Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
De Nieuwe Belgische Illustratie. Jaargang 11 (1894)

Informatie terzijde

Titelpagina van De Nieuwe Belgische Illustratie. Jaargang 11
Afbeelding van De Nieuwe Belgische Illustratie. Jaargang 11Toon afbeelding van titelpagina van De Nieuwe Belgische Illustratie. Jaargang 11

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (43.53 MB)

Scans (730.60 MB)

ebook (37.02 MB)

XML (2.79 MB)

tekstbestand






Genre

proza
poëzie
non-fictie

Subgenre

tijdschrift / jaarboek


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

De Nieuwe Belgische Illustratie. Jaargang 11

(1894)– [tijdschrift] Nieuwe Belgische Illustratie, De–rechtenstatus Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermd

Vorige Volgende
[pagina 248]
[p. 248]

Allerlei

Aardrijkskundige vereenigingen. -

Deze bestaan tegenwoordig in de verschillende landen ten getale van 111: hun gezamenlijk ledental bedraagt 53.500 en zij beschikken over een inkomen van ruim 1.300.000 gulden. Het aantal bladen en tijdschriften, door deze vereenigingen uitgegeven, wordt op 140 gerekend; daarvan verschijnen er 50 in het Fransch, 44 in het Duitsch, 13 in het Engelsch, 8 in het Russisch, 7 in het Spaansch, 1 in het Nederlandsch en 10 in verschillende andere talen, waarvan 1 in het Japansch. De oudste dier vereenigingen is die van Parijs, die in 1821 werd gesticht. Daarop volgde het Beirlijnsch genootschap in 1828 en dat van Londen in 1830 Het belangrijkste van alle is de ‘Royal Geographical Society’ in Londen, die 3500 leden telt. Duitschland heeft 23 aardrijkskundige genootschappen; Frankrijk telt er 30, maar, met uitzondering van dat van Parijs, zijn ze alle na den oorlogvan 1870 opgericht.

Het nut van den knevel -

Dat een knevel zijn nut heeft, zal nog wel niemand hebben bedacht. (Met knevel worden hier natuurlijk niet de weinige krullende haartjes bedoeld, waaraan een jongmensch, dat zich pas begint te scheren, onophoudelijk trekt en draait)

De reizigers in Syrië en Egypte vinden het raadzaam, niet eerder de woestijn in te trekken, dan wanneer hun knevel ordentelijk gegroeid is, om het indringen van 't woestijnzand in den mond te voorkomen.

Op dezelfde manier is de knevel nuttig voor allen, die werk verrichten, waarbij veel stof ontstaat, zooals voor molenaars, bakkers, metselaars, steenhouwers enz., daar het stof door dezen natuurlijken respirator buiten de longengehouden wordt.

Onder de Fransche sappeurs en mineurs, die om hun verbazende baarden en knevels beroemd zijn, komen ook betrekkelijk zeer weinig gevallen voor van ziekte der ademhalingsorganen. Ook voor zangers en redenaars, die hun ademhalingswerktuigen veel moeten inspannen, is een flinke knevel een gewenscht artikel.

De millionnairs in de Vereenigde Staten. -

Onlangs heeft een staathuishoudkundige van naam een belangrijk werk openbaar gemaakt over de verdeeling der rijkdommen in de Vereenigde Staten van Noord-Amerika. Volgens dezen schrijver telde men daar in 1847 slechts één particulier, die een vermogen had van meer dan 12 millioen gulden, en tegenwoordig zijn er omtrent twee duizend, die zulk een rijkdom bezitten.

Verder zijn er 250 familiën, waarvan ieder meer dan 50 milllioen gulden heeft; zelfs zijn er eenigen onder hen, wier kapitaal bijna tot een milliard gestegen is. De volgende schatting, die op de zeker niet te hooge cijfers der inkomsten-belasting is gegrond, geeft het bedrag aan der groote Amerikaansche vermogens in het jaar 1892: 250 met meer dan 50 millioen, samen eveneens minstens 12 milliard; 500 van 25 tot 50 millioen, samen minstens meer dan 12 milliard; 1000 van 12 tot 25 millioen, samen minstens weer 12 milliard; 2500 van 6 tot 12 millioen, samen minstens 15 milliard; 7000 van 2 tot 6 millioen, samen minstens 17 milliard, 20.000 van 1 tot 2 millioen, samen minstens 25 milliard. In het geheel zijn er dus 31.250 menschen, die gezamenlijk minstens 93 milliard gulden bezitten, of m.a.w., drie vijfden van het nationaal vermogen, dat op ruim 150 milliard gulden wordt geschat


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken