De Nieuwe Belgische Illustratie. Jaargang 14

Bij de Platen.

Na gelukkige jacht. -

Na volbrachten arbeid is 't over 't algemeen zoet rusten, maar nog genoeglijker is stellig die rust, als de arbeid bijzonder voorspoedig is geweest. Dan verhoogt toch de voldoening over het verkregen resultaat het genot van de rust.

In die behaaglijke stemming nu bevinden zich de lustige jagers, die zich op ons tafereeltje aan de herbergtafel in de open lucht aan een pot schuimend bier te goed doen. Ze zijn van den vroegen morgen op de been geweest en hebben zich geducht moeten weren; maar nu mogen zij ook wijzen op het prachtige hert, dat daar ginds onder den boom ligt en dat zij als roemrijk zegeteeken huiswaarts zullen voeren.

Vooreerst willen zij onderweg nog eens uitblazen en onder het genot van een glas bier en een pijp tabak de avonturen van de moeilijke, maar gelukkige jacht ophalen. Te oordeelen naar de opgewekte houding der praters, mag men aannemen dat aan die gezellige tafel heel wat jagerlatijn zal opgeschept worden. En daarbij wordt door de kasteleines nog nieuw spraakwater aangevoerd! Dat belooft wat, eer de vroolijke jagers goed en wel thuis zijn.

In de moskee. -

Deze schilderij van den Spaanschen kunstenaar Signorini verplaatst ons in den tijd, toen de Mooren nog de onbeperkte beheerschers waren van zuidelijk Spanje, waar nu nog tal van prachtige moskeeën en bouwwerken van hun vroegere macht en grootheid, en te gelijk van hun kunstzin getuigen.

een bezoek aan de geburen, naar de schilderij van a. lins.

Te Cordova, Sevilla en in andere oude Spaansche steden bewondert men nog de trotsche tempels, eenmaal door de volgelingen van den Profeet ter eere van Allah opgericht. Sedert de verdrijving der Mooren zijn die heiligdommen in christelijke kerken en kathedralen veranderd, maar hun bouworde en versiering, waarvan onze gravure een denkbeeld geeft, herinneren nog levendig aan hun oorspronkelijke bestemming.

De Spaansche schilder heeft er behagen in geschept, op het doek de lang vervlogen tijden weer in herinnering te brengen, toen de vrome rechtgeloovige Muzelmannen in die heiligdommen bijeenkwamen tot het gebed.

Zijn biddende Mooren zijn werkelijk treffend in hun eerbiedige godsvrucht en mogen menigen Christen ten voorbeeld strekken op het punt van ingetogenheid in het huis Gods. Trouwens het is bekend dat de orthodoxe Muzelmannen zich, evenals de Joden, streng houden aan de inachtneming van overgeleverde uiterlijke vormen, terwijl het gebed der Christenen bovenal in geest en in waarheid en niet in uitwendigen vormendienst moet bestaan.

Tiroler meisje. -

Niemand beter dan de onovertroffen Defregger kan het eigenaardige, typische, zedige mooi der Tiroler meisjes weergeven. Wij weten niet hoeveel hij er wel geschilderd heeft; meermalen hebben wij zijn frissche, aantrekkelijke tafereelen onder de oogen onzer lezers gebracht; maar al zijn Tiroler typen munten evenzeer uit door ongekunstelde natuurwaarheid, gezond realisme en een ongemeen fijn oog voor het bijzonder schoon, dat dit onbedorven bergvolk eigen is.

Het Tiroler meisje, dat hij ons op de in dit nummer weergegeven schilderij te zien geeft, is misschien wel het liefste, dat hij ooit op doek of paneel heeft gebracht.

Onberispelijk zuiver zijn de trekken van het ovaalronde hoofd, helder als het reinste bergkristal of als de blauwe meren van Tirol zijn de schrandere oogen; uit het heele gezicht spreekt edele rechtschapenheid, een zedigheid zonder preutschheid, kloek gezond verstand. Het is een natuurkind, maar ontwikkeld en veredeld onder den invloed van den godsdienst, die in het echt katholieke Tirol zich in zijn weldadigste uitwerking op den mensch vertoont.

Een bezoek aan de geburen. -

Zoo goed als de menschen houden ook de beesten van conversatie, op hun manier altijd, en wanneer bij voorbeeld een geit vlak naast een stal woont, waarin een aantal koeien gehuisvest zijn, dan is het volstrekt niets vreemds, dat zij, zoodra ze er de gelegenheid toe heeft, ook eens kennis gaat maken met haar buren.

De koeien van haar kant vinden daarin niets indringerigs, en al maken ze geen ijdele complimentjes zooals de menschen dat soms doen, zelfs tegenover beslist onwelkome bezoekers, ze begroeten de kleine, schuchtere buurvrouw toch met een belangstellend welwillenden blik.

De schilder heeft zoowel de nieuwsgierigheid van het geitje als de verschillende uitdrukkingen op de gemoedelijke koeiengezichten zoo trouw naar de natuur weergegeven, dat er dezelfde fijne humor uit spreekt, die ons zoo menigmaal uit de natuur zelve tegenlacht.