Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Neerlandica extra Muros. Jaargang 1970 (1970)

Informatie terzijde

Titelpagina van Neerlandica extra Muros. Jaargang 1970
Afbeelding van Neerlandica extra Muros. Jaargang 1970Toon afbeelding van titelpagina van Neerlandica extra Muros. Jaargang 1970

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave



Genre

non-fictie

Subgenre

tijdschrift / jaarboek


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Neerlandica extra Muros. Jaargang 1970

(1970)– [tijdschrift] Neerlandica extra Muros / Internationale Neerlandistiek–rechtenstatus Auteursrechtelijk beschermd

Vorige Volgende
[pagina 23]
[p. 23]

Activiteiten van de werkcommissie

Daar de voorbereiding van het Vierde Colloquium, dat van 8 tot en met 11 september 1970 te Gent zal worden gehouden (waaraan een excursie van twee dagen door Vlaanderen zal worden toegevoegd), zie blz. 4, en de oprichting van de Internationale Vereniging voor Nederlandistiek, zie blz. 2, die in een algemene vergadering voorafgaand aan het Colloquium zal plaats hebben, veel van onze aandacht in beslag namen, zijn de verdere activiteiten van de Werkcommissie het afgelopen semester beperkt gebleven. Wij vermelden:

 

de sanering van de docentenlijst in overleg met het Ministerie van O. en W. en wat die van Zuid-Afrika betreft in samenwerking met ons Commissielid prof. dr. J.E. Loubser. Tot nu toe waren in deze laatste lijst alle docenten opgenomen die aan Departementen Afrikaans-Nederlands werkten. Wij hebben thans de namen geschrapt van hen, van wie ons bekend is, dat hun onderwijs zich tot het Afrikaans beperkt. Door ons tot alle 16 Zuidafrikaanse universiteiten afzonderlijk te wenden, hopen wij nog nauwkeuriger gegevens te verkrijgen dan dit door het raadplegen van de z.g. jaarboeken mogelijk was.

 

reacties op de brochure heeroma-thys. Men zal zich herinneren dat wij twee jaar geleden de brochure Het Nederlands in de Wereld in 4 wereldtalen t.d. samen met De Nederlandistiek in het Buitenland en de Docentenlijst aan 435 Germanistische universiteitsinstituten over de gehele wereld aanboden. Hierop zijn toen ter tijd een aantal dankbare, maar ook hoopgevende reacties binnengekomen. We zijn nu bezig na te gaan in hoeverre deze laatste tot een concreet resultaat hebben geleid.

 

nederlands-duits en duits-nederlands woordenboek in één deel. Toen ons twee jaar geleden ter ore kwam dat er een nieuwe druk, de 25ste, van Kramers' Woordenboek Duits werd voorbereid, hebben wij ons met de uitgever Van Goor en Zonen en met de bewerker, prof. dr. J. van Dam, in verbinding gesteld en hen verzocht het boek ook voor Duitstalige studenten Nederlands bruikbaar te maken door de hoofdvormen van de werkwoorden en de meervoudsvormen van de niet samengestelde zelfstandige naamwoorden in het Nederlands-Duitse deel op te nemen. Hoewel de inwilliging van dit verzoek veel tijd en ruimte zou kosten, hebben uitgevers en bewerker er toch gehoor aan gegeven, waarvan de bewerker in het voorbericht en in de ‘Hin-

[pagina 24]
[p. 24]

weise für Deutsche Benutzer’ getuigenis aflegt. De Werkcommissie dankt bewerker en uitgever voor hun bereidwilligheid, die het debiet van deze uitgave zeker ten goede zal komen. Zie ook blz. 33 en 47.

 

bemiddelingspogingen. Deze werden o.m. ondernomen ten behoeve van een jonge Argentijnse student in de journalistiek, R. Pecz, die met behulp van de kortegolfuitzendingen van Radio Nederland uitstekend Nederlands geleerd had, in 1966 voor zijn eindexamen Nederlands bij het Centro de Enseñanza Internacional te Martinez cum laude was geslaagd, doch door ernstige ziekte gehandicapt werd. Na nadere inlichtingen te hebben gevraagd aan de Nederlandse Ambassade te Buenos Aires, heeft het Ministerie van O. en W. hem enige leerboeken waarom hij vroeg, geschonken.

Een ander geval betrof een leraar Nederlands aan de Internationale School te Varese bij Milaan, wie de vacature aan het Tolkeninstituut te Milaan ter ore gekomen was. Na een briefwisseling hierover met mej. van Woudenberg, die van oordeel was dat er in een grote handelsstad als Milaan voor een van de officiële talen van de e.e.g. toch belangstelling te vinden of te wekken moest zijn, werd de betreffende aangeraden met prof. Baridon, directeur van het Tolkeninstituut te gaan spreken. Intussen stellen prof. Peternolli, prof. Schulte Nordholt en de consul-generaal der Nederlanden te Milaan alles in het werk om de Universiteit te overtuigen van het nut van een gewoon lectoraat Nederlands.

Bemiddeling werd eveneens verleend aan een studente in de economie van drs. R. Leclercq, Würzburg, die zeer tot haar genoegen te werk kon worden gesteld door mr. H.R. Marius, Algemeen Secretaris van de Nederlands-Duitse Kamer van Koophandel, Jan van Nassaustraat 3, 's-Gravenhage.

 

beroep op de werkcommissie. In verband met de invoering van de ‘unités de valeur’ aan de Franse universiteiten is het aantal studenten aan de Nederlandse afdelingen sterk gestegen. Zo hebben zich dit jaar aan de Universiteit te Straatsburg 185 studenten voor het Nederlands aangemeld. Dit schept nijpende personeelsproblemen, waarvoor een beroep werd gedaan op het Ministerie van O. en W. en ook de Werkcommissie om steun en bemiddeling werd gevraagd.

 

inlichtingen. Wegens plaatsgebrek kunnen hier slechts enkele gevallen bij wijze van voorbeeld genoemd worden. Ons werd gevraagd door een lector die 10 jaar aan een buitenlandse universiteit werkzaam is geweest en thans aan een Nederlandse universiteit een betrekking aangeboden kreeg, of deze 10 jaren voor zijn pensioen zouden worden meegerekend. Wij moesten hem antwoorden, dat dit in een ander ons

[pagina 25]
[p. 25]

bekend geval niet is gebeurd. Dit geval was voor ons aanleiding het Ministerie van O. en W. nogmaals aan de dringende noodzaak van de totstandkoming van een regeling voor de buitenlandse docenten te herinneren.

Aan een Nederlandse leraar Engels, die graag in een Engelstalig land Nederlands zou willen doceren, werden hiertoe de mogelijkheden aangegeven.

Aan prof. Langvik-Johannessen te Oslo werden op zijn verzoek in verband met een door hem te schrijven artikel in de grootste Noorse encyclopedie (20 delen) Aschehougs Konversasjons Leksikon informaties verstrekt over de Nederlandse pers.

Aan prof. Krispyn van de University of Florida te Gainesville, die Advisory Editor for Netherlandic topics is geworden van Germanic Notes, een nieuw tijdschrift dat aan de University of Kentucky onder redactie van prof. Wayne Wonderly zal verschijnen, werden door hem gevraagde raad en informatie toegezonden.

Op zijn verzoek werden de door de Werkcommissie uitgegeven lijsten van microfilms en microfiches van Middelnederlandse handschriften in het bezit van Nederlandse en Belgische bibliotheken toegezonden aan de heer Albert J. Vargo, graduate student of linguistics aan de University of Michigan, die een dissertatie overweegt met als onderwerp ‘The phonological developments that took place between Old Low Franconian and Middle-Limburgic’. Ook werden hem de namen en adressen van drie specialisten op dit gebied verschaft.

 

bespreking te brussel. De voorzitter van de Werkcommissie werd door prof. dr. Fr. van Mechelen, Minister van Nederlandse Cultuur, op 23 maart 1970 uitgenodigd voor een bespreking van een aantal problemen die met het onderwijs van het Nederlands aan buitenlandse universiteiten verband houden.

 

l'art flamand d'ensor à permeke. Op uitnodiging van de Minister van Nederlandse Cultuur woonde prof. Thys op 20 februari 1970 in het Orangerie-museum te Parijs de opening bij van deze unieke tentoonstelling waarbij voor de eerste keer de Vlaamse expressionistische schilderkunst met een lange aanloop van De Braekeleer over Van Rysselberghe en Evenepoel tot de eigenlijke expressionisten aan het buitenland werd vertoond. Er was werk te zien van De Smet, Servranckx, Servaas, Spilliaert, Tytgat en Van den Berghe naast De Saedeleer, Minne, Smits en Van de Woestijne. Dit alles beweegt zich in de tijd tussen Ensor en Permeke, de enige namen die wellicht, zelfs bij een geïnformeerd Parijs' publiek een enigszins bekende klank hadden vóór deze tentoonstelling de poorten voor de Vlaamse schilderkunst wijd heeft opengezet. De tentoonstelling bleef geopend tot 20 april 1970.

[pagina 26]
[p. 26]


illustratie


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken