Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
De Nieuwe Belgische Illustratie. Jaargang 21 (1904)

Informatie terzijde

Titelpagina van De Nieuwe Belgische Illustratie. Jaargang 21
Afbeelding van De Nieuwe Belgische Illustratie. Jaargang 21Toon afbeelding van titelpagina van De Nieuwe Belgische Illustratie. Jaargang 21

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (37.51 MB)

Scans (837.61 MB)

ebook (30.89 MB)

XML (2.59 MB)

tekstbestand






Genre

proza
poëzie
non-fictie

Subgenre

tijdschrift / jaarboek


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

De Nieuwe Belgische Illustratie. Jaargang 21

(1904)– [tijdschrift] Nieuwe Belgische Illustratie, De–rechtenstatus Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermd

Vorige Volgende

Bij de Platen.

Door de sneeuw per diligence en per tuf-tuf. -

Twee alleraardigste humoresken in beeld uit de oude en de nieuwe sport-wereld. Dat beide van moderne Engelsche teekenaars afkomstig zijn, verwondert niet; waarom zou Albion ook geen sportmen-kunstenaars hebben? Maar dat twee verschillende handen zóó voortreffelijk bij elkander passende pendanten konden vervaardigen, is bijzonder merkwaardig.

‘Hij is er! Hij is er!’ juichen de diligence-passagiers: de dikke koetsier, die de teugels viert en de zweep zwaait, zijn buurman op den bok, de lui achter hen, de broeders, die uit zijn gestegen, omdat ze 't niet durfden avonturen in het lompe rijtuig bij de gevaarlijke, met sneeuw volgestormde holte van den weg, moedertje eindelijk met haar mutsje door 't raampje. Straks als de uitgestegenen weer binnen zijn en de wegvliegende hoed weer op den bol des eigenaars staat, gaat het weer gemoedelijk voort.

‘Paardenvleesch voor den vilder!’ schreeuwen de kwajongens uit alle macht, als ze drie oude knollen noodig zien om het modernste van alle vehikels door de sneeuwmassa heen te zeulen.

‘Hallo! Hallo!’ roept de dandy, die behoort bij de dame, den stok en het hondje.



illustratie
maraboe's en flamingo's, naar de schilderij van paul neuenborn.


‘De poëzie van het paard, het edele ros, door alle eeuwen bezongen,’ spotten de sportmen in hun tuf-tuf.

Maraboe's en flamingo's. -

Al rekenen de natuurgeleerden de flamingo's gewoonlijk tot een afzonderlijke familie, die volgens Huxley een overgang vormt tusschen eend- en reigerachtigen, en al zijn de maraboe's echte telgen van het laatstgenoemde geslacht, het is voor een vogelschilder als den Munchenaar Paul Neuenborn geen bezwaar om er één prachtige groep van te maken met een rijke verscheidenheid van contrasten.

Kop en hals nagenoeg kaal en roodachtig, rug en buik wit, vleugel- en staartveeren zwart, bovendien onderscheiden van den gewonen ooievaar door hun langen, zwaren, zeer veerkrachtigen snavel en niet het minst door een leelijken, zonderlingen zak, welke aan 't midden van den hals hangt, staan op den voorgrond ernstig en droomerig eenige maraboe's.

't Is of ze staan te peinzen en met weemoed denken aan hun vaderland, Indië, waar bijgeloovige wijzen hen voor heilig houden, waar hun broeders en zusters bij troepen door de straten van Calcutta wandelen ongedeerd, wijl er het dooden van een maraboe gestraft wordt met zware boete. 't Is of ze zwijgend protesteeren tegen de Europeesche ijdelheid, die van hun ‘heilig’ wezen niets zoozeer op-prijs-stelt als de lange, witte, zijdeachtige en zeer lichte veeren onder hun staart, een gewild en duur betaald sieraad voor dameshoeden. Die dames, ze zouden ze wel willen afmaken, gelijk hun familie in Indië het slangen doet en padden; dien indruk maken ze wel met hun misanthropisch gezicht.

Op den achtergrond rank, hupsch en trotsch - wit en rose met hoogroode vleugels en zwarte slagpennen - met sterken, in 't midden omgebogen snavel, de teenen door een geheel zwemvlies verbonden, een keurbende van bijna 2 M. hooge flamingo's. Deftig is hun gang, statig elke beweging. Eén ziet ge er met horizontaal gericht lichaam en met naar beneden hangenden hals zich steunen op de bovenvlakte der omgebogen voorste helft van den snavel, die zich dan evenals een derde poot voordoet, om voedsel tot zich te nemen.

Tot over zijn hielen doorwaadt de flamingo 't water, zwemmen doet hij slechts in uitersten nood; zijn vliezen dienen hem tegen al te diep inzakken in den modder, waar hij weekdieren, insecten, vischkuit en wormen bemachtigt. Schel als een trompet is zijn stem. Hij vliegt met veel gemak en zeer hoog. Zijn nest is verheven en piramidaal.

De tong der flamingo's behoorde tot de fijnste lekkernijen der oude Romeinen. Keizer Heliogabalus bezoldigde een menigte jagers om zijn tafel steeds van flamingo-tongen te voorzien. In Amerika, Azië, Afrika en in het Zuiden van Europa komen ze voor, vooral op Sicilië en Sardinië.


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken