Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
De Nieuwe Belgische Illustratie. Jaargang 8 (1891-1892)

Informatie terzijde

Titelpagina van De Nieuwe Belgische Illustratie. Jaargang 8
Afbeelding van De Nieuwe Belgische Illustratie. Jaargang 8Toon afbeelding van titelpagina van De Nieuwe Belgische Illustratie. Jaargang 8

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (46.63 MB)

Scans (716.27 MB)

ebook (39.26 MB)

XML (2.82 MB)

tekstbestand






Genre

proza
poëzie
non-fictie

Subgenre

tijdschrift / jaarboek


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

De Nieuwe Belgische Illustratie. Jaargang 8

(1891-1892)– [tijdschrift] Nieuwe Belgische Illustratie, De–rechtenstatus Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermd

Vorige Volgende

Wetenswaardig Allerlei.

Welk licht is het beste om bij te lezen?

- Het licht, dat het meest aan de natuur van het oog beantwoordt en dus ook het best is om bij te lezen, is het witte zonnelicht, dat men het zachtst en aangenaamst vindt onder den noordelijken hemel. Intusschen is toch goed kunstlicht ver te verkiezen boven slecht daglicht. Wat nu het kunstlicht aanbelangt, dit gaat aan twee euvels mank: vooreerst dat het niet zuiver wit is en ten tweede dat het niet gelijkmatig verlicht. Het eerste gebrek doet zich voor bij alle kunstlicht, uitgenomen bij electrisch kalklicht en bij magnesiumlicht. Gas straalt een bijzonder geel licht uit, maar toch is het bij het lezen aan te raden, als het gas van goede hoedanigheid en de vlam voldoende geregeld is. Ook de vlam van een goede petroleumlamp kan voor het oog geen kwaad. Maakt men van kaarslicht gebruik, dan is was aan te bevelen. Het licht der toekomst is ongetwijfeld het electrisch licht, welks voornaamste aanbeveling is dat het in zijn kleur, of liever in zijn gemis van alle kleur het daglicht het meest nabijkomt.

Een nuttige paardenvlieg. -

Zijn ten onzent de vliegen niet zelden een geweldige last voor de paarden, in Florida vindt men een vlieg, die terecht horse-guard, dat is paardenbeschermer genoemd wordt. Deze vlieg, een soort horzel, vervolgt onophoudelijk de paarden, niet om ze te steken, maar juist om alle vliegen te verdelgen, die de arme dieren kwellen. Het was misschien niet kwaad, als men dit insect naar de oude wereld kon overbrengen.

Bevroren vleesch. -

Meermalen is in den laatsten tijd het denkbeeld geopperd, vleesch uit Amerika of Australië door kunstmatige bevriezing in goeden staat te houden. Volgens de onderzoekingen echter van zekeren Dr. Sedgwick is bevroren vleesch lang zoo voedzaam niet als dat van versch geslachte beesten. Toen voor de Engelsche troepen bevroren vleesch uit Australië gebruikt werd, moest daarvan een tiende meer uitgereikt worden dan van het versche vleesch om dezelfde voedingskracht te verkrijgen.

Middel tegen slapeloosheid. -

Een Fransch physioloog wil ontdekt hebben, dat een met hop gevuld hoofdkussen menschen, die aan slapeloosheid lijden, onfeilbaar aan den dikwijls zoo vurig verlangden slaap helpt en tegelijk het sterke droomen tegengaat.

Amerika en Europa. -

De groote meerderheid der geologen zijn van meening, dat in een niet te bepalen tijdstip, waarschijnlijk echter samenvallende met de nieuwere periode der aarde, de beide vastelanden, Europa en Amerika, tot op zekere hoogte vereenigd zijn geweest.

Wanneer men echter alleen acht geeft op de breedte van den Atlantischen Oceaan, die Europa van Amerika scheidt, zooals zij naar de gewone overtochten berekend wordt, dan zal het niemand in de gedachten komen, aan een vereeniging der beide werelddeelen in de huidige geologische periode der aarde te denken. Daarentegen zal die bewering volstrekt niet vreemd klinken, wanneer men den blik wendt naar de noordelijke streken aan beide zijden van den Oceaan. Wanneer men zich een lijn getrokken denkt van de eilanden ten noorden van Schotland naar de Faroër, van de Faroër naar IJsland, van IJsland naar Groenland, van Groenland naar Labrador, door de met eilanden en eilandjes bezaaide straat Davis, vindt men een schakel van vaste punten, die slechts door zeeën van weinig omvang en op sommige plaatsen van vrij geringe diepte worden onderbroken. Grondverschuiving en verzakking, en niet minder erosie of afbrokkeling der kusten hebben landstreken gescheiden, die één waren in vroeger eeuwen, toen reeds de levende natuur dezelfde was als heden ten dage.

De toepassing der natuurlijke historie op de natuurkundige aardrijkskunde en de geschiedenis der aarde stelt deze bewering in het volle licht. De flora en fauna van Noord-Amerika zijn door essentieele trekken van die van Europa onderscheiden. Dit feit doet de overplanting van tal van familiën en soorten uit beide rijken uit Europa in Amerika te beter uitkomen, en geen twijfel blijft als net ware over, wanneer men de hoedanigheid en hoeveelheid der die en en planten beschouwt, die Europa en Amerika gemeen hebben.

Verscheidene anemonen-soorten van het noorden van Europa zijn onder de plantengroei van Noord-Amerika gemengd.

Hetzelfde is het geval met verschillende kruisbloemigen en violen, en voor verscheidene soorten van de familie der nagelbloemen.

De basilicum der Alpen bloeit in Canada. Onder de rosaceae of rozensoorten zijn tal van

[pagina 32]
[p. 32]

soorten uit de noordelijke gewesten van Europa en uit onze Alpenstreken, die in Noord-Amerika gevonden worden: de geitenbaarden, ganzeriken en andere. Men vindt er in menigte wederiken, steenbreken, kamperfoelie, in het bijzonder de beroemde linnea borealis, verschillende soorten van heideplanten en de rhododendron van Lapland, terwijl ook de sleutelbloemen den weg naar Amerika gevonden hebben. De familiën van de helmkruidachtigen, der lipbloemigen en der gentianen zijn eveneens in de Nieuwe Wereld door overeenkomstige soorten als in Europa vertegenwoordigd. Wat den boomgroei betreft, worden de elzen, wilgen, jeneverstruiken en iepen in de koude en gematigde luchtstreek van Noord-Amerika aangetroffen.

Indien men de gras- en varensoorten, die overal gevonden worden, buiten rekening laat, kan men planten opnoemen, die niet geschikt zijn om de zee over te steken, als de orchideeën of standelkruidigen en de liliaceeën of leliebloemigen, die in Noord-Amerika inheemsch geworden zijn.

Ook de zoo talrijke insecten- en visschenwereld wijst in honderden voorbeelden aan, dat het Noorden van Europa en Amerika in vroeger eeuwen gemeenschap met elkaar gehad hebben.

Paardenvleesch.-

Het verbruik van paardenvleesch neemt snel toe. Te Brussel worden in één maand van 110 tot 130 paarden geslacht, dat is tweemaal zooveel als in 1886. Te Charleroi, te Luik en te Verviers worden er wekelijks van 50 tot 60 opgegeten. De Engelschen willen er zelf niets van weten, maar sturen toch honderden exemplaren naar het vasteland. Te Parijs worden maandelijks 800, te Toulouse jaarlijks 4000 en te Berlijn gemiddeld tusschen de 6 en 7000 paarden geslacht.


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken