Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
De Nieuwe Belgische Illustratie. Jaargang 9 (1892-1893)

Informatie terzijde

Titelpagina van De Nieuwe Belgische Illustratie. Jaargang 9
Afbeelding van De Nieuwe Belgische Illustratie. Jaargang 9Toon afbeelding van titelpagina van De Nieuwe Belgische Illustratie. Jaargang 9

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (49.12 MB)

Scans (797.61 MB)

ebook (41.52 MB)

XML (2.94 MB)

tekstbestand






Genre

proza
poëzie
non-fictie

Subgenre

tijdschrift / jaarboek


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

De Nieuwe Belgische Illustratie. Jaargang 9

(1892-1893)– [tijdschrift] Nieuwe Belgische Illustratie, De–rechtenstatus Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermd

Vorige Volgende

Wetenswaardig Allerlei.

Koninklijke koks en keukenmeiden. -

Ondanks de kookscholen voor dames, die in den laatsten tijd zijn opgericht, is het van algemeene bekendheid dat onze grootmoeders over het algemeen veel beter in de keuken thuis waren dan de nieuwmodische huisvrouwen. Zij waren wel niet zoo sterk op de piano, en wisten van geen literatuur of kunst te praten, maar zij waren gewoonlijk in het bezit van enkele voortreffelijke recepten voor de keuken, die de vreugde uitmaakten van het heele huishouden.

En niet alleen burgerlijke huismoeders wisten in den ouden tijd met den pot om te gaan; neen, koninginnen en keizerinnen gaven het voorbeeld. Marie Antoinette bakte op Trianon tulbanden, die met de beste konden wedijveren. Keizerin Josephine nam ijverig de zorg voor haar huishouden waar en had uit de koloniën het recept voor zeker soort van confituren meegebracht, die zij opzettelijk voor den eersten consul klaarmaakte, daar hij er bijzonder op verlekkerd was.

De geschiedenis van den laatsten tijd kan ook enkele vorstelijke beoefenaarsters der kookkunst aanwijzen. Keizerin Elisabeth van Oostenrijk gaat groot op haar bedrevenheid in het bakken van pasteien. Haar dochter, de aartshertogin Valeria, is in alle geheimen van de keuken doorgedrongen. Koningin Victoria heeft een bijzonder zwak voor omeletten en heeft daarvoor een eindelooze verscheidenheid van recepten. Haar schoondochter, de prinses

[pagina 352]
[p. 352]

van Wallis, munt uit in het zetten van thee en het klaarmaken van boterhammen.

Ook verscheidene koningen uit den ouden tijd acht en het niet beneden zich, tot de keuken af te dalen. Lodewijk XIII was een uitstekende kok en vooral handig in het lardeeren. Hij had ook veel liefhebberij in het kweeken van vogels en in tuinwerk en wist als een bekwaam handwerksman leer, hout en ijzer te bewerken. Daartoe bepaalde zich zijn kunstvaardigheid nog niet: als leerling van Vouet, had hij het binnen korten tijd in het pastelteekenen tot een redelijke hoogte gebracht en maakte een goedgelijkend portret van zijn geliefkoosden schildknaap. In zijn verloren oogenblikken componeerde hij muziek of schoor den dienaren van het paleis den baard af. Op zekeren keer kreeg hij in het hoofd ze allemaal kaal te scheren en liet hun alleen een klein vlokje haar aan de kin. Alleen Richelieu, met wien niet te gekscheren viel, ontkwam aan die algemeene scheerpartij.

Onder Lodewijk XIV werd er bijzonder werk gemaakt van de tafel; zelf had de groote koning daar niet het minste talent voor, maar de aanzienlijkste dames van het hof versmaadden het niet, zich met den pot te bemoeien. Madame de Maintenon is bekend als de uitvindster der côlelettes en papillottes, terwijl aan de prinses Conti de eer toekomt der uitvinding van het carré de mouton. Op haar buitenverblijf der Rochers roerde madame de Sevigné met haar aristocratische vingers het beslag voor overheerlijke wafels, waarop zij haast even trotsch was als op haar vermaarde Brieven, die anders duidelijk blijken geschreven te zijn met het doel om aan het hof genoten te worden.

Lodewijk XVIII verwaardigde zich wel, les te nemen van den beroemden kok Carême en mocht zich eens diens lofspraak verwerven wegens de leerzaamheid, die hij toonde in het opvolgen van zijn kostbare wenken.

Groot liefhebber van mosselen, had hij aan Talleyrand een recept geleerd voor een Cayenne-pepersaus, waardoor de smaak van dat gerecht nog bijzonder verhoogd kon worden. Eens dat Talleyrand den koning enkele opmerkingen meedeelde van diens keukenmeester, zei de vorst: ‘Carême. heeft gelijk, maar ik ben bang dat ik in den eersten tijd geen minister van de openbare keuken zal kunnen benoemen.’

In dezen slechten tijd! -



illustratie
fazant in de vlucht, naar de teekening van s. neale.


De jaarlijksche uitgaven van den sultan van Turkije worden op niet minder dan 72 millioen gulden geschat. Hiervan komen 18 millioen alleen voor de kleeding der vrouwen van den Grooten Heer en bij de 70 000 gulden voor zijn eigen garderobe. Verder gaan er 18 millioen heen aan geschenken van allerlei aard, 12 millioen vormen een klein zakgeld en 12 millioen kost ook de tafel van het paleis. Daarbij moet intusschen in overweging worden genomen, dat binnen de muren van het paleis ongeveer 1500 personen een weelderig leventje leiden.

Metalen huizen. -

Het metaal der toekomst, zooals het aluminium dikwijls en niet zonder recht genoemd wordt, heeft zich nu ook bij de bouwkunst een plaats veroverd. In Amerika worden bij het bouwen van nieuwe huizen reeds dikwijls versieringen uit aluminium aangebracht, en te Chicago is men thans bezig den gevel van een kolossaal nieuw gebouw met aluminium-platen te beleggen. Als het gereed is, moet het gebouw het voorkomen hebben van een burcht, uit vierkante blokken zilver opgetrokken, Dat zal zeker het effect maken van een paleis uit de ‘Duizend en een nacht.’

Het weenen der dieren. -

De dieren bezitten alle noodige vereischten om te weenen, evenals zij ook de physieke voorwaarden om te lachen bezitten. De hond, het paard, de olifant, de beer, de rat, de ezel, het muildier, verschillende soorten van herten, de chimpansee, de mandril en andere apen, het rund, de kameel en de giraffe vergieten tranen, wanneer ze verdriet hebben. Apen weenen bij ziekten en bedrogen verwachtingen, de olifant, wanneer hij gevangen gehouden wordt, het hert, wanneer het zijn vervolgers niet meer ontkomen kan. De reizigster Burton verhaalt, dat zij in de Syrische woestijn tranen heeft zien stroomen langs de wangen van dorstige kameelen. Een muildier, dat door een langen spijker aan den voet gewond was, toonde een gezicht, waarop smart en vertwijfeling te lezen stond; tranen ontsprongen zijn oogen. Livingstone verhaalt van een soko, die, indien hij niet als een kind op den arm genomen werd, zoodra hij daartoe den wensch te kennen gaf, in het bitterste schreien uitbrak. Dr. Boerlage schoot op Java een apin uit een boom. Met haar jong in haar armen, viel zij naar beneden en stierf onder het vergieten van overvloedige tranen. Een door een geweerschot gewonde giraffe vond men eveneens met tranen in de oogen. Gordon Cumming spreekt van groote tranen, die uit de oogen van een stervenden olifant stroomden.


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken