Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Neerlandia. Jaargang 101 (1997)

Informatie terzijde

Titelpagina van Neerlandia. Jaargang 101
Afbeelding van Neerlandia. Jaargang 101Toon afbeelding van titelpagina van Neerlandia. Jaargang 101

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave



Genre

non-fictie

Subgenre

tijdschrift / jaarboek


In samenwerking met:

(opent in nieuw venster)

© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Neerlandia. Jaargang 101

(1997)– [tijdschrift] Neerlandia–rechtenstatus Auteursrechtelijk beschermd

Vorige Volgende
[pagina 38]
[p. 38]

Zo kijkt de Vlaamse regering er tegenaan
◼ Michel Vanholder

Minister-president Luc Van den Brande had toegezegd om hier vandaag persoonlijk aanwezig te zijn maar om familiale redenen is hem dat niet gelukt. Hij heeft heel laat moeten afhaken, en hij heeft mij gevraagd - opdracht gegeven, mevrouw Baartmans - om in zijn plaats vandaag hier de inventaris in ontvangst te nemen en u kort toe te spreken. Het is inderdaad een dienstopdracht, maar ik doe dat niet zonder plezier. Ik heb ook iets met de grensregio. Ik denk dat alle Vlamingen grenslandbewoners zijn eigenlijk. Misschien geldt dat iets minder voor Nederlanders, de afstand tot de gemeenschappelijke grens is voor de meesten van hen iets groter. Ik heb nog iets meer met de grensregio,

illustratie
Michel Vanholder


want mijn moeder is op zes kilometer van hier geboren. Ik woon in Mechelen en ik was hier op nauwelijks een uur, en ik heb niet hard gereden. Ik heb geen boek kunnen lezen intussen, en ik heb dus ook geen citaten van dichters bij me om mijn toespraak te illustreren.

 

Dames en heren, de beleidsbrief van de Vlaamse regering Vlaanderen internationaal beleidsprioriteiten 1995-1999 eindigt met de zin: ‘Het Vlaamse buitenlands beleid is dus’ - die ‘dus’ slaat natuurlijk op alles wat vooraf gaat maar dat bespaar ik u - ‘geen zaak van de overheid alleen, maar een zaak van en voor alle Vlamingen. De beleidsnota is een uitnodiging aan iedere Vlaming om samen te werken aan ‘Vlaanderen internationaal’ en met deze woorden beaamt de Vlaamse regering wat u allen vandaag zo sterk hebt willen duidelijk maken tijdens deze rondetafelconferentie, namelijk dat internationale samenwerking niet alleen en waarschijnlijk zelfs niet in de eerste plaats een zaak is van regeringen, maar ook en vooral van organisaties, verenigingen, instellingen, personen, van wat wij gemakshalve het veld zijn gaan noemen. Dat uitgangspunt geldt natuurlijk des te meer ten aanzien van de in onze internationale relaties meest belangrijke partner: Nederland.

De uitvoering van het verdrag

Korte tijd nadat Vlaanderen volwaardige verdragsrechtelijke bevoegdheid had verworven, na de grondwetsherziening van 1993, werd op 17 januari 1995 ook in het grensland, in Antwerpen een nieuw formeel kader gecreëerd voor de officiële Vlaams-Nederlandse samenwerking. Naast de vier zogenaamde waterverdragen met betrekking tot Schelde en Maas werd een breed cultureel verdrag ondertekend en een politieke verklaring waarbij samenwerking wordt nagestreefd op alle overige terreinen die tot de bevoegdheid van beide regeringen behoren. Ik noem: economie, ruimtelijke ordening, leefmilieu, verkeer, gezondheidszorg en nog vele anderen, allemaal dus terreinen die veel breder zijn dan het eigenlijke culturele verdrag. Als je beschouwt wat er vandaag hier gebeurd is en waarover gesproken is, zou je kunnen zeggen dat ongeveer de helft van de thema's die van-

[pagina 39]
[p. 39]

daag ter discussie zijn gesteld eigenlijk onder het culturele verdrag thuishoren, maar dat er daarbuiten ook nog over veel andere en ook zeer belangrijke thema's is gediscussieerd, die daar niet meteen onder te brengen zijn, maar die ook voorwerp kunnen en moeten zijn van Vlaams-Nederlandse samenwerking. Wat wij het culturele verdrag noemen - de naam is ook een beetje misleidend - is een breed samenwerkingsverdrag met betrekking tot kunst, cultuur, welzijn, onderwijs, wetenschappen, media, sport en vrijetijdsbesteding. Het verdrag is in werking getreden op 1 maart van dit jaar (1997) en op dit ogenblik bereiden beide regeringen de samenstelling van de gemengde commissie voor. En van in het begin is, bij de bespreking in het Vlaamse Parlement, heel sterk onderstreept dat het verdrag rekening moet houden met en steunen op de samenwerking die op het veld wordt gerealiseerd en dat het die samenwerking moet stimuleren, meer bepaald daar waar er zogenaamde witte vlekken zijn, waar de samenwerking niet of nauwelijks of erg moeizaam verloopt. Die visie steunt trouwens op de verdragstekst zelf die in artikel 2 stelt, dat de verdragsluitende partijen een beleid voeren dat zoveel mogelijk de rechtstreekse samenwerking tussen overheden, personen, instellingen en organisaties bevordert. Let wel, rechtstreekse samenwerking, niet via de omweg van de overheden. De samenwerking die rechtstreeks gebeurt, is natuurlijk de allerbeste.

Deze visie komt ook duidelijk tot uiting in het concept van de nieuwe gemengde commissie samengesteld uit overwegend niet- ambtenaren: geen ambtelijke commissie dus, maar mensen uit de betrokken werkvelden. Die commissie moet niet de ambitie hebben om alle samenwerking zelf te gaan uitvoeren of te centraliseren. Zij moet inventariseren, witte vlekken opsporen, zij moet samenwerking stimuleren, tot nieuwe concrete initiatieven aanzetten waar nodig en evalueren. We hebben dit de ‘helikopterfunctie’ van de gemengde commissie genoemd. Zij vliegt op lage hoogte over het veld en kijkt wat goed en wat minder goed is en probeert daar wat aan te doen.

 

Wat inventarisatie betreft, zal ze bij de start dankbaar gebruik kunnen maken van wat u vandaag hebt samengebracht in deze indrukwekkende inventaris van grensoverschrijdende samenwerking.

Grensgebieden

Dat internationale samenwerking niet kan zonder concrete acties op het terrein is, meer dan elders, evident in de grensgebieden, vooral omdat de oude grenzen in Europa meer en meer vervagen en op een aantal terreinen zelfs volledig verdwijnen.

 

Het culturele verdrag besteedt dan ook bijzondere aandacht aan de grensgebieden. Ook hier zijn overheid en

illustratie
Hans Kruishoop


werkveld echte partners, wier acties elkaar inspireren en versterken. Van overheidszijde wil ik in het bijzonder verwijzen naar het jaarlijkse bestuurlijke overleg tussen de Vlaamse regering en de vijf Vlaamse provincies en de Zuid-Nederlandse provincies Zeeland, Noord-Brabant en Limburg. Ook het secretariaat van de Benelux is bij dit overleg betrokken en op het jongste overleg in januari van dit jaar in Brussel werden belangrijke afspraken gemaakt op het gebied van onder meer regionale televisie, cultuur, welzijn en volksgezondheid, milieubeheer, ruimtelijke ordening, mobiliteit, infrastructuur en economie. Het is geen toeval natuurlijk dat verschillende van deze thema's ook vandaag op uw agenda stonden. Zonder echt in detail in te gaan op de resultaten van dat officiële overleg wil ik toch enkele punten vermelden. Het overleg wil de samenwerking inzake regionale televisie over de grens heen bevorderen en onderzoekt de mogelijkheden voor het wegnemen van bestaande juridische hinderpalen. Die schijnen echt wel te bestaan in ons beider wetgeving. Later dit jaar zal hierover trouwens in Maastricht een symposium worden georganiseerd. Inzake zorg werd beslist om er bij de nationale regering op aan te dringen een aantal akkoorden, die repercussies hebben op de zorgsector in de grensregio's, te actualiseren met als belangrijkste oogmerk het vergroten van de keuzevrijheid ten aanzien van de zorg over de grens.
[pagina 40]
[p. 40]

Inzake milieu vermeld ik dat de proefperiode van het stappenschema grensoverschrijdende milieu-effectrapportage wordt verlengd tot medio 1998 en door middel van een brochure ruim bekend gemaakt zal worden. Per 1 april van dit jaar is trouwens ook een stappenschema opgesteld voor de uitwisseling van informatie over de verlenging van milieuvergunningen bij projecten die niet MER-plichtig zijn.

 

En op economisch gebied ten slotte kwam het overleg tot het besluit dat er voorkomen moet worden dat overheden tegen elkaar worden uitgespeeld door al of niet vermeende verschillen in investeringen. Mogelijke verplaatsingen van ondernemingen die daaruit kunnen voortvloeien, bieden de regio geen toegevoegde waarde. De regio wordt als een grensoverschrijdend geheel beschouwd en men bekijkt welke toegevoegde waarde investeringen er brengen. In dit verband is intussen de laatste hand gelegd aan een code van goed nabuurschap, waarbij de overheden permanent informatie zullen uitwisselen en een overlegprocedure zullen opzetten. De tekst van deze code van goed nabuurschap zal trouwens zeer binnenkort ook openbaar gemaakt worden.

Tot zover deze greep uit de conclusies uit het overleg Vlaanderen-Zuid Nederland dat, denk ik, heel goed aansluit bij een groot deel van de aangelegenheden waar u over gesproken hebt.

Een raamverdrag

Internationale verdragen zijn vaak, en onvermijdelijk, raamverdragen. Dat is ook het geval bij het Vlaams-Nederlandse culturele verdrag. Sommigen betreuren dat en zeggen dat het concreter zou moeten zijn. Maar anderen, en ik denk dat die gelijk hebben, verheugen zich erover, omdat zo'n raamverdrag de kans biedt aan alle betrokkenen om mee te werken aan de samenwerking, om die concreet in te vullen en de samenwerking vlees en bloed te geven. Zonder de samenwerking op het terrein is een verdrag niet eens een raamverdrag, maar slechts een geraamte, geen levend iets.

 

Dank zij uw inbreng en uw dagelijkse inzet krijgen de Vlaams-Nederlandse betrekkingen een hart en ziel en daar is het eigenlijk toch om te doen. Wij zijn u dan ook bijzonder dankbaar voor deze rondetafelconferentie en voor de inventaris die ik met bijzonder veel genoegen zal overhandigen aan de Vlaamse minister-president. Ook uw conclusies en aanbevelingen zal ik heel graag voor verder onderzoek aan de minister-president aanbieden. Ik dank u allen ten zeerste voor uw bijdrage tot deze samenwerking Vlaanderen-Nederland.


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken