Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Neerlandia. Jaargang 76 (1972)

Informatie terzijde

Titelpagina van Neerlandia. Jaargang 76
Afbeelding van Neerlandia. Jaargang 76Toon afbeelding van titelpagina van Neerlandia. Jaargang 76

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (7.92 MB)

Scans (148.58 MB)

XML (0.90 MB)

tekstbestand






Genre

non-fictie

Subgenre

tijdschrift / jaarboek


In samenwerking met:

(opent in nieuw venster)

© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Neerlandia. Jaargang 76

(1972)– [tijdschrift] Neerlandia–rechtenstatus Auteursrechtelijk beschermd

Vorige Volgende
[pagina 113]
[p. 113]

Uit de vier windstreken

Australië

Belangstelling voor nederlands

Dr. Wouters, de man die in Australië dag en nacht in de weer is voor de behartiging van de Nederlandse taal, heeft herhaalde malen op de Nederlandse Verenigingen druk uitgeoefend om lessen in de Nederlandse taal te organiseren. De belangstelling bleek niet groot en het ijveren om de interesse aan te kweken voor dr. Wouters moeizaam. De redactie van ‘De Stuw’, het orgaan van de Nederlands Australische Vereniging in Illawarra (Wollongong) schrijft ons dat men ter plaatse met lessen is begonnen. Men ging van de veronderstelling uit, dat op een tiental belangstellenden mocht worden gerekend. Achteraf zijn er 33 gegadigden op de eerste les komen opdagen.

In de kringen van de besturen van andere Nederlandse verenigingen blijkt, aldus de redactie van ‘De Stuw,’ dat men ook daar binnenkort weer lessen gaat geven. Tot nog toe was er een periode van stilstand. Dr. Wouters is voor zijn onvermoeid doorzetten te prijzen!

Zuid-Afrika

Bulletin van de stigting Simon van der Stel

Directeur van dit maandblad uit Zuid-Afrika is dr. W.H.J. Punt, die tijdens bezoeken aan Nederland nooit naliet een bezoek te brengen aan het A.N.V.-kantoor in den Haag. Hoofdredacteur is dr. Jan Ploeger, met wie het secretariaat in de Surinamestraat een geregelde briefwisseling onderhield.

De ‘Stigting Simon van der Stel’ zou men kunnen vergelijken met Monumentenzorg of met de Stichting Hendrik de Keyzer, een lichaam dus, dat zich het lot van de honderden monumenten in Zuid-Afrika aantrekt en steeds streeft naar restauratie van die monumenten, die dreigen in verval te geraken.

De Stigting is genoemd naar Simon van der Stel, die leefde van 1639-1712 en gouverneur der Kaapkolonie was in de jaren 1679-1699. Hij stichtte ook de stad Stellenbosch, waar thans op een enorme universiteit honderden studenten staan ingeschreven.



illustratie

Het maandblad houdt zich dus vooral bezig met alles wat verband houdt met de Zuidafrikaanse architectuur, maar ook met monumenten buiten Zuid-Afrika, zoals straks blijken zal.

Elk nummer is met foto's, kaarten en tekeningen rijk geïllustreerd, waardoor de lezer een goede indruk krijgt van de objecten, waarmee de Stigting bezig is, of van plan is haar aandacht te gaan schenken. Het spreekt vanzelf, dat het maandblad alle mogelijke gegevens, bv. over de historische betekenis, de stijl, de bouwer en de personen, die er gewoond hebben, verstrekt. We doen een greep uit de stroom van bijdragen in dit nummer. Artikelen, die zich tot de Kaapprovincie beperken zijn o.a. van de hand van Hans Fransen, die een in het engels geschreven artikel leverde over ‘The square Plan in Cape-Architecture,’ waarin hij, aan de hand van de bouwvorm, een indeling geeft in I.-T.-H.-U.-L.- en TT-gebouwen en met tekeningen verduidelijkt, waarover hij het heeft en ook aangeeft waar men dat soort huizen kan vinden.

Prof. dr. D. Bax beschrijft ‘'n Woonvertrek van 'n Kaapse boer uit het begin van de 19 de eeuw.’ Dr. Jan Ploeger stelt ons ‘Die eerste Vrijburgers’ voor. Voor deze Vrijburgers is een gedenkplaat opgericht op een van de plaatsen, waar in 1657 en 1658 de eerste ‘grondbrieven’ aan een aantal Vrijburgers werden uitgereikt. De Vrijburgergedenkdag valt op 24 mei en werd in 1971 gehouden op het historische landgoed ‘Coornhoop’.

We nemen kennis van een verslag over een tentoonstelling van olie- en waterverfschilderijen, betrekking hebbende op oude gebouwen en straten in de Kaapprovincie. Voorts een relaas over ‘Die Kasteel De Goede Hoop,’ het belangrijkste militairhistorische monument waarover de Kaapprovincie beschikt.

Diverse monumenten worden opgesomd, die aan restauratie toe zijn, waarbij bijzondere belangstelling wordt gevraagd voor het huis waarin president Paul Kruger te Boekenhoutfontein heeft gewoond.

Buiten de Kaap werd aandacht gegeven aan het Jan van Riebeeckhuis te Culemborg, het huis ‘de Fonteyn’. Daarbij wordt opgemerkt dat, blijkens de jongste navorsingen van de Utrechtse archivaris mr. P.J. W. Beltjes dat huis wel degelijk het geboortehuis van Van Riebeeck was en niet het woonhuis van een familielid, bij wie hij wel eens enige tijd verbleef.

We vinden gegevens over de restauratie van Fort Zeelandia in Paramaribo, de restauratie van de Keulse Dom, het Nederlands paleisje Het Loo, dat tot het Oranje-museum zal worden omgebouwd, het oud Nederlands kasteel te Elmina in Ghana, daterend uit 1869 (zie het titelblad) en de laatste Friese burcht, ‘Die Schierstins’ in Veenwouden.

Ook richt het maandblad zijn blik op Vlaanderen en schenkt aandacht aan een brochure van Andries van den Abeele, gemeenteraadslid van Brugge, die spijtig opmerkt, dat vele van de Vlaamse historische steden door vandalen worden geregeerd: Gent, Antwerpen, Brussel, Mechelen, en uit elkaar zijn gerafeld. Gelukkig gaat er een andere wind waaien en hameren talrijke heemkundige en historische kringen, culturele verenigingen en organisaties op dezelfde nagel.

Het abonnementsgeld voor het Bulletin bedraagt drie Rand. De afmetingen zijn 18 bij 24.

Het titelblad van dit nummer biedt ons een gezicht op kasteel Elmina in Ghana, gezien van de heuvel Sint Jago. Ghana was eertijds een Nederlandse kolonie.

Duitse Bondsrepubliek

Een der oudste tijdschriften, die op onze leestafel geregeld terechtkomen, is ‘De Post van Holland’, het maandblad van de op 6 augustus 1921 opgerichte Nederlandse

[pagina 114]
[p. 114]

Bond in Duitsland, een politiek en godsdienstig neutraal periodiek. In hoofdzaak in W.-Duitsland bestaan een vijftigtal Nederlandse verenigingen, die in die Bond hun overkoepeling vinden.

In de loop van deze eeuw zijn honderden Nederlandse gezinnen naar Duitsland verhuisd, waar toen betere arbeidsmogelijkheden bestonden in een tijd, dat Nederland zuchtte onder werkloosheid of leed onder schaarste van werkmogelijkheden.

In de grootindustrie konden de Nederlanders, verspreid over vele steden, een nieuw bestaan vinden. Zij zijn misschien geëmigreerd met de gedachte naar het vaderland terug te keren, maar de meesten zijn gebleven, behielden hun Nederlandse nationaliteit, wat wel eens moeilijkheden gaf, o.a. in de oorlogsjaren.

Het verlangen om contact met de landgenoten te bevorderen en eventueel samen naar oplossing van opduikende moeilijkheden te zoeken heeft geleid tot het in het leven roepen van verenigingen, die met alle mogelijke middelen de landgenoten bijeenhielden. Dank zij de alle verenigingen overkoepelende Bond kon een maandblad worden uitgegeven, waardoor eenieder op de hoogte werd gehouden over hetgeen in eigen kringen, maar vooral ook in het moederland gaande is.

We mogen met stelligheid opmerken, dat de ‘Post van Holland’ een der beste periodieken is onder de in het Nederlands (gedeeltelijk Duitse tekst) in het buitenland uitgegeven tijdschriften, waarin we het doen en laten van landgenoten in den vreemde kunnen beluisteren.

Teneinde een juist beeld te schetsen van dit goed verzorgde maandblad hebben we de nummers november en december 1971 en januari '72 voor ons genomen.

Elk nummer toont op de omslag een fraaie foto. In de opgenoemde nummers: het IJ in Amsterdam, een foto genomen op het moment dat Nederlands koningin haar handtekening plaatste in het gouden boek van de stad Hamburg en dan zeer van pas in het januari-nummer een beeld van een Nederlandse winter met het bekende ijsvermaak, schaatsenrijden en ijszeilen.

Op de binnenzijde van het titelblad worden gewoonlijk verenigingsgegevens opgenomen, mededelingen van de Bondssecretaris, oproepen voor bijeenkomsten en congressen.

In het novembernummer ('71) spreekt de redactie haar voldoening uit over het dat jaar gehouden congres in Dortmund, met de ondertitel ‘een gouden toekomst’. Dat

illustratie

congres werd nl. gehouden ter viering van het vijftigjarig bestaan van de Bond, waarover onze redacteur, de heer K.A. Mayer te Rotterdam, medeoprichter van de Bond en correspondent van de ‘Post van Holland’ in het september-oktobernummer van ‘Neerlandia’ (blz. 163) een ooggetuigeverslag uitbracht. Het eigen verslag, opgemaakt door de Bondssecretaris met een foto van de heer Mayer, die zo juist de dank heeft aanvaard van de Bondsvoorzitter na de toespraak van de heer Mayer, volgt in extenso. Er volgt dan een verslag van de sociale commissie over het boekjaar 1970-1971, een lijst van binnengekomen contributies van de verenigingen en een mededeling over het adres, gericht tot de minister van onderwijs van Nedersaksen, uitgegaan van het A.N.V., de Internationale Vereniging voor Nederlandistiek en de Kultuurraad voor Vlaanderen, met een pleidooi voor invoering van de Nederlandse taal en cultuurgeschiedenis op scholen en pedagogische akademies in de grensgebieden.

In elk nummer wordt Sportnieuws uit Nederland overgenomen. Er wordt steeds een bladzijde voor de jeugd ingeruimd, in het januarinummer van het St. Nikolaasfeest met alles wat daarbij behoort en altijd nieuws uit de verenigingen, waar wel altijd een lid is, dat een bijzondere huldiging in ontvangst heeft te nemen, of waar bijzondere manifestaties plaats vonden. Uit alles blijkt, dat men warm met elkaar meeleeft. Dat blijkt ook en vooral op de congressen, waar talloze landgenoten ook uit de verstgelegen oorden, naar toe tijgen, minder waarschijnlijk om naar redevoeringen te luisteren, dan wel oude vertrouwde gezichten te zien en weer eens genoeglijk bij te praten.

De agenda's van de in het maandblad opgenomen verenigingen houden de lezers op de hoogte van alle te verwachten activiteiten. Aan belangrijke personen, die voor de Bond zich hebben ingezet, wordt als de omstandigheden daartoe aanleiding geven (jubilea, een afscheid, overlijden) bijzondere aandacht geschonken.

Van de hand van de heer K.A. Mayer vindt men geregeld een vaste ‘Brief uit het vaderland’, waarin al wat voor onze landgenoten in Duitsland van betekenis wordt geacht, aan de orde wordt gesteld. Men kan zich voor zeker houden, dat deze brief gespeld wordt. De heer Mayer staat over de grens hoog genoteerd, dat mag men van ons aannemen.

Dat voor het staatsbezoek van koningin Juliana en prins Bernhard aan de Bondsrepubliek enkele bladzijden werden ingeruimd spreekt wel haast van zelf, als men weet welk een warme plaats ons koningshuis in de harten onzer landgenoten aan de overzijde van de Oostergrens heeft.

Enkele keren publiceert de ‘Post van Holland’ voor duitstalige lezers bijdragen in het Duits, vaak ontleend aan de grote Duitse dagbladen.

Eén belangrijke bijdrage mogen we niet ongenoemd laten en wel het artikel van de bekende Limburger drs. Jef Notermans, die over Hendrik van Veldeke zijn visie gaf; en dàt verstaat hij, als man, die een bijzondere en diepgaande studie van deze 12de eeuwse dichter heeft geaakt. In die studie geeft hij o.a. een samenvattend overzicht en typering van de 25 minneliederen van Veldeke.

In de redactie van het maandblad zitten: G. Looijen, bondssecretaris, wonende te Mülheim, J. Verkley uit Venlo (journalist), A. Wintjes uit Grefrath en A. Verhaegh te Nettetal. Correspondenten zijn: J.A. de Jonge te Nijmegen, K.A. Mayer uit Rotterdam, A. Meuwese uit Hilvarenbeek (A.N.V.-bestuurslid) en W. van Uden te Nijmegen. Het adres van de redactie is: 433 Mülheim (Ruhr) 3, Sabineweg 51. De abonnementsprijs bedraagt DM 10 per jaar, bij francotoezending. Losse nummers DM 1, of een gulden. Maten van het blad zijn 21 bij 30. Elk nummer is rijk geïllustreerd met goed fotomateriaal.


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken