Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
De Nieuwe Belgische Illustratie. Jaargang 10 (1893-1894)

Informatie terzijde

Titelpagina van De Nieuwe Belgische Illustratie. Jaargang 10
Afbeelding van De Nieuwe Belgische Illustratie. Jaargang 10Toon afbeelding van titelpagina van De Nieuwe Belgische Illustratie. Jaargang 10

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (47.07 MB)

Scans (770.13 MB)

ebook (40.56 MB)

XML (2.82 MB)

tekstbestand






Genre

proza
poëzie
non-fictie

Subgenre

tijdschrift / jaarboek


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

De Nieuwe Belgische Illustratie. Jaargang 10

(1893-1894)– [tijdschrift] Nieuwe Belgische Illustratie, De–rechtenstatus Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermd

Vorige Volgende

Bij de Platen.

Regina Coeli. -

Bij den aan vang der Meimaand, aan de Koningin des Hemels gewijd, nu in alle katholieke gezinnen de beelden der Moedermaagd met licht en bloemen worden versierd, mag ook in onze Illustratie de beeltenis van Maria niet ontbreken. Wij geven ze de eereplaats op de eerste bladzijde van het nummer, dat onze Mei-aflevering opent.

Het door ons gekozen beeld is een welgeslaagde groep in terra-cotta van den gunstig bekenden Franschen meester Itasse en zal ongetwijfeld met genoegen worden beschouwd. Ofschoon eenigszins afwijkend van de zuiver klassieke tradition en blijkbaar geïnspireerd door de werken der meesters uit de achttiende eeuw, mag het een gelukkige en treffende compositie genoemd worden.

Wij aanschouwen de Koningin des Hemels, hoog tronend boven de wolken, met een rijken diadeem van sterren gekroond, en van engelen

[pagina 359]
[p. 359]

omstuwd, die juichend om haar voeten zweven. Een dier engelen, in biddende houding, met gevouwen handen aan den voet des troons geknield, schijnt haar de gebeden over te brengen, die van de aarde tot haar opstijgen. Minzaam neigt de Koningin des Hemels het oor tot dit gebed en ziet met moederlijke teederheid op de wereld beneden haar neer, terwijl het Goddelijk Kind, op haar voorbede, zegenend de handjes uitbreidt om de schatten zijner genade over de biddende en lovende menschheid uit te storten.

Onzes Heeren Hemelvaart. -

Na een werk van den beitel weer een van het penseel. Straks een op de wolken tronende Madonna, nu een glorierijk ten hemel varende Christus. De vergelijking tusschen beide kunstwerken doet ons van zelf de opmerking maken dat het penseel toch beter dan de beitel geschikt is voor dergelijke onderwerpen, die een min of meer zwevende voorstelling vorderen.

De beeldhouwer is aan de zwaarte van zijn materiaal en het monumentaal karakter zijner kunst gebonden: een beeld moet vaststaan op zijn voetstuk, of het mist de waardige rust, die een onmisbare eisch is voor de schoonheid.

De schilder daarentegen kan zijn figuur los in de ruimte laten zweven, in vrije beweging, met fladderende drapeering, en hij heeft voor den achtergrond van lucht en wolken al de kleuren en tinten van een rijkgeschakeerd palet tot zijn beschikking. Vandaar dat de heidensche oudheid, die het stoffelijke vergoodde, haar hoogste uitdrukking kon vinden in de beeldhouwkunst, terwijl de christelijke kunst, die geheel op het onstoffelijke gericht is, haar hoogste triomfen vierde in de werken van het penseel.

Het tafereel van den Duitschen kunstenaar G. Biermann sluit zich waardig aan bij de talrijke scheppingen der christelijke meesters, die gepoogd hebben ons in lijnen en kleuren het glorieuze en triomfeerende van de Hemelvaart onzes Heeren af te malen.

Vooral de uitdrukking van het edele gelaat treft ons door het lichte waas van weemoed, over de verheerlijkte trekken gespreid. Het is of de zegevierende Christus op het oogenblik dat Hij, na Zijn goddelijke zending op aarde te hebben volbracht, weer ten hemel stijgt om de glorievolle plaats aan de rechterhand Zijns vaders te hernemen, toch slechts noode afscheid neemt van de aarde, waar Hij zoo lange jaren heeft rondgewandeld en waar Hij den bittersten strijd volstreden heeft. Al de liefde, waarmee Hij de Zijnen heeft bemind, straalt uit dien laatsten blik op de geliefde leerlingen neer, die Hij achterlaat en die Hem met smachtende oogen nastaren.

De voorgevel van de wereldtentoonstelling te Antwerpen. -

Dit jaar zal het weer de beurt van Antwerpen zijn, om landgenoot en vreemdeling binnen zijn muren samen te roepen tot het beschouwen van de vorderingen, door nijverheid, wetenschap en kunst in het jongste tijdperk alweer gemaakt, en blijkende uit de producten van den arbeid der heele wereld, hier voor aller oogen tentoongesteld.

Die tentoonstellingen volgen anders in de laatste jaren zoo snel op elkaar dat de eene vrijwel een herhaling is van de andere. Intusschen blijft een dergelijke wereldkennis nog altijd een groote aantrekkelijkheid behouden voor de bezoekers, die dan ook niet uitsluitend komen om de gemaakte vorderingen te constateeren. En over het algemeen wordt er wel gezorgd, dat het bij zoo'n gelegenheid niet ontbreekt aan feesten, vertooningen en vermakelijkheden, geschikt om de liefhebbers te boeien.

Beginnen de wereldtentoonstellingen zoo zachtjes aan op elkander te lijken als de verschillende kermissen of jaarmarkten, dan komt dit natuurlijk allereerst uit in de gebouwen. Niemand zal zeggen dat de voorgevel van het hoofdgebouw der tentoonstelling te Antwerpen, waarvan wij in dit nummer een afbeelding geven, bijzonder door oorspronkelijkheid uitmunt. Die hooge koepel, geflankeerd door een paar torens, met reusachtige koningskronen gedekt, de breede ingangspoorten en trappen, - dit alles komt ons bekend voor. De vooruitstekende scheepssnebben aan weerszijden herinneren zelfs sterk aan een dergelijke versiering, aan den voorgevel der vorige Antwerpsche tentoonstelling aangebracht.

Maar wat den omvang der afmetingen en den rijkdom der uitvoering betreft, doet dit gebouw zeker voor dat van 1885 niet onder, en te oordeelen naar hetgeen daarover in de dagbladen te lezen staat, belooft deze Antwerpsche wereldtentoonstelling nog wel zoo belangrijk te worden als haar voorgangster van negen jaren terug.

Graaf Maurits de Ramaix. -

De naam van graaf Maurits de Ramaix, secretaris-generaal van het uitvoerend comité, is onafscheidelijk van de Antwerpsche wereldtentoonstelling. Aan zijn bemoeiingen toch is het te danken, dat Antwerpen heeft gezegevierd in den wedstrijd met Brussel, dat evenzeer naar het voorrecht dong, de wereldtentoonstelling binnen zijn muren te zien. Door zijn werkzaamheid en wilskracht heeft hij weten te verkrijgen dat de regeering zich voor Antwerpen verklaarde en minister Beernaert een subsidie van 300.000 fr. voor de onderneming toezeide.

Als secretaris-geheraal van het uitvoerend comité en als commissaris-generaal voor de buitenlandsche afdeelingen heeft hij zich voor de tentoonstelling reeds bijzonder verdienstelijk gemaakt en het is te verwachten dat Antwerpen dit jaar van den ijverigen man, ook om zijn gewichtige en talrijke relatiën in het buitenland, nog veel dienst zal hebben.



illustratie
graaf maurits de ramaix,
secretaris-generaal van het uitvoerend comité der Wereldtentoonstelling te Antwerpen.


Toch is graaf Maurits de Ramaix geen ‘Antwerpsche jongen.’ zooals het in 't gemoedelijk Vlaamsch idioom der Scheldestad heet. Hij is Brusselaar van geboorte en omstreeks veertig jaar oud. Na schitterende studiën te hebben gemaakt, die met het doctoraat in het recht en in de staatswetenschappen werden bekroond, trad hij in 1871 in de diplomatieke loopbaan. Achtereenvolgens werd hij legatieraad te Constantinopel, Weenen, Parijs, St.-Petersburg, 's-Gravenhage en Teheran, waar hij op eervolle wijze zijn vaderland diende, tot hij eindelijk werd verbonden aan het ministerie van Buitenlandsche Zaken.

Van zijn vacanties maakte hij gebruik tot het doen van groote reizen; zoo bezocht hij niet alleen de voornaamste deelen van Europa, maar vertoefde ook in Algiers, Marokko, den Caucasus enz, overal de economische en commercieele toestanden bestudeerend voornamelijk met het oog op de belangen, die de Belgische handel en nijverheid daarvan konden trekken.

De heer de Ramaix heeft over de economische en maatschappelijke vraagstukken verschillende belangrijke werken geschreven, waardoor de algemeene aandacht op hem werd gevestigd. Sedert hij de diplomatieke loopbaan heeft vaarwel gezegd, heeft hij zich voornamelijk op sociaal gebied bewogen, en in Juni van het vorig jaar tot volksvertegenwoordiger voor Antwerpen verkozen, behandelde hij in zijn eerste redevoering het vraagstuk der arbeiderswoningen. Ook in koloniale aangelegenheden is de heer de Ramaix allerminst een vreemdeling, gelijk blijkt uit verschillende verhandelingen, daarover door hem in geleerde genootschappen gehouden.

Ter belooning voor de verschillende diensten, door hem als diplomaat bewezen, schonk de koning hem een jaar of zes zeven geleden het ridderkruis der Leopoldsorde, terwijl hij ook door verschillende vreemde mogendheden met onderscheidingen werd vereerd.

De keuze van graaf de Ramaix als secretarisgeneraal van het uitvoerend comité der wereldtentoonstelling is te Antwerpen met groote voldoening vernomen. Door zijn huwelijk met de dochter van den overleden senator De Meester is hij met de eerste Antwerpsche families vermaagschapt. Maar wat meer zegt, naar aller gevoelen vereenigt hij in zich de noodzakelijke vereischten voor de moeilijke taak, die hem is opgedragen, daar hij aan de omzichtigheid en den tact van den diplomaat een groote kennis van menschen en zaken alsmede beslistheid van handelen paart.

De nieuwe minister-president van Engeland. -

Al maakten de hooge leeftijd van Gladstone en het verwerpen van het home-rule-ontwerp het begrijpelijk, dat de grijze staatsman, althans als eerste minister, het staatkundig terrein verliet, toch hebben velen zich over zijn aftreden verwonderd.

De opgegeven reden van verzwakking van het gezichtvermogen, wordt dan ook als niet meer dan een voorwendsel beschouwd. Hoe dit ook zij, Gladstone legde het gewichtige en zware ambt van minister-president neer, en zijn erfenis werd aanvaard door lord Rosebery, dien hij zelf aan de koningin daarvoor had aanbevolen.

De nieuwe premier is een nog betrekkelijk jong man, hij is pas 46 jaar oud. Met sir Robert Peel is hij de eenige, die, onder de regeering van koningin Victoria, op zoo jeugdigen leeftijd, tot deze hooge waardigheid geroepen werd. De overige premiers waren bij het aanvaarden van hun ambt veel ouder, zoo lord Salisbury, die 55, Gladstone die 59, Disraeli, die 63, lord Aberdeen, die 68, en lord Palmerston, die zelfs 71 jaar oud was. Hoe jong dan ook, toch heeft lord Rosebery op staatkundig gebied zijn sporen al lang verdiend. Van 1881 tot 83 was hij staatssecretaris van Binnenlandsche Zaken, en in 1886 minister van Buitenlandsche Zaken, met welk ambt hij zich in 1892. bij de vorming van het nieuwe kabinet Gladstone opnieuw belastte. Daar de oude Engelsche traditie wil, dat de minister-president eerste lord van de schatkist is, heeft Rosebery dienovereenkomstig zijn portefeuille van Buitenlandsche Zaken overgegeven, en wel aan lord Kimberley, die vroeger minister voor Indië was.

Lord Rosebery wordt algemeen als een warm aanhanger van het Drievoudig Verbond beschouwd, wat, zooals men weet, niet het geval was met Gladstone, die op nogal goeden voet met Frankrijk stond.

Toch zal waarschijnlijk het optreden van Rosebery geen invloed uitoefenen op Engelands buitenlandsche staatkunde, die zich tot dusver enkel door redenen van eigenbelang en opportuniteit heeft laten leiden.

Of lord Rosebery met dezelfde warmte als Gladstone de belangen van Ierland zal behartigen, zal niemand met een volmondig ja durven beantwoorden. Het home-rule-ontwerp is alvast achterbaks geschoven, en het kan misschien lang duren eer het weer aan de orde gesteld wordt.

Hierdoor heeft Rosebery zich dan ook al de sympathie van veel Ieren vervreemd, die met wantrouwen de premier-verwisseling hebben gadegeslagen en vreezen, dat Rosebery's hart voor hen niet zoo warm klopt als dat van den onvergetelijken Gladstone. Moge deze vrees beschaamd en nog onder de regeering van lord Rosebery de vrijmaking van Ierland een feit worden.

Dan kan hij er op rekenen, dat zijn naam met die van Engelands beroemdste staatslieden als Pitt, Beaconsfield en Gladstone, zelfs door het verste nageslacht in één adem zal genoemd worden.

Het kapelletje aan den weg. -

Die kapelletjes aan den weg zijn in de katholieke streken een treffende verrassing voor den eenzamen wandelaar, die opeens door den aanblik

[pagina 360]
[p. 360]

van een kruis of Mariabeeld, door de vrome landlieden met bloemen gesierd, wordt uitgenoodigd een oogenblik daar neer te knielen en het hart te verheffen tot God. Die kapelletjes zijn meerendeels heel oud en dat geeft er iets bijzonder eerbiedwaardigs aan. Gewoonlijk ligt aan hun stichting de een of andere treffende geschiedenis ten grondslag, door de overlevering van de bewoners der streek bewaard. De godsdienstige herinneringen, aan zulk een kruis of heilighuisje verbonden, maken het bijzonder dierbaar aan de geloovigen, die, al is het ook nog zoo vervallen, er niet licht aan denken zullen het oude kapelletje door een nieuw te vervangen. Dit zou in hun oog een soort heiligschennis zijn; hun ouders en grootouders hebben in dat nederige heiligdom hun gebeden gestort; ook zij willen er bidden aan den voet van het vereerde en verweerde beeld, dat hun als den beschermgeest der streek vertegenwoordigt.


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken