA waren gevestigd, bestond er geen ernstig gevaar. De kontakten tussen die organismen en de Belgische of Nederlandse partikulieren of openbare rechtspersonen waren beperkt; ze hadden geen merkbare weerslag op het nationale administratieve leven.

 

Men had zich trouwens - in de Belgische openbare besturen althans - zo goed als mogelijk neergelegd bij de bewering dat het Engels en het Frans als officiële gebruikstalen golden.

 

De Duitse Bondsrepubliek echter, die bij haar toetreding tot de NAVO reeds bezaaid was met vreemde legers en hoofdkwartieren, legde zich bij het uitsluitend gebruik van het Engels en het Frans niet neer. Bij het afsluiten van een aanvullend akkoord, waarbij het statuut van de op haar grondgebied

[pagina 19]
[p. 19]

gevestigde NAVO-eenheden werd vastgelegd, heeft de DBR het Duits als gebruikstaal voor haar betrekkingen met deze eenheden doen erkennen.

 

Aangezien enerzijds Nederland, bij de ondertekening van dat aanvullend akkoord, feitelijk geen militaire eenheden gelegerd had in de DBR en aangezien anderzijds in het Belgische leger de Franstaligen toen de plak zwaaider, (ofschoon 70% van de dienstplichtigen Vlamingen waren) werd van al de talen, door de op het Duitse grondgebied gevestigde legers gebruikt, alleen het Nederlands uitgesloten.

 

Wanneer heden op die onlogische afwijking gewezen wordt (o.a. in parlementaire vragen), dan wordt geantwoord dat van het bewuste aanvullende akkoord wel een Duitse maar geen Nederlandse authentieke tekst bestaat en dat het akkoord enkel zijn toepassingsveld vindt in Duitsland. Er wordt dus toegegeven dat, bij de ondertekening, door niemand werd aangedrongen om ook een authentieke tekst in het Nederlands te doen aanvaarden.

 

Uit alle antwoorden kan echter worden afgeleid dat, zoals het Duits, ook het Nederlands als gebruikstaal kon erkend worden voor akkoorden, die het Nederlands taalgebied als toepassingsveld hebben en waarvan een authentieke tekst in het Nederlands wordt goedgekeurd.

 

Voor wat België betreft, blijkt trouwens uit een antwoord van het Ministerie van Buitenlandse Zaken op een vraag van V.U.-senator dr. H. Ballet dat voor het akkoord tussen SHAPE en Beigië een authentieke Nederlandse tekst zal worden goedgekeurd. Bijgevolg zal het Nederlands gebruikstaal zijn, naast het Frans en het Engels, voor betrekkingen tussen SHAPE en België.

 

Waarschijnlijk zal deze regel ook gelden, als later het akkoord tussen België en de pas naar België verhuisde NAVO-raad wordt goedgekeurd, terwijl ongetwijfeld tussen Nederland en AFCENT een even gunstige regeling zal worden getroffen.

 

Indien de Belgische en de Nederlandse politieke gezagsdragers steeds in die richting doorwerken, dan hoeft de vestiging van internationale organismen op ons grondgebied ons niet te verontrusten.

 

Ik meen echter wel dat het nuttig is dat het Algemeen Nederlands Verbond dergelijke zaken van zeer nabij volgt, al was het maar om tijdig onze gezagdragers op te wekken tot een passende waakzaamheid. Want, indien zij niet waakzaam zijn, komen de toekomstkansen van de Nederlandstaligen ernstig in het gedrang.

J. Tersof

Staat Oranje de toenadering tussen Vlaanderen en Nederland in de weg?

Volgens het novembernummer van Neerlandia (blz. 173) heeft de heer C. Boertien, lid van de Tweede Kamer der Staten-Generaal, verklaard dat drie obstakels de weg van Nederland naar Vlaanderen versperden, t.w. de drie O's: onverschilligheid, onbereikbaarheid, onbekendheid. Dat is echter, met een variant op de titel van een roman van Conscience, een O te weinig, en welk een O? Geen kleinere dan de O van Oranje.

't Gaat dit keer niet om Oranje van Soestdijk, Drakensteyn, Madrid of Het Loo, maar om een in de buurt van Antwerpen gevestigde uitgeverij, die alleen

[pagina 20]
[p. 20]

maar haar naam gemeen heeft met een bekende omroep uit Londen tijdens de tweede wereldoorlog.

 

De uitgeverij Oranje nu heeft het nodig geacht om tal van Nederlanders (alle leden van de Maatschappij van Letterkunde te Leiden?) met een foldertje te verblijden, waarin ze worden aangezet zich allerlei ‘prinselijke oranjegeschenken’ aan te schaffen. Zo beveelt de heer Libero lannantuoni uit Mede (Mi.) een trilogie in de volgende, gloedvolle Italiaanse bewoordingen aan: ‘la storia della mia Patria, che dopo lo splendore dei Cesari, solo con Mussolini si rivide de grandezza di Roma, il rispetto quindi, di tutto il mondo, la concordia Nazionale, la pace religiosa, e la prosperità del Popolo’. Oranje adverteert meer titels van boeken die door de Nederlander niet begrepen zullen worden, ‘omdat men de achtergrond niet kent’, zou de heer Boertien zeggen.

 

Neen, deze Oranjefolder zal bepaald niet bijdragen tot een beter begrip van Nederland voor de Vlaamse strijd. Goede bedoelingen kunnen soms onbedoelde kwade gevolgen hebben.

 

F.v.R.

Nederlands in de Nederlands-Duitse grensstreek

De Duitse autoriteiten zijn begonnen, langs de grens te Aken-Vaals een ‘IJzeren Gordijn’ te bouwen. Volgens de Nederlandse krant TROUW wordt hier dus de EEG-klok tientallen jaren teruggezet. We mogen in dit verband even in het geheugen terugroepen dat er in dit grensgewest nog niet zo lang geleden een mens door Duitse douaniers van de bromfiets geschoten werd, - wegens een paar gram koffie... Niemand praat over zulke schoten, tenzij ze aan het IJzeren Gordijn worden gelost.

 

Een tweede, voor Nederlandstaligen geenszins verheugende vaststelling te Aken-Vaals lijkt het ontbreken van Nederlandstalige opschriften. Wel ziet men er vlak bij de slagboom een groot tweetalig bord, voor Nederlanders en Duitsers, dat niet één enkel Nederlands woord bevat. Of de Duitsers niet weten, welke taal er in Nederlands Limburg gesproken wordt? Ook op de autosnelweg bij Aken-Brandt (Busch) weer geen Nederlands, de taal van zowat 60% van de Belgische bevolking. De Belgische grensautoriteiten hebben er praktisch een uiterlijk volledige eentaligheid in het Frans toegepast, zelfs tot in de ‘toilettes’ en de ‘Autobahn-opschriften’ in het officieel Duitstalige grensgewest van België.

 

De Duitse ambtenaren spreken er de mensen uit Nederland en België haast nooit in het Nederlands aan, ook niet in de treinen, waar zij al op buitenlands grondgebied instappen. Ze zijn ook niet vergezeld van tolken. Indien de Nederlandstaligen op het gebruik van hun taal stonden - er kan soms bij de douane veel van afhangen - zouden zulke ambtenaren hun onbekwaamheid voor de dienst, die hen in aanraking brengt met buitenlanders, moeten toegeven. Zulk een niet-honorering van de Nederlandse tegemoetkoming op het gebied van de taalkennis en zulk een gemis aan respect voor de taal van de buren, moet gelaakt worden. Het is hoog tijd dat deze toestand verandert - onder ‘vrienden’.

 

Bad Godesberg.

J. Kempen.


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken