Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Ons Erfdeel. Jaargang 11 (1967-1968)

Informatie terzijde

Titelpagina van Ons Erfdeel. Jaargang 11
Afbeelding van Ons Erfdeel. Jaargang 11Toon afbeelding van titelpagina van Ons Erfdeel. Jaargang 11

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave



Genre

proza
sec - letterkunde

Subgenre

tijdschrift / jaarboek


In samenwerking met:

(opent in nieuw venster)

© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Ons Erfdeel. Jaargang 11

(1967-1968)– [tijdschrift] Ons Erfdeel–rechtenstatus Auteursrechtelijk beschermd

Vorige Volgende
[pagina 24]
[p. 24]

derde colloquium van hoogleraren en lektoren in de nederlandistiek aan buitenlandse universiteiten
's-gravenhage, 5-8 september 1967

resoluties

1.- Er blijft dringende behoefte bestaan aan didaktisch materiaal. De Neerlandisten in het buitenland zien het als hun taak zich bezig te houden met de samenstelling van dit materiaal. Het Colloquium geeft de Belgische en Nederlandse Regeringen in overweging voor dit doel opdrachten te verstrekken en voor de uitgave hiervan subsidie te verlenen.
2.-Met verwijzing naar de 3e resolutie van het Tweede Colloquium te Brussel, in 1964, spreekt het Colloquium als zijn mening uit, dat een oplossing van het vraagstuk van het bibliografisch apparaat zou kunnen worden gevonden door het bibliografisch materiaal, aanwezig in het Institut für Niederländische Philologie der Universiteit te Keulen op eenvoudige en goedkope wijze te vermenigvuldigen en ter beschikking te stellen van vakgenoten. Het Colloquium dringt er bij de Belgische en Nederlandse Regeringen op aan, de uitvoering van dit plan mogelijk te maken door personeel en financiën ter beschikking te stellen.
3.- Het Colloquium konstateert dat de Nederlandse literatuur nog steeds zeer weinig bekendheid geniet in het buitenland. Ten einde hierin verbetering te brengen is het gewenst:
a)het vertalen van Nederlands werk te bevorderen,
b)de reeds bestaande vertalingen zoveel mogelijk te publiceren (met name op het gebied van de Nederlandse dramatiek),
c)het lezend publiek in het buitenland met de Nederlandse literaire produktie in kennis te brengen. Het Colloquium is dankbaar voor het werk dat de Stichting tot bevordering van het vertalen van Nederlands letterkundig werk op dit gebied verricht en dringt er bij de Belgische en Nederlandse Regeringen op aan deze en soortgelijke aktiviteiten zoveel mogelijk te ondersteunen. De buitenlandse neerlandisten zijn bereid hieraan alle medewerking te verlenen.
[pagina 25]
[p. 25]
4.- Samenwerking tussen de kommissies die voorstellen doen tot hervorming van de spelling van het Nederlands en het Afrikaans is zeer gewenst. Wederzijdse vertegenwoordiging in adviserende hoedanigheid wordt aanbevolen.
5.- Het is te verwachten dat door de uitbreiding van het onderwijs in de neerlandistiek aan buitenlandse universiteiten de behoefte aan beurzen voor een korter of langer studieverblijf in België of Nederland zal groeien, met name beurzen voor het bijwonen van zomerkursussen. Het Colloquium acht het gewenst dat het aantal voor dit doel beschikbaar te stellen studiebeurzen gelijke tred houdt met die groeiende behoefte.
6.- Aangezien de toekomst van de neerlandistiek in het buitenland in belangrijke mate afhankelijk is van de vorming van toekomstige buitenlandse docenten in de neerlandistiek, dringt het Colloquium erop aan promotiebeurzen beschikbaar te stellen voor begaafde buitenlandse neerlandisten, daar de duur van de huidige op basis van bilaterale verdragen verstrekte beurzen te kort is, terwijl de studieperiode uitsluitend in Nederland of België doorgebracht moet worden.
7.- Het Colloquium dringt er bij de Belgische en Nederlandse Regeringen op aan om aan de regeringen van ontwikkelingslanden waar daaraan behoefte bestaat mensen en middelen ter beschikking te stellen voor de beoefening van de neerlandistiek, waarbij prioriteit ware te geven aan die ontwikkelingslanden voor wier volken de kennis van de Nederlandse taal en beschaving van dienst kan zijn voor de kennis van de eigen, nationale kultuur en geschiedenis of voor de kennis van de kultuur en geschiedenis van naburige ontwikkelingslanden.
8.- Het Colloquium verwijst voor wat betreft de status van docenten in de neerlandistiek aan buitenlandse universiteiten naar de resoluties zoals die reeds geformuleerd zijn tijdens de colloquia van 1961 en 1964 en voor wat het Duitse taalgebied betreft al in 1954 en laatstelijk in 1966.

Met genoegen heeft het Colloquium kennis genomen van de tot nu toe van regeringswege ontplooide aktiviteiten t.a.v. de sociale status van deze docenten. Het Colloquium ziet met verlangen uit naar de resultaten van deze aktiviteiten en dringt met kracht aan op spoed in de behandeling van deze kwestie. Het Colloquium is van mening dat de zorg voor de sociale situatie van de docenten in de neerlandistiek in het buitenland onverbrekelijk deel moet uitmaken van de zorg voor de neerlandistiek in het buitenland als geheel.

Het Colloquium is voorts van mening dat de docenten in de neerlandistiek in het buitenland als groep alleen te vergelijken zijn met buitenlandse kollega's die hun taal en kultuur als docent in andere landen vertegenwoordigen, verwijst in dit verband naar de regelingen die reeds in andere landen bestaan en dringt erop aan dit vraagstuk in Europees verband te bezien. Het Colloquium draagt de Werkkommissie op de nodige dokumentatie hierover te verzamelen en de nodige stappen te doen.
9.- Het Colloquium neemt met belangstelling en dankbaarheid kennis van de suggestie van de Zuidafrikaanse kollega's om een volgend Colloquium eventueel in Zuid-Afrika te organiseren. Het draagt de Werkkommissie op de mogelijkheden hiertoe te onderzoeken.
10.- Het Colloquium draagt de Werkkommisie op een plan te ontwikkelen voor de oprichting van een International Association for Netherlandic Studies, welke organisatie de taak van de Werkkommissie zou kunnen opvangen en zich o.a. zou kunnen bezighouden met de uitgave van een Yearbook for Netherlandic Studies.
11.- Het Colloquium spreekt zijn bijzondere dank uit aan de Belgische en Nederlandse Regeringen voor de steun die het Derde Colloquium heeft mogelijk gemaakt.
12.- Het Colloquium spreekt zijn dank uit voor de door de Werkkommissie verrichte arbeid en draagt de kommissie op haar werkzaamheid, waaronder de voorbereiding van een volgend colloquium, voort te zetten, rekening houdend met hetgeen op de huidige bijeenkomst is besproken en machtigt de kommissie zelf daarvoor de nodige organisatorische maatregelen te treffen.

Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken