Nieuw Letterkundig Magazijn. Jaargang 31
(2013)– [tijdschrift] Nieuw Letterkundig Magazijn– Auteursrechtelijk beschermd
[pagina 21]
| |
Clare Lennart: een multitaskende schrijfster
| |
Om geld verlegenClara Helena Klaver, geboren in Hattem in 1899, krijgt een onconventionele, vrije opvoeding in een kunstenaarsgezin. Ze is een intelligent, wat gereserveerd meisje met een levendige fantasie. Na haar opleiding tot onderwijzeres werkt zij op dorpsscholen in Drenthe en Overijssel. In 1926 verhuist ze naar Utrecht. Als het Utrechtse gemeentebestuur ontdekt dat ‘juf Klaver’ een relatie heeft met een getrouwde man, neemt zij in 1928 ontslag als onderwijzeres. Helaas kan haar geliefde, de militair Wim van den Boogaard, niet scheiden van zijn echtgenote noch financieel voor Clara zorgen. Clara moet haar eigen geld verdienen. Ze begint een pension. Het is midden in de crisistijd en het pension levert veel werk maar te weinig geld op. Daarom begint Clara rond 1931 te schrijven. Ze had altijd veel verhalen in haar hoofd gehad. 's Avonds na het werk gaat ze die verhalen en jeugdherinneringen op papier zetten. Tot haar eigen verbazing lukt het haar om die verhalen te verkopen aan het maandblad Nederland en aan kioskbladen als Oké. Met de publicatie van de novelle Liefde en logica in Groot Nederland neemt haar schrijverscarrière een literaire wending. Groot Nederland-redacteur en criticus Frans Coenen stimuleert haar om romans te schrijven. Voor haar eerste roman, Mallemolen, put ze zó herkenbaar uit haar eigen leven als pensionhoudster, dat zij een pseudoniem moet aannemen. Onder de naam Clare Lennart publiceert Clara vervolgens in hoog tempo zeven romans en een meisjesboek.Ga naar eind1 Terugblikkend op het begin van haar literaire carrière schrijft ze in 1954: ‘Nog altijd vraag ik me af, of ik ooit iets anders gedaan zou hebben dan verhalen denken, als ik toen niet zo om geld verlegen had gezeten.’Ga naar eind2 | |
SuccesjarenNa de dood van Wims echtgenote kunnen Clara en Wim eindelijk permanent samenwonen en - in 1947 - trouwen. Het leven wordt nu veel gemakkelijker voor Clara, zowel praktisch als financieel. De zorgzame Wim doet het huishouden, zodat zijn vrouw zich kan concentreren op haar werk. In haar huwelijksjaren bereikt Clare Lennart haar grootste successen. Haar autobiografische novelle Twee negerpopjes wordt gekozen als Boekenweekgeschenk | |
[pagina 22]
| |
van 1949. De 154.000 exemplaren leveren haar een groot lezerspubliek op. De literaire uitgever Alexander Stols haalt Clare Lennart weg bij concurrent Bruna en verdient goed aan haar romans Serenade uit de verte en Stad met rose huizen. Een literair hoogtepunt is De ogen van Roosje (1957), haar laatste grote roman. Haar poëtische, schilderachtige stijl steekt anno 2013 wat gedateerd af tegen de soberder taal van de Vijftigers, maar Clare Lennart heeft een trouw lezerspubliek. Ze krijgt bijna altijd uitstekende kritieken. Zo noemt Jan Greshoff haar Serenade een ‘verrukkelijk boek’.Ga naar eind3 Na het succes van de Negerpopjes ontdekken ook collega-schrijvers Clare Lennart. In 1949 dragen zij haar voor als lid van de Maatschappij der Nederlandse Letterkunde, samen met zesenveertig collega's,Ga naar eind4 zoals de bekende J.H.F. Grönloh (Nescio) en C.C.S. Crone en inmiddels vergeten namen als mevrouw M.C. Bicker Caarten-Stigter.Ga naar eind5 Het bewijs van lidmaatschap wordt precies een maand voor Clare's vijftigste verjaardag getekend: 21 juni 1949. Clare koestert het document en bewaart het haar leven lang in de originele koker, als herinnering aan de grote verandering in haar leven als schrijfster.Ga naar eind6 In haar eerste vijftien schrijversjaren was Clare Lennart namelijk op de achtergrond gebleven. Afgezien van Frans Coenen, die in 1936 overleed, had ze nauwelijks literaire kennissen. Beschermd door haar pseudoniem bleef Clare een pensionhoudster die bijverdiende door romans en verhalen te schrijven. Volgens collega Rico Bulthuis veranderde deze houding op de eerste boekenmarkt van de BijenkorfGa naar eind7 in het voorjaar van 1949. Daar blijkt de verlegen Clare Lennart een uitstekende verkoopster. Opgewekt spreekt ze met iedereen die iets over haar werk wil weten. In de pauze rekent ze op een servetje uit hoeveel royalty ze tot dan toe verdiend heeft. Bulthuis oppert: ‘Het is mogelijk dat zij zich jarenlang door haar afzijdige houding tegen teleurstelling had weten te beschermen. Na de gedenkwaardige dag tijdens de Boekenweek scheen het te veranderen.’Ga naar eind8 | |
Literaire persoonlijkheidNa 1949 weet iedereen dat Clare Lennart eigenlijk mevrouw Van den Bogaard-Klaver heet. Op deClare Lennart in haar Utrechtse woning, jaren zestig. Collectie familie Klaver.
brievenbus in de Utrechtse Zuilenstraat 10-bis staan beide namen. In die brievenbus ligt bijna wekelijks een uitnodiging voor een lezing. In de jaren vijftig reist Clare Lennart het hele land door om voor te dragen uit haar romans. Deze lezingen trekken een enthousiast publiek en stimuleren de verkoop van haar werk. Onvermoeibaar vertelt ze over haar jeugd, haar onuitputtelijke inspiratiebron.Ga naar eind9 Nu haar naamsbekendheid groeit, kan Clare Lennart haar literaire werkzaamheden verbreden. Vanaf 1950 vertaalt ze voor Bruna en samen met Jaap Romijn stelt ze twee bloemlezingen samen.Ga naar eind10 Voor het Dagblad voor Amersfoort schrijft ze vlotte reportages. In Elseviers Geïllustreerd Weekblad verschijnt een jarenlange serie recensies onder de titel ‘De vrouw in de literatuur’. Clare krijgt lucratieve opdrachten voor non-fictie en gelegenheidsuitgaven. Na 1952 verhuurt Clare geen kamers meer. De pensionhoudster is fulltime schrijfster geworden. Ze kan nu leven van de pen. Hoewel ze privé een gereserveerd persoon blijft, durft ze meer toenadering tot collega's te zoeken. Zo onderhoudt ze vriendschappelijke contacten met vergelijkbare tijdgenoten als Clara Eggink, Harriët Freezer, Emmy van Lokhorst en Helma Wolf-Catz. Collega's stellen Clare Lennarts mening op prijs. Zij vragen | |
[pagina 23]
| |
Clare Lennart bewaarde haar memento van de Maatschappij netjes in de originele koker. Collectie Letterkundig Museum, Den Haag.
haar voor literaire jury's, zoals de Prozaprijs van de gemeente Amsterdam en de Anne Frank-prijs. Jarenlang zit ze in het bestuur van het Tollensfonds. | |
Een doos met manuscriptenClare Lennart is een schrijfster van aanzien geworden. Daarom zijn ook haar oude manuscripten waardevol geworden. Maatschappij-bibliothecaris dr. A Kessen vraagt haar of ze handgeschreven versies van haar romans wil doneren aan de bibliotheek.Ga naar eind11 Clare Lennart antwoordt hem op 22 maart 1953: Na enig zoeken is het mij gelukt de handschriften van mijn beide romans ‘Kasteel te huur’ en ‘De Blauwe Horizon’ te vinden, die ik u hierbij toezend voor uw bibliotheek. Verschillende andere handschriften waren door mij al afgestaan aan de heer W. Moll voor het gemeente-archief van 's Gravenhage. Ik hoop in ieder geval dat u aan deze beide manuscripten iets zult hebben voor uw collectie. De doos met signatuur Ltk 1980Ga naar eind12 bevat een stapel schoolschriftjes, met potlood beschreven in een haastig handschrift. De manuscripten laten duidelijk zien onder welke moeilijke omstandigheden het vooroorlogse werk van Clare Lennart tot stand is gekomen. Zij kon pas aan de slag als het werk voor de pensiongasten gedaan was en schreef 's avonds en in gestolen uurtjes. Tijdens het koken bijvoorbeeld.Ga naar eind13 Avontuur schreef ze terwijl ze in de keuken in de pap stond te roeren.Ga naar eind14 De korreltjes gemalen koffie in het manuscript van De blauwe horizon zijn minuscule bewijsstukken van haar ‘multi-tasking’. De slotregels van haar roman Mallemolen illustreren hoe Clare zich voelde in de draaimolen van het dagelijks leven als hospita: God, en is dat niet juist de tragedie? Niet dat we het niet uithouden, niet dat we eruit springen, en misschien onze armen en beenen en zelfs onzen nek breken, maar dat we het wel uithouden, en het zelfs in dezen vervloekten mallemolen nog plezierig gaan vinden op den duur. (...) Dan gilt de fluitketel. We draaien. Meneer van der Wal heeft om scheerwater gevraagd. Meneer Wennekes, Christl's opvolger, roept me binnen. ‘Mevrouw, dit vond ik op mijn pantalon. Ik vind zoiets onaangenaam.’ En hij toont me in een leeg cigarettendoosje twee katteharen. Het zijn ontegenzeggelijk twee oranje haren van Bobby. ‘Neemt u ze mee.’ Ik vat | |
[pagina 24]
| |
het doosje aan, als ware het een bom. Zoo draaien we, en het heeft zeer zeker ook zijn komische zijde.Ga naar eind15 | |
Bestuurslid van de MaatschappijIn februari 1960 sterft Wim van den Boogaard. De dood van de ‘buffer tussen haar en de wereld’ grijpt Clare Lennart hevig aan.Ga naar eind16 Zonder hem valt de dagelijkse draaimolen van het leven haar opnieuw heel zwaar. Romans schrijven lukt niet meer. Na 1960 publiceert zij vrijwel alleen nog maar cursiefjes, non-fictie en kinderboeken. Het is dan ook verbazingwekkend dat Clare, ruim een half jaar na Wims dood, op 18 november 1960 toetreedt tot het Algemeen Bestuur van de Maatschappij.Ga naar eind17 Op haar eerste vergadering, d.d. 19 december 1960 in de bibliotheekkamer van de ub, heet voorzitter dr. G.J. Bomhoff het nieuwe bestuurslid ‘Mevrouw Van den Boogaard-Klaver’ welkom.Ga naar eind18 Haar laatste vergadering bezoekt Clare Lennart op woensdag 21 oktober 1964.Ga naar eind19 In de tussenliggende tijd worden er drieëntwintig vergaderingen gehouden, maar zij woont er slechts negen bij. En ze meldt lang niet altijd af... Niet alleen haar aanwezigheid, ook haar inbreng lijkt beperkt te zijn. Volgens de notulen roert ze zich alleen in de toen verhitte discussie rond het ‘leeszegel’.Ga naar eind20 Dat leeszegel, een initiatief van de Vereniging van Letterkundigen, moest de financiële positie van schrijvers verbeteren. Precies het soort onderwerp dat Clare aan het hart ging. Misschien heeft Clare Lennart in 1960 vooral uit loyaliteit aan de Maatschappij ‘ja’ gezegd op het verzoek bestuurslid te worden. Het eerbiedwaardige instituut dat haar elf jaar eerder had erkend als schrijfster, kon ze toch niet teleurstellen? Maar de vraag kwam op een verkeerd moment. Clare rouwde nog om haar man en ook om haar vader, die eind 1960 was overleden.Ga naar eind21 Ze vond het akelig om alleen te reizen naar de vergaderingen. Na een termijn van vier jaar was het genoeg: op 5 januari 1965 volgde Jos Panhuysen haar op.Ga naar eind22 In haar laatste levensjaren hervindt Clare Lennart zich weer. Haar boek met familieherinneringen Weleer (1971) is een succes. Haar trouwe lezerspubliek geniet van de verhalen over haar negentiendeeeuwse grootouders. Al snel ligt er een tweede druk op de persen en gaat Clare aan de slag met het vervolg,Opzetje voor een flaptekst van de roman Avontuur.
Collectie Universiteitsbibliotheek Leiden, Ltk 1980. over haar kunstzinnige ouders. Een hartinfarct maakt een einde aan haar plannen. Als Clare Lennart eind 1972 overlijdt, schrijft Hans Edinga haar levensbericht in het Jaarboek van de Maatschappij. Hij noemt zijn Utrechtse vriendin daarin ‘zo'n wonderlijke combinatie van kracht en gevoeligheid’. | |
BesluitHet archief van de Maatschappij der Nederlandse Letterkunde is een waardevolle bron gebleken voor biografisch onderzoek naar Clare Lennart. Een bron die zowel haar gevoeligheid als haar kracht laat zien. De manuscripten in de Maatschappijbibliotheek illustreren de moed en het doorzettingsvermogen van de beginnende schrijfster. Haar afwezigheid in de bestuursnotulen is een teken van haar afnemende krachten na het overlijden van haar man. De datum op het zorgvuldig bewaarde lidmaatschapsbewijs van de Maatschappij markeert precies hét omslagpunt in het schrijversleven van Clare Lennart: ná 1949 en de Negerpopjes durft ze zich aan de buitenwereld te tonen als schrijfster. Ze kan haar rijke verbeeldingswereld vertalen in literatuur waarmee ze ook haar lezers inspireert. Jaap Romijn heeft dat scherp gezien: Claartje was nu eenmaal een sterke vrouw, vanuit aarzeling geleidelijk gegroeid naar de zelfbewustheid waardoor, tot verbazing van wie haar alleen maar oppervlakkig kenden, ook de voordracht van haar | |
[pagina 25]
| |
lezingen werd gekenmerkt. Die zelfbewustheid werd gevoed niet van buitenaf, door Wim, door de critici of door wie dan ook, maar vanuit haar verbeeldingswereld, door haar meest eigen bezit: zij was naar roeping en overtuiging een artieste, een letterkundige, ik kan mij niet voorstellen dat zij iets anders had kunnen zijn.Ga naar eind23 petra teunissen-nijsse studeerde Nederlands aan de Universiteit Leiden. Zij is zelfstandig tekstschrijver, werkt aan een proefschrift over Clare Lennart en is voorzitter van het Louis Couperus Genootschap. |
|