Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Neerlandia. Jaargang 89 (1985)

Informatie terzijde

Titelpagina van Neerlandia. Jaargang 89
Afbeelding van Neerlandia. Jaargang 89Toon afbeelding van titelpagina van Neerlandia. Jaargang 89

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave



Genre

non-fictie

Subgenre

tijdschrift / jaarboek


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Neerlandia. Jaargang 89

(1985)– [tijdschrift] Neerlandia–rechtenstatus Auteursrechtelijk beschermd

Vorige Volgende
[pagina 235]
[p. 235]

Boeken en brieven

Onze Landsgrenzen, een historische en cartografische documentatie, dr. ir. J.B. Ch. Wekker, Vaco Uitgeversmaatschappij, Paramaribo 1984

Wat doet een bespreking van een Surinaamse studie in dit tijdschrift? Heel eenvoudig: tot 1975 was Suriname deel van het Koninkrijk der Nederlanden. Toen kreeg het zelfstandigheid, een daad waarover de geschiedenis onze natie nog dikwijls zal onderhouden, en met die zelfstandigheid de hele boedel met alle nog resterende troep waarover de overheden tot dan nog geen oplossing hadden kunnen vinden.

En dat was niet zo'n beetje. De huidige situatie in Suriname is voor een belangrijk deel te wijten aan Nederlandse nalatigheid. Het is nu eenmaal niet mogelijk een verwaarlozing van drie eeuwen in 35 jaar op te lossen, vooral als je de scheefgegroeide structuren intact laat en daar zelf bovenop aan het bouwen slaat. Voor degenen die belangstelling hebben voor die periode dat Nederland hand in eigen boezem stak, beveel ik graag mijn studie ‘Suriname, balans van een kwart eeuw opbouwwerk’ aan. Het werd in de reeks Schakels van het Kabinet voor Surinaamse en Nederlands-Antilliaanse Zaken uitgegeven aan de vooravond van de onafhankelijkheid en zal in bibliotheken nog wel te vinden zijn.

Een ander symptoom van onze ‘liefde’ voor dit land is het feit, dat de geschiedschrijving van Suriname na 1863 toen Wolbers de zijne het licht deed zien - een magistraal stuk werk - nooit meer ter hand genomen is, behalve dan op deelterreinen en ook niet in onmatige hoeveelheden.

Een ander argument het boek hier te bespreken ligt in het feit dat Suriname nog steeds Nederlandstalig is en de hele intellectuele bovenlaag Nederlands-geschoold.

Een Surinamer van de oude garde, de schrijver Albert Helman, heeft in een haast wanhopige poging belangstelling te wekken voor zijn Suriname, en dan nog gezien in het grotere verband van het hele Zuidamerikaanse Guyana, verdeeld als het is tussen niet minder dan vijf belanghebbende naties, een uitermate dik boek het licht doen zien onder de titel De foltering van Eldorado (Nijgh en Van Ditmar, Den Haag, 1983). Helaas werd het door het etaleren van een ontstellende hoeveelheid bijzaken die de draad van zijn betoog schaden, niet tot de vox populi die hij gehoopt had, maar eerder tot een vox clamantis in deserto.

Komen we nu toe aan de eigenlijke bespreking, want het kader is voldoende gegeven.

Nederland bezit een belangrijke cartografische traditie, die vooral wordt belichaamd in de Utrechtse universiteit. Ik stel U voor aan dr. ir. Justus Ben Christiaan Wekker, een Surinamer van Nederlandse afkomst die via MULO-opleiding - meer was er nog niet in zijn jeugd - en de opleiding tot landmeter, geleidelijk in zijn vak omhoog klom, zijn praktische vakuitoefening wetenschappelijk fundeerde, aanvankelijk met een studie aan de Technische Hogeschool te Delft, waar hij in 1979 het diploma geodetisch ingenieur behaalde, en kans zag tussen al zijn drukke werkzaamheden door in 1983 te promoveren aan de Rijksuniversiteit van Utrecht tot doctor in de Sociale Wetenschappen (Historische Cartografie).

Wekker is een kenner van Suriname als geen ander. Van het ogenblik dat zijn leven richting koos heeft hij het als landmeter bereisd. Ook de grensgebieden waar het nu over zal gaan.

‘Onze landsgrenzen’ geeft een streng beeld van de historie van de grenzen van Suriname. Tot het jaar 1863 kunnen we daarvoor terecht bij Wolbers, maar dan zwijgt iedere spreker stil. Op één na: Wekker. Hij heeft keer op keer naar de pen gegrepen om te schrijven over het gehakketak tussen de drie Guyana's die tot nog niet zo lang geleden deel uitmaakten van het koloniaal bezit van een Europese natie. Het ging om stukken gronds in het Oosten en in het Westen, die door de onherbergzaamheid van het gebied nimmer correct in kaart waren gebracht, maar waarvan de bezitters veronderstelden dat zij eens rijke bodemschatten zouden prijsgeven. En dat is natuurlijk nooit weg.

De samenvattende studie van Wekker, waarvan hij zelf het niveau heeft bepaald door in zijn inleiding te schrijven dat hij hoopt daarmee leraren en studenten bij het voortgezet-, middelbaar- en kweekschoolonderwijs te dienen, omvat de diverse aspecten van de grensproblematiek, zowel gezien vanuit de geschiedenis, de geografie èn het volkenrecht.

Het schema is erg strak aangehouden. Een eerste hoofdstuk wordt besteed aan de formulering van de principes, gevolgd door een beeld van de praktijk van grensbepaling. In de daarop volgende hoofdstukken schetst de auteur eeuw na eeuw het belangenspel der naties, de expedities naar de betwiste gebieden, de twisten en de arbitragepogingen. Wist U dat zelfs de Tsaar in 1891 als scheidsrechter in het z.g. Lawaconflict is opgetreden? De Lawa is een rivier in een van de betwiste gebieden, waarvan de loop de grens moest worden.

Wellicht herinneren sommigen zich nog het incident tussen Suriname en Guyana toen in 1967 Guyanezen Surinaamse hydrologen en arbeiders gewapenderhand verdreven.

Militair ingrijpen van Surinaamse kant verdreef de Guyanezen. Op het hoogste niveau deed men vriendelijk tegen elkaar en deze kwestie aan de Corantijn bleef tot heden onopgelost.

Deze en tal van andere interessante feiten, ondersteund door een groot aantal kaarten uit de betrokken periodes heeft Wekker hier bijeengebracht, op een ietwat droge manier, maar zo degelijk dat je er niet omheen kunt geboeid verder te lezen. De feiten zelf vormen de saus. Mocht het gebeuren dat een historicus zich eens gaat wagen aan de geschiedschrijving van Suriname na de emancipatie van 1863, dan heeft hij voor de afdeling grenszaken in dit werk een voortreffelijke leidraad.

Het was goed kennis te nemen van een stuk degelijkheid uit het land dat steeds verder afglijdt naar de chaos.

 

Freek van WEL

Posttarieven en taal

Voor Nederlanders overzee is het zeer belangrijk regelmatig lectuur in de Nederlandse taal onder ogen te krijgen. Tijdschriften worden uitgespeeld en aan anderen doorgegeven. Hetzelfde geldt voor kranten.

Een bekend Nederlander die al jaren in Amerika woont bezocht een familielid in het nabije oosten. Op zijn terugreis logeerde hij bij ons. Hij vertelde ons dat zijn familie regelmatig het culturele nieuws van een Nederlandse krant onder ogen krijgt. Wij lachten. Wij wisten precies langs welke kanalen deze kranten hen bereikten.

Helaas toont de P.T.T. voor dit werk geen begrip. Wanneer men 2 K.G. kranten en tijdschriften verzendt, betaalt men een aanzienlijk hoger tarief dan bij verzending van boeken, brochures, muziekstukken of landkaarten.

Natuurlijk heb ik bij de directie van de P.T.T. naar een en ander geïnformeerd. Ik kreeg een vriendelijk briefje terug. Met een zeer onbevredigend antwoord. Een en an-

[pagina 236]
[p. 236]

der zou samen hangen met besluiten van een congres van de Wereldpostunie te Rio de Janeiro 1979. Maar elders werd als argument genoemd dat Nederland zoveel tijdschriften en ander drukwerk exporteert en dat brenggt hoge kosten mee. Met dit laatste argument komt het eerste op losse schroeven te staan.

In alle delen van de wereld zitten Nederlanders. Wij hebben zelf vijf jaar in Suriname gewoond. Ik kan niet genoeg vertellen hoe blij we waren met een gewone nederlandse krant.

Maar dat geldt nog veel sterker voor emigranten die in een andere cultuur leven en die toch graag de banden met Nederland vasthouden.

Is het mogelijk en wenselijk dat het A.N.V. klem bij de P.T.T. aandringt op meer aandacht voor de culturele belangen van de Nederlanders overzee? Zijn landkaarten en muziekstukken werkelijk belangrijker dan tijdschriften en kranten?

 

Breda.

J.A. van der MEIDEN

Marnix van St.-Aldegonde

In Neerlandia 1985, nr. 4 (p. 196), schreven wij een recensie over Gert-Jan Buitinks heruitgave van ‘Het Boeck der Psalmen Davids’. Wij stelden daarin vast dat er naast de heruitgave van Buitink ook een herdruk komt op initiatief van Lenselink, en wij betreurden het ogenschijnlijke gebrek aan coördinatie.

G.J. Buitink wees ons echter met reden terecht en wij nemen ons voor in de toekomst geen enkele stofwikkel meeer ongelezen te laten...

(W.V.)

‘Wellicht is het U, net zoals de Heer H.H.J. van As, niet bekend dat Philips van Marnix, na de eerste uitgave in 1580 zijn berijming steeds heeft aangepast en dat de uitgave van 1617 een vrijwel compleet andere is dan de eerste.

Dr. Ad den Besten meende, toen ik hem vroeg een inleiding te schrijven, dat het wellicht rechtvaardiger was ten opzichte van Marnix om de laatste versie (deze van 1617 dus) opnieuw uit te geven.

Daar Dr. G. Lenselink dit reeds van plan was (overigens niet als fotografische heruitgave) was het duidelijk dat de Antwerpse uitgave zeer goed zou passen bij de herdenking van de ‘Val van Antwerpen’ en dat diegene die de laatste versie interesseert deze zelfs met de eerste kan vergelijken.

Om de juiste coördinatie aan te geven heb ik op de stofwikkel melding gemaakt van de uitgave van Dr. G. Lenselink. Dus geen gebrek aan coördinatie maar juist een zuivere en goed bedoelde afstemming’.

 

G.J. BUITINK

Europees Parlement

In Neerlandia 1985, nr. 3 publiceerden wij een artikel over het ‘Nederlands-Vlaams overleg in het Europese Parlement’ (p. 121-123).

Deze bijdrage werd aan alle Nederlandse en Vlaamse E.P.-leden toegestuurd, met een begeleidend briefje, waarin o.m. stond: ‘We hopen dat het stukje een stimulans kan zijn om Vlamingen en Nederlanders alvast in de wandelgangen van de E.P.-gebouwen eens van gedachten te doen wisselen over gemeenschappelijke Nederlands-Vlaamse aangelegenheden’.

De enige reactie die wij op dit schrijven kregen, komt van E.P.-lid Yvonne M.C.T. van Rooy, die ons schreef: ‘Hierbij wil ik u vriendelijk dankzeggen voor de toezending van het tijdschrift Neerlandia. Graag zal ik de oproep die u aan het einde van uw brief doet ter harte nemen’.

Waarvan acte.

Gids voor Vlaanderen

Aan de van andere zijde in Uw blad verschenen bespreking van deze gids zou ik, bij alle waardering, het volgende willen toevoegen.

Het opzoeken is verbeterd doordat de grotere en de kleinere plaatsen niet meer afzonderlijk in de rij staan, maar alles gemeentelijk is ingedeeld en in het register naar die ene plaats verwezen wordt.

De beschrijving van de rondwandelingen zijn misschien wel duidelijk voor een inboorling, maar vaak niet voor een vreemdeling, die de straatnamen nu eenmaal niet kent. Het had wel geholpen als de route op de plattegrond uitgestippeld was. Node wordt bij grotere kerken ook een plattegrond ervan gemist.

Ook de dikte van de gids (5 cm) is een bezwaar om hem op zak te steken en gemakkelijk te hanteren. Een langer model als la Michelin en een dunne slappe kaft had wel iets geholpen. De beste remedie was geweest hem provinciegewijs in twee delen uit te geven.

Wellicht kan hiermee bij een heruitgave van de gids voor Frans Vlaanderen en voor Wallonië/Luxemburg worden rekening gehouden. Laatst genoemde gids was in eerste uitgave ook veel te dik!

 

Stan SMEETS


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken

Over dit hoofdstuk/artikel

auteurs

  • Freek van Wel

  • Gert-Jan Buitink

  • Stan Smeets

  • over Philips van Marnix van Sint Aldegonde