Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
De Nieuwe Belgische Illustratie. Jaargang 12 (1895)

Informatie terzijde

Titelpagina van De Nieuwe Belgische Illustratie. Jaargang 12
Afbeelding van De Nieuwe Belgische Illustratie. Jaargang 12Toon afbeelding van titelpagina van De Nieuwe Belgische Illustratie. Jaargang 12

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (42.80 MB)

Scans (744.72 MB)

ebook (35.69 MB)

XML (2.98 MB)

tekstbestand






Genre

proza
poëzie
non-fictie

Subgenre

tijdschrift / jaarboek


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

De Nieuwe Belgische Illustratie. Jaargang 12

(1895)– [tijdschrift] Nieuwe Belgische Illustratie, De–rechtenstatus Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermd

Vorige Volgende

Bij de Platen.

Grootmoeders portret. -

Hier zien we hoe de aardige typische genreschilderijtjes uit Beieren en Tirol, zooals wij er onzen lezers al zoo vaak hebben aangeboden, in de wereld komen.

De jonge schilders, die anders nauwgezet den cursus aan de academie van Munchen volgen, gaan onder de vacantie den boer op en vinden onder de eenvoudige, maar onverdorven en goed ontwikkelde bevolking der bergdorpen de typen en de ideeën voor later met zorg uit te voeren composities.

Zoo is het ook den jongen schilder van onze gravure gegaan. Hij is op zijn omzwervingen aangeland bij een oud moedertje, dat, zonder het te weten, een zoo mooien karakterkop op den romp draagt, als de veeleischendste artist maar wenschen kan.

Zijn eerste gedachte is, als hij in het gastvrije boerenhuis zijn intrek neemt, dat hij het niet verlaten zal zonder een mooie studieschets mee te nemen van de krasse, frissche, knappe oude vrouw. Maar dat lukt hem zoo gemakkelijk niet; want het bedrijvige moedertje is er niet toe te brengen, plechtstatig voor den schilder te gaan ‘zitten.’ Ze heeft wel wat anders te doen; ze heeft de koeien en de varkens en de kippen na te loopen. En nog veel minder is ze er toe te bewegen, haar Zondagsche muts op te zetten en haar beste plunje aan te trekken, in welken nationalen dos zij volgens den schilder op haar voordeeligst is.

Maar nú is het Zondagmiddag en prijkt zij van zelf in vol ornaat; nu ook kan ze geen uitvluchten van onvermijdelijke bezigheden zoeken; want het is de dag des Heeren, waarop alle slafelijke werken moeten rusten. Daarbij voegt grootvader zijn verlangen bij het verzoek van den schilder, die beloofd heeft een goedgelijkend portret van moeder de vrouw tot belooning voor haar moeite in de woning achter te laten.

[pagina 216]
[p. 216]

Zoo is ze er dan eindelijk toe gekomen, zich bedaard in de verlangde pose te zetten en de schilder neemt gauw papier en teekenstift om haar mooie regelmatige trekken door de kunst te vereeuwigen.

Grootvader, die nu en dan een blik op het papier werpt, heeft er schik in, zoo handig als de kunstenaar het er af brengt. Ook hun kleindochter, die een klein broertje op den arm draagt, kijkt opmerkzaam toe.

Hopen wij dat de jonge artist eer en voldoening van zijn werk heeft en dat hij het eenmaal nog zoover brengt als de schilder, die het heele gemoedelijke tafereeltje onzer gravure op het doek heeft getooverd.

Berenjacht in kasjmier. -

Allesbehalve gemoedelijk is het tooneel, door onze tweede gravure afgebeeld, en spelende in het Engelsch-Indische gebied Kasjmier. Het land is bij onze lezeressen allicht bekend vanwege de vermaarde Kasjmier-sjaals (cachemire zeggen de dames liefst op zijn Fransch) die er vandaan komen. Die sjaals worden geweven van de lange zijachtige haren der Kasjmier-geit. Maar onze gravure toont dat in dat land nog andere langharige dieren dan geiten worden aangetroflen.

We aanschouwen hier een ontmoeting van een paar Engelsch-Indische officieren met beren. Zij waren uitgetogen om op die geweldige beesten jacht te maken. ‘Plotseling,’ zoo verhaalt een hunner in een particulieren brief, ‘kregen we een berin met haar jong in 't zicht. Ik gaf ze twee schoten, maar bracht het niet verder dan haar te wonden. Zij kwam op ons af en wij maakten ons uit de voeten, waarbij mijn gezel zijn geweer in de haast liet vallen. Terwijl wij tegen een rotsblok opklauterden, kwam ook zijn hoofddeksel te vallen. Ondertusschen krabbelden wij tegen de rotsen op, en terwijl de berin haar woede aan den afgevallen tulband koelde, schoot ik ze op mijn gemak neer.’

Zoo nuchter als het in die paar woorden verteld wordt, lijkt het een kleinigheid, maar bij de beschouwing van onze pakkende, fiks geteekende afbeelding zal toch de lezer met ons erkennen, dat hij liefst van dergelijke ontmoetingen verschoond blijft.

De mooiste uit het nest. -

Gezelliger is het zeker in de boerenherberg, waarin onze derde gravure ons verplaatst, en waar wij kennis maken met een kleine hondenfamilie, die niet alleen de aandacht van de twee bezoekers trekt, maar die ook wij met genoegen beschouwen.

De aardig onbeholpen bewegingen van de mollige beestjes, die elkaar om den schotel met melk verdringen, heeft de schilder van ons tafereel naar de natuur weergegeven. Een van de kleintjes is door de jonge kasteleines opgenomen; 't is de mooiste uit het nest en met naïeven trots laat zij het aan de bezoekers zien. De moeder van het aardige hondenkind is daar minder mee gevleid en loert wantrouwig af wat de vrouw met het kleintje voorheeft. Ook dit is niet bijzonder gesteld op de eer om als de mooiste uit het nest van zijn broertjes en zusjes gescheiden te worden, juist op het oogenblik dat die zich aan een schotel melk te goed doen.

Wat de bezoekers betreft, gelooven wij dat zij meer oog hebben voor het knappe vriendelijke meisje, dan voor al haar lieve jonge hondjes bij mekaar.


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken