Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
De Nieuwe Belgische Illustratie. Jaargang 21 (1904)

Informatie terzijde

Titelpagina van De Nieuwe Belgische Illustratie. Jaargang 21
Afbeelding van De Nieuwe Belgische Illustratie. Jaargang 21Toon afbeelding van titelpagina van De Nieuwe Belgische Illustratie. Jaargang 21

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (37.51 MB)

Scans (837.61 MB)

ebook (30.89 MB)

XML (2.59 MB)

tekstbestand






Genre

proza
poëzie
non-fictie

Subgenre

tijdschrift / jaarboek


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

De Nieuwe Belgische Illustratie. Jaargang 21

(1904)– [tijdschrift] Nieuwe Belgische Illustratie, De–rechtenstatus Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermd

Vorige Volgende
[pagina 337]
[p. 337]

[Nummer 43]

Mgr. H.L. Spoorman.

Op 25 September 11. vierden de Katholieken van Delft en vooral de parochianen van St. Hippolytus een groot feest; groot, niet zoo zeer omdat zulk een feest weinig voorkomt, als wel, omdat de persoon wien het gold om zijne eigenschappen van geest en hart door allen, met wie hij in zijn verschillende kwaliteiten in aanraking kwam, geacht, geëerd en bemind werd.

Mgr. H.L. Spoorman had als deken van Delft en als pastoor van St. Hippolytus een kwarteeuw voor het geestelijk en stoffelijk welzijn der aan zijn zorgen toevertrouwde katholieken gewerkt; met hen gedurende vijf en twintig lange jaren lief en leed gedeeld.



illustratie
MGR. H.L. SPOORMAN,
Deken van Delft, Geh. Kamerheer van Z.H. den Paus, Kanunnik van het Kathedraal Kapittel te Haarlem, 22 Sept. jl. benoemd tot officier in de orde van Oranje-Nassau.


Wordt geen enkel zilveren leest onopgemerkt voorbijgegaan, zulk een zilveren jubilé dient dubbel gevierd te worden. De katholieken van Delft hebben dat begrepen en wisten het te vieren op een wijze, den Jubilaris en hun-zelven waardig.

Met gulden letteren zal dit feest en de viering er van in de kronieken van St. Hippolytus geboekstaafd worden.

De redactie der Katholieke Illustratie heeft gemeend het portret van den Jubilaris, die in deze dagen op zulk een ondubbelzinnige wijze door klein en groot, door Roomsch en Onroomsch gehuldigd werd, een eereplaats in haar tijdschrift te moeten inruimen en eenige regelen aan hem te wijden.

 

Mgr. H.L. Spoorman werd 6 November 1836 te Leiden geboren; studeerde achtereenvolgens aan de seminaria te Hageveld en Warmond en werd op 15 Augustus 1860 door Haarlem's eersten bisschop Mgr. J.F. van Vree, z.g., tot priester gewijd. De jonge neomist werd al spoedig tot kapelaan te Voorburg benoemd en na een tweetal jaren als zoodanig overgeplaatst naar Amsterdam. Tien jaren wijdde hij zich daar aan de zorgen der hem toevertrouwde zielen, en werd vervolgens als pastoor van Vlissingen aangesteld.

Daar vond hij een ruim arbeidsveld. Behalve aan de zielzorg besteedde hij zijn groote werkkracht aan het Katholieke Onderwijs, aan de Katholieke Pers en aan de verzorging der weezen. Het onderwijs vond in hem een vurig ijveraar en een machtigen steun. Door hem werd opgericht Zelandia, het katholieke Nieuwsen Advertentieblad voor de provincie Zeeland. Ook de weezen vonden in hem een vaderlijk verzorger en een trouw vriend, op wiens hulpvaardigheid nooit te vergeefs gerekend werd.

Negen jaren bleef de pastoor van Vlissingen onder de ‘ronde’ Zeeuwen, toen voor hem het aandoenlijk uur van scheiden sloeg. De kerkelijke overheid had Vlissingen's pastoor een ruimer arbeidsveld aangewezen: naar het ‘aloude’ Delft werd hij geroepen om daar als deken en pastoor van St. Hippolytus te arbeiden in den wijngaard des Heeren.

Hier vond hij een goed toebereiden bodem, welke slechts wachtte op de hand des nijveren bewerkers om rijke, om overvloedige vruchten voort te brengen.

Een kwarteeuw is sedert dezen tijd verloopen en de vruchten zijn - dank zij aller welwillende medewerking - niet uitgebleven.

In 1885 vierde Monseigneur zijn zilveren priesterfeest en toen bleek reeds, welk een groote plaats hij in de harten der Delftsche katholieken innam.

De geestelijke Overheid waardeerde den arbeid van den werkzamen deken: In Mei 1896 werd hij bij gelegenheid van het eerste eeuwfeest der nieuwe St.-Hippolytus-parochie door Z.H. Paus Leo XIII, z.g. tot geheim-kamerheer, en in Februari 1902 tot kanunnik benoemd.

Ook van Staatswege werden zijn groote verdiensten erkend: Op 22 September ll. behaagde het aan H.M. de Koningin den Jubilaris als officier in de Orde van Oranje-Nassau op te nemen.

 

‘Wie het kind heeft, die heeft de toekomst.’

Van deze waarheid was Mgr. diep doordrongen. Vandaar, dat de opvoeding en het onderwijs van den jeugdigen katholiek hem na aan het harte lag. Vandaar dan ook zijn ijveren voor de katholieke school; zijn streven om het onderwijs, gebaseerd op katholieken grondslag, zoo hoog mogelijk op te voeren, zoodat het in geen enkel opzicht behoeft achter te staan bij het openbare.

Om dit doel te bereiken, werden geleidelijk al de leermiddelen, welke verouderd bleken, afgeschaft en vervangen door andere, die aan de eischen van den tegenwoordigen tijd voldoen; lokalen werden verbeterd en nieuwe aangebouwd; het aantal leer-

[pagina 338]
[p. 338]

krachten werd vermeerderd; kortom, alles wat maar eenigszins kon gedaan worden, dat werd ook gedaan.

De zorg voor het onderwijs staat in het nauwste verband met die voor den onderwijzer en waar Mgr. het eene deed, daar kon het andere door hem niet nagelaten worden; noodwendig vloeide deze taak uit gene voort en... Mgr. deed ook in dat opzicht, wat zijne hand te doen vond. De salarisregelingen van 1893 en 1903 zijn hiervan het beste bewijs.

Mgr. stelde groot belang in het onderwijs, in de onderwijzers en in de leerlingen. De vele duizenden, die in de laatste vijf en twintig jaren hunne eerste opleiding aan zijne school ontvangen hebben, die allen weten, hoe trouw hij de schoolexamens aan het einde van elken cursus met zijn hooge tegenwoordigheid vereerde; hoe hij na afloop hiervan de leerlingen liefdevol toesprak en hoe hij den moeilijken arbeid der onderwijzers wist te waardeeren.

Zijne liefde tot de onderwijzers strekte zich niet alleen uit tot hen, die aan zijn school verbonden waren, ook buiten Delft, in heel het Bisdom wordt de naam van Mgr. Spoorman met eerbied, dankbaarheid en liefde door de onderwijzers uitgesproken, en die allen, zij hebben er reden toe.

Eerbied voor den priester, den afgezant Gods. Eerbied voor den man, die ondanks zijn veelomvattenden arbeid, nog tijd en kracht wist te vinden om de algemeene belangen der onderwijzers te behartigen: Sedert 1885 is Mgr. lid van de vereeniging tot bevordering van het katholiek bijzonder onderwijs, in den laatsten tijd zelfs onder-voorzitter.

Toen Z.D.H. Mgr. Bottemanne, z.g. in 1893 de Diocesaan-vereeniging van katholieke bijzondere onderwijzers in het Bisdom Haarlem oprichtte, toen benoemde hij tevens Delft's deken tot bisschoppelijk adviseur dier vereeniging. In beide kwaliteiten heeft Mgr. gewerkt aan het geestelijk en stoffelijk heil der onderwijzers. Alzoo zijn de onderwijzers hem dankbaarheid verschuldigd. Wat al moeite heeft Mgr. zich niet moeten getroosten alvorens ‘Providentia’, het pensioenfonds voor de onderwijzers, tot stand kwam! Wat hebben zij een krachtdadige hulp van hem ontvangen bij de oprichting van een fonds tot steun van weduwen en nagelaten weezen der onderwijzers!

Uit dien eerbied en dankbaarheid ontsproot de wederkeerige liefde van de onderwijzers tot Mgr. Die band werd nog hechter, doordat hij, als geestelijk adviseur de Diocesaan-vergaderingen bijwonende, de vergaderden door zijn innemend, opwekkend, bemoedigend en waardeerend woord aan zich verplichtte.

Ook voor het geestelijk heil der onderwijzers droeg Mgr. zorg. Op zijn initiatief toch werden de retraites voor hen op het seminarie ‘Hageveld’ geopend. Telken jare aanvaardde Mgr. de reis naar ‘Hageveld’ om op den laatsten avond het plechtig Maria-lof te celebreeren en den volgenden morgen de H. Mis voor de onderwijzers-retraitanten op te dragen, waaronder zij uit zijne handen de H. Communie mochten ontvangen.

Het katholieke Delft heeft den Jubilaris waardig vereerd, door hem als cadeau aan te bieden een geldbedrag tot vorming van een fonds, waaruit een nieuwe school kan gesticht worden.

Moge het Mgr. gegeven zijn te beleven, dat zijn hartewensch vervuld worde.

Delft.

 

Een Oud-Leerling.



illustratie


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken