Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Neerlandia. Jaargang 93 (1989)

Informatie terzijde

Titelpagina van Neerlandia. Jaargang 93
Afbeelding van Neerlandia. Jaargang 93Toon afbeelding van titelpagina van Neerlandia. Jaargang 93

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave



Genre

non-fictie

Subgenre

tijdschrift / jaarboek


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Neerlandia. Jaargang 93

(1989)– [tijdschrift] Neerlandia–rechtenstatus Auteursrechtelijk beschermd

Vorige Volgende

Media

Cursus Nederlands

Volksvertegenwoordiger J. Devolder (PVV), die zich in de Vlaamse Raad in het verleden al afvroeg waarom de BRT een beroep deed op Nederlandse correspondenten in het buitenland, kreeg blijkbaar opnieuw een anti-Nederlandse oprisping, wat hem tot de volgende parlementaire vraag inspireerde:

‘Van februari jongstleden af, heeft de BRT-Wereldomroep, RTBF-Henegouwen en Radio Nederland een 13-delige cursus Nederlands uitgezonden die vooral voor Franstaligen was bestemd. De cursus ‘Doet U mee? Le néerlandais à la portée de tous’ bereikt langs RTBF-Une alle Belgische franstaligen. De cursus bestond uit twee delen: een hoorspel en telkens daarop aansluitend een deel grammatica. Het hoorspel werd geschreven door de Nederlandse auteur Dick Walda.

Graag vernam ik van de Minister hoe en op welke basis de aanduiding van de auteur van het hoorspel geschiedde. Konden Belgische auteurs eveneens mededingen en, zo ja, welke schrijvers hebben een bijdrage ingestuurd?’

VTM en klasgenoten

Op 1 februari gaat de Vlaamse commerciële omroep VTM in de ether. Voor VTM zal Guido Depraetere o.a. een Vlaamse versie van het Nederlandse TV-programma ‘klasgenoten’ presenteren. Depraetere ging onlangs alvast op bezoek bij Koos Postema om eens te zien hoe het er daar aan toe gaat.

Vuurwerkcampagne

De vuurwerkcampagne ‘Verknal je toekomst niet’ is in Nederland opnieuw van start gegaan. De Stichting Ideële Reclame (Sire) en de Stichting Consument en Vei-

[pagina 27]
[p. 27]

ligheid hebben ook dit jaar voor deze campagne gekozen.

De TV-spots tonen niet alleen bekende Nederlanders maar ook de Vlaming Urbanus, verkleed als vuurwerk, waarschuwt voor de gevaren van het ondoordacht afsteken van vuurwerk.

Verdriet van België televisie-serie

Op een bijeenkomst van twaalf kleine Europese televisiestations, de zg. DAVlD-omroepen, heeft de NOS-televisie coproducers gezocht voor een televisieserie van tien afleveringen van 55 minuten, gebaseerd op het boek ‘Het Verdriet van België’ van Hugo Claus. Coproducent wordt alvast de Belg Jan van Raemdonck. De serie zou in 1992 worden uitgezonden.

De bijeenkomst in Luik was de eerste werkvergadering van de twaalf ‘kleine’ Europese omroepen, die vanuit hun kleinere cultuurgebieden, hun krachten willen bundelen te midden van het commerciële televisiegeweld van de grote landen, en die tevens via de televisie hun eigen culturele identiteit willen bevestigen. De niet toevallig gekozen naam DAVID, betekent dan ook ‘Development of the AudioVisual IDentity’.

VTM niet naar Nederland

De commerciële televisieomroep VTM is niet zinnens haar kabelgebied uit te breiden naar Nederland of naar Franstalig België, zo zegde de afgevaardigde bestuurder Carlo Gepts voor de Belgisch-Nederlandse Vereniging te Brussel. Gepts meende dat het hele opzet van VTM nu gericht is op een potentieel van vijf miljoen Vlamingen en dat zou voldoende zijn om een eigen markt te vormen.

Gepts twijfelde er overigens aan of een nieuw Vlaams televisiestation wel zou aanslaan bij de Noorderburen. Evenmin gaf hij in de nabije toekomst eventuele Nederlandse reclame-TV een kans in Vlaanderen.

Het enige programma dat met eigen mensen en middelen wordt geproduceerd is het journaal. Alle andere programma's worden uitbesteed aan twaalf gegadigde bedrijven.

Elsschot-coprodukties

In november 1988 zonden Hilversum 4 en BRT 3 het driedelige luisterspel Lijmen-Het Been naar Willem Elsschot uit. Deze Nederlands-Vlaamse coproduktie (TROS, KRO, NOS en BRT) werd gedeeltelijk betaald door de Nederlandse Taalunie. De radiobewerking van Elsschots roman werd geschreven door Walter van den Broeck. De acteurs waren allen Vlamingen (vooral leden van het BRT-Dramatisch Gezelschap), maar de regie was in handen van Trosdramaturge Marlies Cordia. Met de steun van de Taalunie worden nu ook een Multatuli-radioserie en een reeks van 4 uitzendingen over de geschiedenis van het Nederlands voorbereid.

God in Vlaanderen

Op maandag 14 november 1988 kwam eindelijk de produktie ‘God in Vlaanderen’ op de buis (Zowel bij BRT als KRO). Dit tweede deel van een BRT-KRO-tweeluik, waarvan het eerste deel (‘God in Nederland’) al vroeger werd uitgezonden, zou aanvankelijk op 18 januari 1988 op het scherm komen. Omdat zowel BRT als KRO bezwaren hadden tegen de manier waarop de documentaire door Ad Zonneveld was gemaakt, werd de uitzending uitgesteld. Om een zeker tegengewicht te bieden werd het programma nu gevolgd door een panelgesprek met prof. K. Dobbelaere (socioloog KUL), prof. dr. E. Henau (godsdienstsocioloog in Heerlen) en prof. dr. A. Hermans (pedagoge KUL). Gespreksleider was Ad Langebent. Zowel de documentaire zelf als het debat bleven ondermaats.

Nederland-katern in de Standaard

In De Standaard, Het Nieuwsblad en De Gentenaar van 14 december 1988 werd een speciale Nederland-bijlage opgenomen, waarin de Noorderbuur door een macroeconomische bril wordt bekeken. Op de eerste pagina komen thema's als internationale uitstraling, overheidstekort, werkloosheid en economisch beleid aan bod. Daarbij wordt o.m. vastgesteld: ‘De Nederlandse economie vertoont veel gelijkenis met de Belgische. Het is een kleine economie, die erg afhankelijk is van de buitenlandse handel, en sterk wordt beïnvloed door internationale ontwikkelingen. De dienstensector neemt 60,7 t.h. van de produktie van goederen en diensten voor zijn rekening (België: 64,2 t.h.) en de industrie is goed voor 35 t.h. (België: 33,4 t.h.). De landbouw werpt er nog een zeker gewicht in de schaal en levert een bijdrage van 4,3 t.h. in het bruto nationaal produkt. In België is dat maar 2,4 t.h. en in de EG gemiddeld 2,9 t.h. Een groot verschil tussen de twee landen is echter dat Nederland een hoge zelfvoorzieningsgraad voor energie heeft, vooral dank zij de grote aardgasreserves.’

Verder wordt aandacht besteed aan de beurzen van Amsterdam; komt minister van Buitenlandse Handel Yvonne van Rooy aan het woord; wordt ingegaan op 1992 en op de rol van de Kamer van Koophandel. Ook wordt de vraag gesteld of het fiscaal klimaat voor bedrijven in Nederland gunstiger is dan in België. De KMO's, het energiebeleid, de verbondenheid van Nederland met de zee komen uitvoerig aan bod.

De allereerste bedoeling van zo'n speciale katern is vanzelfsprekend het aantrekken van adverteerders. Of men met een tiental adverteerders van een succes kan spreken, is echter zeer de vraag.

Emmy Award voor coproduktie over Anne Frank

De jaarlijkse internationale Emmy Award voor de televisiedocumentaire is toegekend aan ‘De laatste zeven maanden’ (van Anne Frank), een produktie die door Willy Lindwer van AVA-Productions gemaakt werd in opdracht van de TROS en de BRT. ‘De laatste zeven maanden’ vormt een soort collectief ooggetuigenisverslag van de zes vrouwen die stuk voor stuk Anne Frank, haar ouders en haar zus hebben ontmoet en gekend na hun arrestatie en deportatie door de nazi's.

Europese filmprijs

Tijdens een rechtstreeks door verschillende televisiestations uitgezonden gala in het Berlijnse Theater des Westens werden eind november voor het eerst de Europese Filmprijzen uitgereikt. Een van de winnaars was de Nederlandse actrice Johanna ter Steeg, voor de beste vrouwelijke bijrol in George Sluizers film ‘Spoorloos’.

Villa des Roses

Het populaire boek ‘Villa des Roses’ van Willem Elsschot werd voor de tweede keer

[pagina 28]
[p. 28]

voor televisie bewerkt. De drieledige serie is een produktie van BRT en KRO, en er komt ook een Franse versie voor de RTBf. BRT zond de reeks in januari 1989 uit.

België-katern in de Volkskrant

De Volkskrant van 31 december 1988 bracht op zijn beurt een België-katern, waarin vooral aandacht werd besteed aan de jongste staatshervorming in België. Manu Ruys wordt geïnterviewd, Paul Depondt en Jan Blokker komen aan het woord en ook de visies van Jozef Deleu, Els Witte, e.a. vinden we in de bijlage terug. Opmerkelijk is dat J. Deleu ervoor pleit geen afzonderlijke attachés voor de Nederlandse en voor de Franse cultuur op de Belgische ambassades te plaatsen, maar gezamenlijke attachés die het ‘Belgisch model’ propageren. Door de redactie ondervraagd, stelt Jozef Deleu dat het hier gaat om een verkeerde weergave door de interviewer.

Goedele Liekens

Goedele Liekens, miss België '86 en licentiate klinische psychologie, presenteert in 1989 op de Nederlandse VARA een psychologisch programma.

De redactie is al gedeeltelijk samengesteld en in maart wordt een proefprogramma opgenomen.

De Nederlanders over Vlaanderen

In 1830 had Jacob van Lennep voor het Vlamingendom maar 3 woorden over: ‘Wind, zotteklap en onverstand’. Van datzelfde jaar deed waarschijnlijk ook de eerste ‘Belgenmop’ de ronde. Vandaag, 158 jaar later leeft in bepaalde Nederlandse milieus blijkbaar nog steeds eenzelfde opinie over Vlaanderen/België. Zoveel werd althans duidelijk na het beluisteren van het BRT-radioprogramma ‘Het Kraaienest’ van 16 april 1988 over het thema ‘De Nederlanders over ons’.

In een zeventiende-eeuws lied van een onbekend gebleven dichter luidde het dat ‘wy syn een volck van bloet te saemen’. Willem Frederik Hermans daarentegen schreef in 1979 dat het Vlaams en het Nederlands zo ongeveer dezelfde verschillen en overeenkomsten hebben als twee dochters van een moeder, die in verschillende gezinnen zijn grootgebracht. De Nederlanders over de Vlamingen; het is een oud thema dat sporadisch de kop opsteekt.

Het programma opende met de conclusie van de scriptie van de Nederlandse Gemma Smeets over ‘Het beeld van België in de Nederlandse opinieweekbladpers’ (1984). Zij kwam tot het besluit dat de berichtgeving over België, meer bepaald over Vlaanderen, overwegend negatief gekleurd is. Niet zozeer negatief in de zin van gezonde kritiek, maar veeleer in de zin van ‘wat zijn ze daar weer dom bezig; kritiek op een neerbuigende en arrogante manier’, aldus Smeets.

Vlaanderen dus als een conservatief-katholiek en puriteins land waar men een raar taaltje spreekt. ‘Het’ cliché bij uitstek, en het Kraaienest bracht hiervan een mooi staaltje van Nederlandse satire:

-‘In dit NVSH-programma begroeten wij vanavond een gast, en wel een gast uit Vlaanderen, van onze Vlaamse zusterorganisatie...’
-‘Merci. De NVSH heet bij ons de Vlaamse Commanditeit zonder winstoogmerk voor Geslachtsuitbating.’
-‘Juist. Dokter van Uffel, hoe is de toestand in uw land?’
-‘Allez, 't is gekend dat wij veel minder van vrijheid kunnen komen te spreken dan hier in Holland.’
-‘Ons blad Sekstant is bij jullie verboden?’
-‘Zij maar zeker, en 't is daarom dat wij zinnens zijn van een eigen orgaan in het licht te werpen, getiteld Het Zuidnederlands Geslachtsorgaan Omhoog.’

(En zo gaat het nog een tijdje door).

Wanneer een Vlaming door de Nederlandse pers wordt geínterviewd is het haast onvermijdelijk dat Vlaamse dialectwoorden zo letterlijk mogelijk worden afgedrukt. Vaak wordt ook maar wat gefantaseerd over hoe een Vlaming praat. Zelfs de achtbare NOS bezondigt zich hier wel eens aan. Toen Carlo de Benedetti aankondigde de Belgische holding Generale te willen overnemen bracht het NOS-journaal hiervan melding. Dat bewuste bericht eindigde toen met de voor vele Vlamingen verrassende mededeling dat men in België zegt dat ‘De Général Bels moet blijven’. Hierover ondervraagd verklaarde hoofdredacteur Gerard van der Wulp dat bovenstaande zinsnede een zaak van ‘couleur locale’ betrof. Verhakkeld dialectisch Zuidnederlands omwille van de couleur locale dus.

Pijnlijker en bedenkelijker wordt het evenwel wanneer het ministerie van WVC in zijn officiële publikatie Dutch Heights vermeldt dat het Vlaams een taal is die, zoals het Fries, verwant is aan het Nederlands. Diplomatiek protest en een berisping vanwege de Taalunie leidde tot een rectificatie in een volgend nummer van het prestigieuze Nederlandse cultuurblad.

Jeroen Brouwers en de Vlamingen is altijd al een moeilijke verhouding geweest. Niet in het minst omdat Brouwers graag ongenuanceerd en scherp uithaalt. (Niet altijd onterecht overigens, maar dit terzijde.) Enkele jaren geleden wist hij te melden dat ‘een niet-intellectuele Vlaming op de Nederlandse televisie nog altijd moet ondertiteld worden, als sprak hij inderdaad Hottentots’. In het ‘Nederlandsklankige’ gedeelte van België kan hij het aldaar gesproken sprokkeltaaltje van dialecten geen Nederlands noemen.

Maar niet enkel de niet-intellectuele Vlaming krijgt weleens een veeg uit de pan. De criticus Ten Braven had enkel al door het taalgebruik de grootste moeite om zich doorheen ‘Het verdriet van België’ te martelen. Ten Braven had de grootste moeite met: ‘Het brabbelnederlands van Claus, samengesteld uit een kunstmatig samenraapsel van gallicismen, fantasievlaams, namaakvlaams, boerevlaams en Nederlands. De ABN-spreker verkneukelt zich in de kinderlijke bloemrijkheid van het onbedorven boerevolkje.

‘Holland gedraagt zich tegenover Vlaanderen als een zeer geleerde professor tegenover een blozend boerenkind.’ Deze uitspraak wordt anno 1988 nog wel gehoord, maar dateert toch al van 1916. Dat er niet veel veranderd is, noopte prof. H. Brugmans in 1981 tot volgend schrijven aan NRC: ‘Hoe komt het toch dat de Nederlander vaak zo oncompetent en hooghartig oordeelt wanneer het over België en speciaal over Vlaanderen gaat? In Nederland heeft men veelal een instinctieve sympathie voor elke underdog en dat is een van onze beste eigenschappen. Maar de ontvoogdingsstrijd van het Vlaamse volk, zijn opstand tegen de franskiljonse bourgeoisie en ook zijn worsteling om onze gemeenschappelijke taal te kunnen handhaven, dat alles wekt bij ons wrevel, afkeer en hoogstens een soort neerbuigend medelijden. Waarom toch steeds die rare hatelijkheid?’

 

Na de reportage over ‘Nederlanders over Vlaanderen’ konden de luisteraars telefonisch reageren. Drie al vaker gehoorde bemerkingen stonden centraal:

-Het is voornamelijk de randstadbewoner die een arrogante houding aanneemt
[pagina 29]
[p. 29]
jegens de Vlamingen. De Nederlanders bezuiden de grote rivieren ervaren een vaak gelijkaardige houding van hun eigen landgenoten.
-Nederland kent Vlaanderen niet en heeft ook geen interesse voor wat er in Vlaanderen leeft. Anderzijds lijden op hun beurt ook de Vlamingen aan een particularisme.
-Vlamingen moeten niet steeds gaan steigeren als ze door Nederlanders gewezen worden op taalfouten. De Nederlander bezit een betere technische taalbeheersing dan de Vlamingen.

Slecht was het radioprogramma niet, wel wat eenzijdig in de keuze der bronnen. Wij vullen even aan.

Klopt het dat de Nederlander hooghartig over de Vlamingen oordeelt? Neen, zegt Geert Dekker in het besluit van zijn scriptie ‘België/Nederland. Wederzijdse aandacht en beeldvorming in de landelijke en en regionale dagbladpers’ (1987). Zijn conclusie is dat ‘het beeld in de Nederlandse dagbladen niet getuigt van een superioriteitsgevoel t.a.v. België’. Hoogstens is er sprake van een relatieve onverschilligheid en onbekendheid met materies die in Vlaanderen van belang zijn.

En schijnbaar verandert er de laatste jaren ook een en ander: Vlamingen breken door in Nederland. Urbanus maakt al jaren het mooie weer in Nederland, Bart Peeters verschijnt al jaren op de Nederlandse beeldbuis met programma's voor achtereenvolgens de NOS, Veronica en nu voor de Vara, Kamagurka en Herr Seele krijgen geregeld zendtijd van de Vpro en Carl Huybrechts kan je dagelijks bezig zien als presentator van TV3. Deze laatste heeft in dat programma zelfs een heus Vlaams-Nederlands dialectenspel geïntroduceerd. (Hoezo, zijn er dan ook dialecten in Nederland?) Kortom, het gaat goed met de Vlaamse zonen en dochters in Nederland. Jonge Vlaamse auteurs worden uitgegeven bij Bert Bakker en de Bezige Bij, en Nederlandse auteurs beginnen België te begrijpen zoals onlangs Benno Barnard bewees in ‘Uitgesteld paradijs’.

De Vlaming en zijn taal. Hij struikelt er vaak over dat er wat laatdunkend over gesproken wordt. Nederlanders en Vlamingen moeten maar eens aanvaarden dat beiden hetzelfde standaard-Nederlands hanteren (in woord en geschrift), maar tevens moet aanvaard worden dat er in het ‘Vlaams’ en in het ‘Hollands’ gangbare woorden en begrippen zijn die de andere niet kent en niet begrijpt. Bepaalde in Vlaanderen gangbare woorden zijn misschien ‘archaïscher’ (maar wat dan nog?), terwijl bepaalde in Nederland gangbare woorden wat ‘modieuzer’ zijn (nou en?).

Vlaanderen en Nederland vormen geen culturele eenheid. Zo simpel ligt dat. De loop der geschiedenis heeft daar anders over beslist. Er zijn gemeenschappelijke cultuurelementen, er is eenheid in verscheidenheid, en de gemeenschappelijke belangen zijn hoog genoeg om samen op te trekken. De dochters zijn dan wel uit elkaar gegroeid, zusters blijven ze!

W.C.


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken