Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
De Nieuwe Stem. Jaargang 4 (1949)

Informatie terzijde

Titelpagina van De Nieuwe Stem. Jaargang 4
Afbeelding van De Nieuwe Stem. Jaargang 4Toon afbeelding van titelpagina van De Nieuwe Stem. Jaargang 4

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave



Genre

proza
poëzie
non-fictie

Subgenre

tijdschrift / jaarboek


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

De Nieuwe Stem. Jaargang 4

(1949)– [tijdschrift] Nieuwe Stem, De–rechtenstatus Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermd

Vorige Volgende
[pagina 734]
[p. 734]

Kort bestek

Wat wij nog niet wisten

Of wist U het wel ‘dat het rooms-katholicisme als levensbeschouwing sterk de nadruk legt op de innerlijke redelijkheid der dingen’ en dat het bovendien verdraagzaam is en wel ‘verdraagzaam per se’ en alleen ‘onverdraagzaam per accidens’. Dit lijkt ons per se een ketterij, maar dit behoeft de heer van der Goes van Naters, die in ‘Vrij Nederland’ van 19 Nov. zijn licht laat schijnen over de vraag van de samenwerking tussen K.V.P. en P.V.D.A. nog niet te weten, al is hij enige tijd geleden bij de Paus op bezoek geweest.

Ketterij of niet, de leider van de 2de Kamer-fractie der P.V.D.A. is van mening dat hij van zelf bij de rooms-katholieken terecht komt, ‘als wij als democratische socialisten zoeken naar een groep, waarbij wij een beroep kunnen doen op dat gevoel voor verdraagzaamheid, innerlijke redelijkheid en menselijke gerechtigheid’.

Wij meenden dat de twee grootste politieke partijen elkaar hadden gevonden op nuchtere overwegingen en dat de P.V.D.A. in vertrouwen op de progressieve elementen in de K.V.P. in de regering was getreden. Nu ligt blijkbaar de aantrekkelijkheid van dit politieke huwelijk in een zekere zielsverwantschap, in zoiets als een stoelen op dezelfde wortel van levensopvatting. Dit is natuurlijk veel dieper en schoner. Alleen zouden wij nu nog zo graag iets meer willen weten van die verdraagzaamheid, die, naar wij meenden, de R.K. kerk principieel niet kent; en ook wat die innerlijke redelijkheid nu inhoudt. Wat de menselijke gerechtigheid betreft, zijn wij daar niet allemaal voor?

Wij hebben ons wel eens zorgen gemaakt over de geestelijke vrijheid voor het geval, dat de rooms-katholieke verdraagzaamheid en innerlijke redelijkheid de boventoon zouden voeren. Maar deze bezorgdheid is dus kennelijk lichtelijk psychotisch.

Kerk en staat in Afrika

Enkele weken geleden is in Antwerpen de zoon van een stamhoofd uit Urundi aangekomen om als eerste niet-blanke uit het onder Belgisch bestuur staande deel van Afrika de colleges te volgen aan de Koloniale Hogeschool. Dit feit is voor een van de Antwerpse bladen aanleiding geweest om drie dagen lang enkele kolommen te wijden aan een beschouwing over ‘L'admission des Noirs dans nos Universités’.

Allereerst onthult het blad, dat deze Congolees zijn vergunning om in

[pagina 735]
[p. 735]

België te studeren niet alleen te danken heeft aan het verzoek van zijn vader. De Belgische regering zou n.l. critiek in de Raad voor Trustbeheer van de U.N.O. op haar Afrikaans beleid verwachten, en zou nu met deze toelating een spectaculair gebaar willen maken, getuigend van vérziend beleid en grote liberaliteit.

De betreffende jongeman krijgt te horen, dat zijn kennis van de humaniora eigenlijk nog niet voldoende is om hem in staat te stellen universitaire studies te volgen. Als hij niet slaagt, krijgt hij psychische moeilijkheden, weet het blad heel diepzinnig te vertellen. Maar als hij wel slaagt, is het ook niet goed: dan wordt hij als enig afgestudeerde het voorwerp van heldenverering van zijn landgenoten. De enige oplossing lijkt ons dus, dat hij eeuwig student blijft.

Aan dit speciale geval worden leerzame algemene beschouwingen vastgeknoopt. In 1953 zullen de eerste Congolese gymnasiasten hun eindexamen doen. Het blad vindt het maar het beste, dat ze niet naar België komen: ze zouden maar uitgelachen worden en aan het communisme ten prooi vallen. Bovendien krijgen ze tengevolge van het klimaat t.b.c. Ze moeten dus in Afrika blijven. De Leuvense Universiteit zal dan in Congo een soort filiaal voor hen stichten, want - het spreekt vanzelf - alleen R.K. hoger onderwijs kan hen voorbereiden voor hun taak. Anders zouden de Belgen zich immers wel kunnen klaarmaken hun duurgekochte [!] posities in Afrika te verlaten. Er is nog een andere reden: R.K. hoger onderwijs zal zo goed aansluiten bij het M.O., dat nu mét het L.O. grotendeels aan R.K. missie en Protestantse zending wordt overgelaten. Hierdoor bespaart de Belgische staat jaarlijks de anders nauwelijks op te brengen som van ruim 30 millioen gulden, berekent het Antwerpse blad. Bovendien krijgt hij onderdanen, die door de kerk doordrenkt zijn met de plicht tot onvoorwaardelijke gehoorzaamheid aan de gestelde machten.

Een Belgisch missionaris heeft onlangs een boekje opengedaan, hoe de kerk aan haar schaapjes komt: ‘De protestanten zitten ons overal tussen de benen. Het kwam er dus op aan zo rap mogelijk de dorpen te bezetten’. Ja, ook de Protestanten zijn een gevaar voor orde en rust, want ze prenten de jeugd geen liefde en gehechtheid voor België in, wat een psychologisch klimaat schept, dat onverschillig, ja soms ongunstig tegenover België stemt.

We kunnen niet nalaten te signaleren, hoe in dit uranium-land van R.K. zijde godsdienst-politiek bedreven wordt ten behoeve van de koloniserende mogendheid. Zou de geschiedenis van de laatste halve eeuw nog geen voldoende waarschuwing vormen voor hen, die zich met een koloniaal systeem identificeren? Indonesiërs, die per gratie als proefkonijntjes middelbaar, en later hoger onderwijs ‘mochten genieten’, zullen nog meemaken, dat hun volk baas in eigen huis wordt. Wellicht zal de pas in Ant-

[pagina 736]
[p. 736]

werpen aangekomen student nog de souvereiniteits-overdracht aan zijn land beleven. Of denkt men soms, dat het van geen betekenis is, dat Pandit Nehroe in Amerika verklaard heeft: ‘Vele landen van Azië zijn in de familie der volken opgenomen; anderen zullen naar wij hopen weldra hun plaats innemen in die kring. Hetzelfde hopen wij voor de volken van Afrika. Dit proces moet snel verlopen, en Amerika en Europa zouden er goed aan doen, hun grote invloed en macht te gebruiken om het te bevorderen’.


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken