Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
De Nieuwe Belgische Illustratie. Jaargang 20 (1903)

Informatie terzijde

Titelpagina van De Nieuwe Belgische Illustratie. Jaargang 20
Afbeelding van De Nieuwe Belgische Illustratie. Jaargang 20Toon afbeelding van titelpagina van De Nieuwe Belgische Illustratie. Jaargang 20

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (37.78 MB)

Scans (840.18 MB)

ebook (30.71 MB)

XML (2.73 MB)

tekstbestand






Genre

proza
poëzie
non-fictie

Subgenre

tijdschrift / jaarboek


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

De Nieuwe Belgische Illustratie. Jaargang 20

(1903)– [tijdschrift] Nieuwe Belgische Illustratie, De–rechtenstatus Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermd

Vorige Volgende

Bij de Platen.

Naherfst. -

Naherfst noemde de Duitsche schilder zijn woudtafereel waar wij, laaglanders, van zuidwinter spreken zouden: stil en blank liggen mastbosch en bergen onder 't witte winterkleed en statig staat het eeuwig-groene loover tegen de blinkende bergwanden. Een trotsch gezicht! Wat is het stil rondom; verlaten ligt het glinsterende boschpad; een dood blad warrelt omhoog, een dood takje knapt ritselend af, en in de vallende schemering zoeken de vogels 't veilige nest. Hoor, was dat uiet de roep van het koningshert? Twee edele dieren springen uit het geboomte, en luisteren, want heel van verre galmt het antwoord. Was het de echo? De slimme jager is 't, die, 't geroep nabootsend, het argelooze wild in hinderlaag lokt, om het des te gemakkelijker te krijgen binnen 't bereik van zijn nimmer falend schot.

‘En het werd stil.’ -

Als de Heer predikend rondging door het land van Galilea geschiedde het, dat Hij, verzeld van eenige apostelen, het meer overstak naar het land van Genesareth. Toen zij afvoeren, was het water stil en de winden matig; de Zaligmaker, afgemat van den langen tocht en 't vele spreken, viel in slaap. Maar de wind stak op, de golven werden al woeliger en 't ranke vaartuig schepte gevaarlijk veel water. Toen kon de bemanning, die al haar krachten vergeefs inspande, het niet langer uithouden van angst, en eenigen wekten den Heer: ‘Meester, Meester, wij vergaan!’ ‘En Hij, opgestaan zijnde,’ - zegt de H. Schrift - ‘bestrafte den wind en de watergolven, en 't werd stil.’

Onze plaat stelt het oogenblik voor, waarop de Goddelijke Meester het gevaar bezweert: duidelijk is de doodsangst der deels met roer en zeilen zich nog wanhopig werende leerlingen, deels in spanning en eerbied het wonder der bedarende wateren gadeslaand; enkelen, tè diep verslagen, dùrven niet opzien, tot zij de stem des Heeren, Goddelijkkalm, vernemen zullen: ‘Waar is uw geloof?’

Wien onzer is het niet gebeurd, als angst en lijden in vertwijfeling ons deed neerzitten, wijl wij den Heer slapende waanden, diep in de ziel de zacht-verwijtende woorden te hooren: ‘Waar is uw geloof?’

IJsvermaak. -

Vreedzamer wintervermaak dan het trotsche, doch altijd wreede jachtvermaak zoekende knapen op ons vriendelijk plaatje: 't bergmeer ligt lekker-stijf bevroren: een breed en verlokkend terrein voor het gezonde ijsvermaak. Onze jonge Oosterburen - want 't lijkt in Duitschland te zijn - geven hun Hollandschen kameraden al heel weinig toe, als 't om winterpret gaat; een stevige bouffante om den hals, en 't gaat er op los! Die lange vooraan schijnt groote plannen te hebben: ‘Wedden, wie 't eerst aan den boschrand is?’ vraagt hij. Als de ander zich nog lang bedenkt, zullen de makkers met slee en al hem een aardig eindje vooruit zijn, terwijl hij nog peutert aan zijn schaatsenbanden. Wie op 't ijs is, moet van geen treuzelen weten: den gang erin houden, anders haal je 'n kouden neus, en kleumers zitten veiliger achter moeders gloeiende kacheltje!


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken