Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
De Nieuwe Belgische Illustratie. Jaargang 11 (1894)

Informatie terzijde

Titelpagina van De Nieuwe Belgische Illustratie. Jaargang 11
Afbeelding van De Nieuwe Belgische Illustratie. Jaargang 11Toon afbeelding van titelpagina van De Nieuwe Belgische Illustratie. Jaargang 11

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (43.53 MB)

Scans (730.60 MB)

ebook (37.02 MB)

XML (2.79 MB)

tekstbestand






Genre

proza
poëzie
non-fictie

Subgenre

tijdschrift / jaarboek


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

De Nieuwe Belgische Illustratie. Jaargang 11

(1894)– [tijdschrift] Nieuwe Belgische Illustratie, De–rechtenstatus Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermd

Vorige Volgende

Allerlei

Nog eens de bliksemafleider.

- Naar aanleiding van een stukje over dit onderwerp in No. 45 van den vorigen jaargang, ontvangen wij van een onzer lezers, die daar blijkbaar een bijzondere studie van gemaakt heeft, nog de volgende opmerkingen, waaraan wij ten gerieve van belanghebbenden hier gaarne plaats verleenen:

‘De afleider moet zooveel mogelijk verbonden worden met groote metaaloppervlakten in de gebouwen, als dakgoten, zinken daken, leidingen en réservoirs voor gas en water enz. Het waarom daarvan ligt duidelijk in de theorie: de bliksemafleider dient om het gebouw en den grond, waarop dit staat, te neutraliseeren; door de opvangstang vereenigt zich - meestal langzaam, geleidelijk en zonder vonk - de electriciteit van gebouw en grond met die der wolk. De wolk wordt daardoor onschadelijk voor de gebouwen, waarboven ze zweeft.

Mocht in enkele gevallen de ontlading plotseling geschieden, - inslaan van den bliksem - dan hangt het hoofdzakelijk van het geleidingsvermogen des afleiders en van de deugdelijkheid der grondverbinding af, of er ongelukken komen of niet. Is bijv. de grondverbinding niet goed, en komt er een zware ontlading, dan zal de bliksem onderweg licht van den afleider overspringen op groote metaalmassa's. Zijn zulke metaalmassa's in goed geleidend verband met den grond (vochtige aarde), dan wordt de sprong meer waarschijnlijk. En treft nu de bliksem in dien sprong brandbare stoffen, dan veroorzaakt hij meestal brand.

Had men nooit een plotselinge ontlading te duchten, dan was een dunne metaaldraad evengoed als een dikke kabel. Wijl evenwel dunne draden meer weerstand aan den electrischen stroom bieden dan dikke en zich dus bij doorgang van de electriciteit te sterk verwarmen, kunnen die dunne draden in zulk geval licht smelten en brand veroorzaken. Daarom neemt men wijselijk een flinken draad of kabel van goed geleidend metaal.’

Den geachten inzender dezer belangrijke aanvulling betuigen wij voor zijn belangstelling hartelijk dank.

Het reinigen van zwarte vilten hoeden.

- Ook hoeden hebben eenmaal hun dienst gedaan. Als ze leelijk en vet zijn geworden (met permissie) worden ze afgedankt en weggeworpen. Toch bestaat er nog een middel om ze schoon te maken. Hiertoe neme men twee deelen water met één deel geest van salmiak, bevochtige daarmede een zuiveren linnen lap of een kleinen borstel en doe er den vilten hoed goed mee af. Is dit gebeurd, dan moet men hem eerst met een ander lapje in schoon water gedoopt, en daarna met een drogen lap zorgvuldig glad strijken, hem weer in fatsoen brengen en laten drogen, en, zoo zegt onze raadgever, men heeft een mooien nieuwen hoed.'t Middel is te probeeren. Om het doorzweeten van hoeden te voorkomen, kan men met goed gevolg tusschen den binnenrand een dubbelen reep vloeipapier leggen.

Zij van Spinnen. -

Kort geleden werd er verteld dat op een officieel bal in de hoofdstad van een der Zuid-Amerikaansche republiekjes de gastvrouw een japon droeg, die uit geweven spinnewebben vervaardigd was.

Dat klonk nogal onwaarschijnlijk, en toch is het bericht volstrekt niet ongelooflijk. Het zou de eerste maal niet zijn, dat het weefsel der spin aldus aan de menschelijke bekleeding werd dienstbaar gemaakt.

Reeds in het jaar 1709 zond de heer Bon, eerste president van de rekenkamer te Montpellier, aan de academie der wetenschappen handschoenen en kousen, die met deze nieuwe soort zij gebreid waren. Niemand minder dan de groote Réaumur werd toen belast met het uitbrengen van het verslag over de nieuwe vinding, welk verslag in tusschen niet erg gunstig luidde. Niet dat Réaumur de echtheid der door den heer Bon gezonden staaltjes betwistte. Maar hij rekende eenvoudig uit dat de sop de kool niet waard was. Er waren toch volgens hem niet minder dan 90 draden spinneweefsel noodig om een draad te krijgen, die even sterk is als een draad zij. Verder berekende hij dat er twee maal zooveel spinnen als zijwormen noodig zouden zijn om een zelfde hoeveelheid spinsel te krijgen. Hij voegde er intusschen bij, dat al bood de exploitatie van inlandsche spinnen aldus weinig vooruitzicht aan, men het toch met buitenlandsche soorten zou kunnen probeeren.

Die raad nu is gevolgd. In 1762 nam zekere geestelijke met name Raymond de Termeyer proeven in Brazilië. Hij wist het spinsel van levende spinnen te verzamelen door den draad op een leeren klosje te winden, naarmate hij door het dier werd afgescheiden. Hij moet een man van bewonderenswaardig taai geduld zijn geweest, want hij zette zijn proefnemingen niet minder dan 34 jaar voort, zonder evenwel tot een resultaat van eenig belang te komen; want ondanks al zijn zorgvuldigheid en volharding wist hij in die lange reeks van jaren niet meer dan 673 gram spinneweefsel bijeen te krijgen.

Dit heeft intusschen een groot Engelsch industrieel met name Stillbers niet afgeschrikt. Hij heeft zich opnieuw op het winnen van zij van tropische spinnensoorten toegelegd. De dieren worden in achtkantige hokjes gezet, waar men hun elken dag hun rantsoen geeft van insecten. In het vertrek waar zij bewaard worden, wordt een gestadige temperatuur onderhouden van 15 graden en laat men langzaam een vloeistof verdampen, uit chloroform, ether en alcohol samengesteld. Het schijnt namelijk dat de spinnen zich het best op haar gemak voelen, als zij een beetje bedwelmd zijn. Zij leggen verschillend gekleurde eitjes, die met spinsel zijn omringd. Die soort cocons geven elk een honderdtal meters van een uiterst dunnen en fijnen draad, die op dezelfde wijze als die der zijwormen wordt gesponnen. Men maakt er weefsels van, matgeel van kleur, die vooral door de heelmeesters als bloedstelpend worden gewaardeerd: men weet dat spinneweefsel deze eigenschap in hooge mate bezit. Daarom is reeds omstreeks 1830 een Parijsch industrieel op het denkbeeld gekomen, er pleisters van te maken, die een poosje in zwang bleven. Maar men begrijpt dat men er evengoed ook eigenaardige baltoiletten van kan vervaardigen. Als er maar niet te veel naar den prijs gevraagd wordt; want een kilo Stillbers' silk kost niet minder dan 70 of 80 pond sterling. In Amerika is men echter niet gewoon op zoo'n kleinigheid te zien, als het de voldoening geldt van de gril eener dame, die zich zoo iets extra's permitteeren kan.

Herstelling. -

In de als noot bij het bijschrift over Archimedes in het vorig nummer gevoegde vergelijking, is in de gelijkheid: 32 × 7482 - 43 x = o, de o weggevallen.


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken