Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
De Nieuwe Belgische Illustratie. Jaargang 5 (1888-1889)

Informatie terzijde

Titelpagina van De Nieuwe Belgische Illustratie. Jaargang 5
Afbeelding van De Nieuwe Belgische Illustratie. Jaargang 5Toon afbeelding van titelpagina van De Nieuwe Belgische Illustratie. Jaargang 5

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (66.29 MB)

Scans (1432.93 MB)

ebook (59.76 MB)

XML (2.82 MB)

tekstbestand






Genre

proza
poëzie
non-fictie

Subgenre

tijdschrift / jaarboek


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

De Nieuwe Belgische Illustratie. Jaargang 5

(1888-1889)– [tijdschrift] Nieuwe Belgische Illustratie, De–rechtenstatus Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermd

Vorige Volgende

Wijsgeerige gedachten.

Gij treurende, oude vrijsters! gij had vroeger behooren na te denken en te huwen. Waarlijk, indien de man, die zooveel te doen heeft: veroveringen - boeken - redevoeringen - verzen maken - dwaze streken van allerlei aard - onder zulke gewichtige verhinderingen geene bruiloft viert, zoo is hem zulks te vergeven; maar wanneer eene schoone, wier zwaarste werk is, verliefd te worden, het niet doet, wat zal men anders van haar maken, dan de volgende schets van haren toestand op haar een en zegtigste jaar?

Voorzeker dacht zij op haar zestiende jaar. dat zij haar geheel leven door zestien jaar zou blijven, dat de zomerkleederen en zomerhuizen der jeugd nooit koud en oversneeuwd zouden worden;... maar na weinige jaren staan allen, die met haar bloemen en sterren zochten, geheel veranderd en verwijderd op andere eilanden en zij blijft alleen weenende achter. Maar neen! geheel alleen niet. Wij willen een zuiveren inventaris maken van hetgeen haar nog overblijft op haar een en zestigste jaar: hare meiden - hare vrienden: twee oude speculanten op haar testament; zij tooit zich op in den nazomer van haar leven, maar niemand verheugt zich daarover dan hare modemaakster

[pagina 175]
[p. 175]

en in plaats van den echtgenoot, kan zij niemand plagen dan den huiskater die terstond knort en met den staart slaat; - in plaats van kinderen voedt zij: kanarievogels. En als zij nu na een mager, uitgedroogd leven, vol groote verveling en vol scherpe zuchten over iederen schoonen dag, welke niemand langer maakte, en over elken bewolkten dag, dien niemand verkortte; als zij nu eindelijk, als door winterkoude bevrozen, nederzinkt en eenzaam den laatsten adem uitblaast: ach, zoo verlaat zij eene aarde, waar alles zoo spoedig vergeet en vergeten wordt, onopgemerkt, en geen gade, geen zoon, geene dochter zegt: ‘ik vergeet u niet!’

 

***

 

Er bestaat, voor het menschelijk hart, geen roerender en verhevener schouwspel dan het tafereel van eene schoone vrouwelijke ziel, die met haar lijden strijdt, minder om het te overwinnen dan om het te verbergen, en die met halve tranen en onderdrukte zuchten het hart van anderen slechts zacht, niet hevig wil roeren.

 

***

 

Hoeveel onderscheid is er tusschen het lijden des zondaars en dat van den geloovigen Christen! Het eerste is eene maansverduistering, door welke de zwarte nacht nog wilder en zwarter wordt; het laatste is eene zonsverduistering, die den warmen dag verkoelt en beschaduwt, en waarin de nachtegalen beginnen te zingen.

 

***

 

Het ongeluk alleen te dragen is niet voldoende, men moet het ook van zich kunnen werpen. Wees den Salamander gelijk, die het vuur niet slechts verdraagt, maar ook uitbluscht, - doch niet den Turk, die slechts de kracht bezit, om gelaten zijn huis te zien verbranden, niet om het te helpen redden.

 

***

 

De verhevenste liefde is die, in welke de gunstbewijzen - niet koener maar blooder maken.


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken