Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
De Nieuwe Stem. Jaargang 6 (1951)

Informatie terzijde

Titelpagina van De Nieuwe Stem. Jaargang 6
Afbeelding van De Nieuwe Stem. Jaargang 6Toon afbeelding van titelpagina van De Nieuwe Stem. Jaargang 6

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave



Genre

proza
poëzie
non-fictie

Subgenre

tijdschrift / jaarboek


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

De Nieuwe Stem. Jaargang 6

(1951)– [tijdschrift] Nieuwe Stem, De–rechtenstatus Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermd

Vorige Volgende
[pagina 668]
[p. 668]

Kort bestek

Toen en Nu

Aan de Universiteit van Amsterdam is eind September mej. L.P. Leuven tot doctor in de letteren en wijsbegeerte gepromoveerd op een proefschrift ‘De boekhandel te Amsterdam door Katholieken gedreven tijdens de Republiek’. Promotor was Prof. Romein.

Het boekje bevat het resultaat van een archiefonderzoek, dat, hoe zorgvuldig het ook gedaan mag wezen en hoezeer het onze kennis vermeerderd mag hebben, in een algemeen tijdschrift als dit geen vermelding zou verdienen, ware het niet dat er aan die beperking iets algemeens was ontsproten; iets algemeens dat o.i. een les inhoudt voor onze Katholieken.

Wat toch is het geval? Het blijkt, dat althans op dit gebied van achterstelling der roomsen door ‘die van de religie’ geen sprake is. Het enige punt waar een discriminatie valt aan te wijzen is dat er in het Amsterdamse gildebestuur geen Katholieken zitting hadden, maar dat lijkt meer het gevolg van de betrekkelijk bescheiden zaken der katholieke boeknijveren dan van een principiële houding der gereformeerden tegenover hun roomse collega's. In Den Haag immers waar alle boekzaken beperkt van op- en omzet waren, zijn roomse gildebestuurderen volstrekt geen ongewoon verschijnsel. In plaats van achterstelling en discriminatie zien we, om een voorbeeld te noemen, Suzanne Veselaers, de roomse weduwe van de protestantse uitgever Schippers, tezamen met de Jood Athias octrooi verwerven om protestantse Bijbels voor Engeland te drukken en daarheen uit te voeren.

De les dezer ontdekking lijkt ons deze: het gedrag van de Nederlandse mens werd ten tijde van de Republiek beheerst door het beginsel der verdraagzaamheid. Ook al zou dit bij tijd en wijle door winzucht moeten worden vertaald. En als dat zo was, waarom moeten dan nu de Katholieken alles op eigen gelegenheid, in eigen organisatie en met eigen bedoeling doen? Of willen soms de Katholieken, nu bewezen is dat zij door de moraal der andersdenkenden van destijds niet achter werden gesteld, bewijzen dat zij zichzelf bij de andersdenkenden van nu achterstellen in moraal om vóór te komen in macht?

Nationale hulde

Nederlandse afgevaardigden die enkele jaren geleden in Brussel een jubileum van de PEN-Club bijwoonden, zagen tot hun verrassing de officiële plechtigheid in niet minder dan de luisterrijke trouwzaal van het Raadhuis plaatsvinden. Begin October van dit jaar vond hier ook de huldiging

[pagina 669]
[p. 669]

plaats van de Vlaamse schrijver Stijn Streuvels, ter gelegenheid van zijn tachtigste verjaardag. Een waarlijk nationale huldiging. Onwillekeurig dachten wij dit om in Nederlandse toestanden. Zou het mogelijk zijn, dat er een groot Nederlands schrijver of dichter - en die zijn er toch wel, waren niet Boutens, Van Schendel, Couperus groot, en zijn niet Henriëtte Roland Holst en A. Roland Holst en Top Naeff groot! - werd gehuldigd in tegenwoordigheid van ministers, van de presidenten van Eerste en Tweede Kamer, van gezanten en verdere hoogwaardigheidsbekleders? Men glimlacht bij de gedachte. Niet om het dwaze ervan voor wie onze schrijvers kent maar om het onwaarschijnlijke ervan voor wie onze overheid kent. Een nationale hulde aan een Nederlands kunstenaar in de residentie, in de Ridderzaal? Is het te hoog gegrepen? Blijft het als hoge eer en uitzondering gereserveerd voor de ridderslag aan de fijnproevers van de wijn, waar de Ridderzaal niet mee ontwijd schijnt te worden? Te hoog gegrepen is het alleen zolang de overheid niet zo hoog te grijpen vermag in ons land, om een ridder van de geest op de eerste plaats in den lande te eren. Misschien is ons nationaal besef hiervoor nog te weinig geestelijk geaard. Misschien hebben wij doordat wij gespaard bleven voor een bittere taalstrijd als door onze Vlaamse stamgenoten zo lang gevoerd is moeten worden, nog niet genoeg geleerd wat het voor een volk betekent dat er daaronder zijn die in de taal tot het hart van de natie, tot de grond van de menselijke ziel vermogen door te dringen, en daarom dat volk representeren - welbegrepen dan ook - tot op de meest representatieve plaats, in het hart van het hart der residentie. En misschien heeft het onze overheid tot nog toe minder aan goede wil dan aan fantasie ontbroken, om bij bijzondere gelegenheden de dragers van 's lands cultuur ook zichtbaar de plaats te geven die zij in dat land onzienlijk immers innemen. Dan valt er niet te despereren!


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken