Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
De Nieuwe Belgische Illustratie. Jaargang 2 (1885-1886)

Informatie terzijde

Titelpagina van De Nieuwe Belgische Illustratie. Jaargang 2
Afbeelding van De Nieuwe Belgische Illustratie. Jaargang 2Toon afbeelding van titelpagina van De Nieuwe Belgische Illustratie. Jaargang 2

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (60.12 MB)

Scans (1363.93 MB)

ebook (52.94 MB)

XML (2.92 MB)

tekstbestand






Genre

proza
poëzie
non-fictie

Subgenre

tijdschrift / jaarboek


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

De Nieuwe Belgische Illustratie. Jaargang 2

(1885-1886)– [tijdschrift] Nieuwe Belgische Illustratie, De–rechtenstatus Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermd

Vorige Volgende

Een honderdjarige.

II.

Het is slechts 100 jaar geleden dat de aardappel in Frankrijk werd ingevoerd; maar men kende dit voedzame knolgewas reeds vroeger in België.

En mag men niet zeggen, dat sedert de invoering van dit kostbaar gewas, de hongersnood niet meer gekend geweest is: niettemin is die vreeselijke ramp, sinds dien toch zeldzamer geworden.

Trouwens, de ouderlingen, die geboren zijn in 't begin der tegenwoordige eeuw, zijn nog te wel indachtig hoe vreeselijk de hongersnood onze arme bevolking in de jaren 1817 en 1845 heeft geteisterd; maar het mislukken van den aardappeloogst was voor zeer veel in die schrikkelijke volksramp.

Aan den aardappel is het inderdaad te danken dat de hongersnood in Europa veel minder gewoed heeft dan in vroeger eeuwen; want de aardappel is het brood, en een overvloedig en gezond brood van den arme geworden.

Onzeggelijk is het wat Parmentier in Frankrijk al deed om zijne wederspannige medeburgers te overhalen zich met aardappelen te voeden en niettegenstaande al zijn pogen, zou hij er niet in gelukt zijn, had Lodewijk XVI den verachten knol niet onder zijne bescherming genomen.

Het plein van Sablons werd ter beschikking gesteld van Parmentier, en ondanks eenen onvruchtbaren grond, kwamen de aardappels er toch welig op, en den 25 Augustus 1785 bood Parmentier, in de Tuilerien, den koning ter gelegenheid van zijnen feestdag, eenen tuil aan van aardappelbloemen gemaakt. Terstond nam Lodewijk XVI een dier bloemen, en liet ze pronken in een knopsgat op zijne borst. Aardappelen werden aan de koninklijke tafel opgedischt, en in tegenwoordigheid van gansch het Hof, wenschte de koning er Parmentier geluk meê. Van dan af had de aardappel de vooroordeelen overwonnen.

Edoch Parmentier was nauwelijks 7 jaar oud toen de Belgen den knol, hedendaags zoo onontbeerlijk geworden, reeds vrij algemeen aten. De eerste invoerder bij ons van dat Amerikaansch gewas was Filip de Sivry, heer van Walhain, gouverneur van Bergen in de XVIde eeuw. De knollen, die door hem geplant werden in 1587, waren hem geschonken geweest door den gezant van den Paus te Brussel. Zij kwamen voort van degene, die door den monnik Hyronymus Cardanus in Italië werden gebracht.

Kanonik Fr. Vanstarbeek, die in de XVIde eeuw leefde, noemt de aardappelen, Peruanen van Papas; en deze Antwerpsche kruidkundige voegt er bij dat zij in Vlaanderen ge-

[pagina 243]
[p. 243]

kend zijn onder den naam van aardperen. Hij beveelt ze, gezien hunne gemakkelijke vertering, den menschen aan, die eene zwakke maag hebben.

Terwijl Vansterbeek er zich op toelegde om de teelt der aardappelen in de provincie Antwerpen te verbreiden, bracht Robert Clarke, een monnik, verdienstelijk Latijnsche poëet en vurige voorstander van den landbouw, den aardappel in de omstreken van Nieuwpoort aan, in 1620. Gekend doch weinig gewaardeerd, is het feit, dat in 1702 een Bruggeling, de landbouwer-hovenier Anton Verhulst, aardappelen in overvloed kweekte om ze kosteloos uit te deelen aan de leden van het Broederschap der ‘hoveniers,’ ingericht onder den naam van genootschap van Sinte-Dorothea.

Van dan af begon de aardappel in ons land wezenlijk burgerrecht te verkrijgen, en in 1740 verscheen hij in overvloed op de markten van Brugge. Toen, gelijk wij reeds hooger aanmerkten, was Parmentier nog maar 7 jaar oud. De verspreiding van den aardappel in ons West-Vlaanderen is dus vooral te wijten aan dien nederigen Brugschen landbouwer-hovenier, die zich voor België zoo verdienstelijk heeft gemaakt als Parmentier voor Frankrijk.


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken