Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
De Nieuwe Belgische Illustratie. Jaargang 9 (1892-1893)

Informatie terzijde

Titelpagina van De Nieuwe Belgische Illustratie. Jaargang 9
Afbeelding van De Nieuwe Belgische Illustratie. Jaargang 9Toon afbeelding van titelpagina van De Nieuwe Belgische Illustratie. Jaargang 9

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (49.12 MB)

Scans (797.61 MB)

ebook (41.52 MB)

XML (2.94 MB)

tekstbestand






Genre

proza
poëzie
non-fictie

Subgenre

tijdschrift / jaarboek


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

De Nieuwe Belgische Illustratie. Jaargang 9

(1892-1893)– [tijdschrift] Nieuwe Belgische Illustratie, De–rechtenstatus Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermd

Vorige Volgende

Bij de Platen.

De minne. -

De vermelding van den roemrijken naam van Frans Hals onder dit kranige stuk mag zeker wel overbodig heeten. Ieder die maar ooit in een onzer museums een dier levende koppen van den Haarlemschen meester gezien heeft, herkent op het eerste gezicht hier zijn arbeid. Aldus de natuur weer te geven in forsche, sobere penseelstreken, met nooit missende vastheid van hand op het doek gebracht, aldus de figuren te doen leven en spreken, als traden ze uit de lijst naar voren, dat kon alleen Frans Hals.

Het prachtige doek, waarvan dit nummer een welgeslaagde reproductie biedt, mag onder de merkwaardigste van den meester gerekend worden. Zooals men weet, was niemand meer dan de flinke, ronde Frans Hals een vijand van het zoogenaamd ‘gelikte.’ Zijn koppen zijn over het algemeen breed geborsteld; terwijl Rembrandt, met die fijne, bijna ziekekelijke kunstenaarsgevoeligheid, waardoor hij geheel onder onze modernen thuishoort, honderdmaal over dezelfde plaats heenstreek, schilderde Hals dadelijk raak. Welnu, het hier weergegeven tafereel bewijst toch dat ook hij, als hij wilde, fijn en zorgzaam acheveeren kon. Zie dat gebloemde japonnetje van het kind, die kanten muts en kraag, die borduursels op borst en mouwen, - 't is alles weergegeven met een gevoel voor het teer-mooie in die kleinigheden, die men bij een kerel als Hals haast niet zou verwachten en met een nauwkeurigheid, die aan photographie doet enken.

's Avonds thuis. -

Waar kan men beter zijn dan - bij zijn beste vrienden? vraagt het liedje. Wij zouden liever zeggen: dan 's avonds thuis. Ten minste als men het geluk heeft, zoo'n gezellig thuis te hebben, als de rijk gezegende huisvader op ons bevallig schilderijtje. Vrouw en kinderen zijn trouwens ook zijn beste vrienden, al wil het liedje ons doen gelooven dat de man die bij voorkeur zou te zoeken hebben in de gezellen, met wie hij in de sociëteit onder het genot van een fijne flesch een vroolijken avond doorbrengt. Zoo'n fuifavondje mag hem voor een keer eens prettig door mekaar schudden, op den duur zal hij zich nergens genoeglijker en behaaglijker voelen dan thuis bij moeder de vrouw en zijn lieve kinderen. Zie maar eens met wat vaderlijke belangstelling hij vrouwlief gadeslaat, terwijl ze bezig is zijn jongsten telg pap te voeren; hij vergeet er zijn krant bij. Het aardige groepje en de jonge lachende moeder tusschen haar blozend kroost, zacht door het vriendlijk lamplicht beschenen, is dan ook onweerstaanbaar van bekoorlijkheid. Terwijl de kleintjes om de moeder hangen, amuseeren de twee grootste zich met den hond, die als de geboren trouwe vriend van den mensch in zoo'n gelukkig huishouden niet mankeeren mag.

Stilleven in het spreekkamertje. -

In tegenstelling met den hond, die zich het liefst in gezelschapt beweegt, heeft de poes dit eigenaardige, dat ze zich graag op haar eentje zit te koesteren. Daarvoor kan ze dan soms al heel wonderlijke hoekjes uitkiezen, getuige het jonge katje op het aardige stilleven van de Duitsche schilderes Anna Oswald. Het oolijke diertje schijnt zich bijzonder prettig te voelen in den hoed, door een bezoeker in het spreekkamertje achtergelaten, en kijkt met zijn schrander kopje zoo snugger over den rand als een kanselredenaar over de leuning van het spreekgestoelte.


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken