Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
De Nieuwe Belgische Illustratie. Jaargang 20 (1903)

Informatie terzijde

Titelpagina van De Nieuwe Belgische Illustratie. Jaargang 20
Afbeelding van De Nieuwe Belgische Illustratie. Jaargang 20Toon afbeelding van titelpagina van De Nieuwe Belgische Illustratie. Jaargang 20

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (37.78 MB)

Scans (840.18 MB)

ebook (30.71 MB)

XML (2.73 MB)

tekstbestand






Genre

proza
poëzie
non-fictie

Subgenre

tijdschrift / jaarboek


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

De Nieuwe Belgische Illustratie. Jaargang 20

(1903)– [tijdschrift] Nieuwe Belgische Illustratie, De–rechtenstatus Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermd

Vorige Volgende

Bij de Platen.

De vogel gevlogen -

De vogel was gevlogen, - de vogel, dien het zooveel moeite, waakzaamheid en volharding had gekost te vangen. De burgemeester was opgetogen geweest over het veldwachterlijke heldenfeit: ha, eindelijk had men den brutalen oplichter in handen. Ditmaal zou hij zijn gerechte straf niet ontgaan. Voor den nacht zou hij in het arrestantenhok in het raadhuis worden opgesloten, om morgen al in de vroegte naar de stad overgebracht en in handen der justitie gesteld te worden.

Dien nacht sliepen burgemeester en veldwachter en al de dorpelingen - natuurlijk reeds van het heuglijk feit op de hoogte - gerust, te gerust.

Welk een ontgoocheling den volgenden morgen, toen de hoogste plaatselijke autoriteiten, gezamenlijk naar het raadhuis getogen, het nest ledig en den vogel gevlogen vonden!

Die ontgoocheling, maar meer nog verbazing, bewondering zelfs, voor zóóveel handigheid als de uitbreker aan den dag had gelegd, ligt op het gezicht der dorpsnotabelen duidelijk te lezen. De burgemeester, in het midden, maakt nog, betrekkelijk, het draaglijkst figuur, de secretaris met zijn ganzepen ziet er niet bepaald snugger uit, maar de derde man met open mond en in elkaar geslagen handen is gewoon perplex. ‘Neen maar, zoo'n gewiekste kerel!....’

Het is voor den beschouwer een koddig tafereel, maar men moet zich in de situatie verplaatsen, om ten volle de gewaarwordingen te kunnen beseffen, die de in gewone omstandigheden zoo kalme zielen dezer dorpsgrootheden op dit moment beroeren.

Praeludium. -

We zijn in de zestiende eeuw, in het kunstrijk Florence. Voor het fraai gebeeldhouwd orgel in de kapel eener vorstelijke familie is de zoon des huizes gezeten en speelt langzaam en plechtig de inleiding tot het geestelijk lied, dat de beide jonkvrouwen aan zijn zijde zullen voordragen. De slanke, in het witte, met leliën doorweven gewaad, leliën in de blonde lokken, is zijn bruid; de donkere met den breeden haarband zijn zuster. Als echte kinderen van het muzikale Zuiden bezitten ze heldere, welluidende zangstemmen; het klankvolle altgeluid der zwartharige jonkvrouw en de reine sopraan der blonde vormen een verrukkelijke harmonie met de statige tonen van het orgel, bespeeld door de vaardige vingeren des edelmans. Heden is het slechts repetitie, maar als op den aanstaanden Lieve-Vrouwe-feestdag het gansche hofgezin met onderhoorigen zich in den kleinen tempel verzameld heeft, zal het heerlijk gezang der jonkvrouwen tot inniger godsvrucht tot de Koningin der Maagden opwekken.

Winterleven in het Spreewald. -

Het Spreewald is een eigenaardige landstreek en herbergt een eigenaardig slag van menschen. Het landschap is een zeven vierkante mijlen groote laagvlakte, door tallooze waterstroompjes doorsneden, en de bevolking bestaat uit Wenden, die tot dusver hun nationale zelfstandigheid hebben weten te behouden.

Bijna alle jaren treedt in den herfst de Spree buiten haar oevers en zet het aangrenzende land uren ver onder water. Het Spreewald ziet er dan uit als een groot meer, en bedekt nu de vorst de watervlakte met een ijsvloer, dan begint voor de ‘Spreewäldler’ een nieuw, opgewekt leven.

Zulk een winterleven in het Spreewald stelt de teekenaar onzer gravure ons voor oogen. Jong en oud, kinderen en grijsaards, ziet men op de gladde baan. Maar niet enkel de ‘inboorlingen’ doen aan deze gezonde sport, uit Berlijn, Dresden en andere steden komt men toegesneld, om van het ijsvermaak te genieten. Wendensche jongemannen en -dochters in hun schilderachtige kleederdracht wisselen af met elegante dames en heeren in de modernste winterkleeding. Ook bruilofts- of begrafenisstoeten trekken op schaatsen en in sleden voorbij, en eveneens de brievenpost bedient zich van de vlugge ijzers. De winter met koude en ijs is voor de bevolking van het Spreewald hèt seizoen.


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken